05.05.2014 Views

Wat scholen vermogen - Onderwijsraad

Wat scholen vermogen - Onderwijsraad

Wat scholen vermogen - Onderwijsraad

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Andere voorbeelden van manieren om kleinschaligheid te organiseren zijn de inrichting van een<br />

aparte afdeling voor de eerste klas van het voortgezet onderwijs (brugklasgebouw), een juniorcollege<br />

voor de klassen 1 en 2, en andere vormen van ‘deel<strong>scholen</strong>’ of units binnen de school.<br />

Belangrijk is dat een ‘deelschool’ of unit binnen de school voldoende herkenbaar is ten opzichte<br />

van de rest van de organisatie. Dat kan bijvoorbeeld door middel van een eigen plek in het<br />

gebouw: met een eigen ingang, een eigen secretariaat, een eigen lerarenteam en eigen pauzes op<br />

momenten dat de andere afdelingen geen pauze hebben. Overigens vergt een dergelijke inrichting<br />

van de school vaak wel een aanzienlijke financiële en organisatorische investering. Tevens wordt<br />

opgemerkt dat ‘deel<strong>scholen</strong>’ en units het risico in zich dragen eilanden binnen de school te worden,<br />

zonder professionele contacten met de rest van de school.<br />

Een concreet praktijkvoorbeeld van het realiseren van kleinschaligheid is het volgende. Tijdens de<br />

voorbereidingen van de vorming van een brede <strong>scholen</strong>gemeenschap met in totaal ruim 2000 leerlingen<br />

verspreid over twee locaties, is de inrichting van de school als organisatie onderwerp van<br />

bespreking. Uitgangspunt hierbij is het verbinden van de voordelen van schaalvergroting met de<br />

voordelen van kleinschaligheid. Hiertoe kiest men voor het vormgeven van vier zogenoemde sectoreenheden<br />

in de school. Criteria die daarbij worden aangehouden zijn: het aantal leerlingen moet<br />

groot genoeg zijn, er moet een team van docenten zijn dat voor het geheel of voor een substantieel<br />

deel werkzaam is in de sectoreenheid, en er moet voldoende onderwijsinhoudelijke samenhang<br />

zijn.<br />

Binnen een sector is een vaste kern van leraren/mentoren. Zij kiezen er expliciet voor om een<br />

belangrijke rol te spelen in de begeleiding van de leerlingen van die betreffende sector. Daarnaast<br />

wordt een beperkte groep andere leraren in verschillende sectoren tegelijk ingezet. De leiding van<br />

de sector is in handen van een sectordirecteur, zijn/haar aandacht gaat voornamelijk uit naar de<br />

samenwerking in het kernteam. Verder is/zijn er (een) coördinator(en), een decaan en een sectorassistent.<br />

Een sector heeft een grote mate van verantwoordelijkheid en bevoegdheden en heeft relatief veel<br />

autonomie in het vormgeven van de pedagogische en onderwijskundige omgeving voor die groep<br />

leerlingen waarmee men in de sector te maken heeft. Om mogelijke hierdoor optredende communicatieproblemen<br />

te vermijden heeft de schoolleiding een coördinerende rol.<br />

De vier sectoreenheden moeten leerlingen een herkenbare en veilige omgeving bieden in de complexe<br />

organisatie van een brede <strong>scholen</strong>gemeenschap. Daarom krijgt bijvoorbeeld elke sector zijn<br />

eigen ruimte met kluizen waar de leerlingen hun spullen in kunnen opbergen. Ook moeten bijvoorbeeld<br />

leerlingen die te laat zijn, zich melden bij de balie van hun eigen sector. Verder hebben leerlingen<br />

voor een langere periode dan een jaar te maken met een beperkt aantal docenten (leerlingbegeleiders<br />

en vakdocenten). Voor leraren betekent het werken in sectoreenheden dat ze meer<br />

aandacht hebben voor de leerlingen, dat er een meer directe communicatie is over prestaties en<br />

gedrag van leerlingen en dat ze met een vaste groep leraren werken aan onderwijsvernieuwingen.<br />

<strong>Wat</strong> betreft het realiseren van kleinschaligheid binnen de school ligt de verantwoordelijkheid<br />

vooral bij de <strong>scholen</strong> zelf. De overheid en veldorganisaties kunnen het een en ander<br />

stimuleren, onder meer door voorbeelden aan te reiken van geslaagde interne schaalverkleiningen<br />

in uiteenlopende omstandigheden. Bij het geven van die voorbeelden zou<br />

ingegaan moeten worden op hoe deze succesvolle schaalverkleiningen eruit zien, onder<br />

welke condities sprake is van een succes en welke eisen het een en ander stelt aan de<br />

leraren en aan de schoolleiding. Een daartoe in te stellen werkgroep kan bevorderen dat<br />

inzichten en ervaringen sneller doorstromen in het onderwijs en tussen onderwijs en<br />

andere sectoren waar eveneens wordt gewerkt aan interne schaalverkleining.<br />

<strong>Wat</strong> <strong>scholen</strong> <strong>vermogen</strong><br />

61

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!