Wat scholen vermogen - Onderwijsraad
Wat scholen vermogen - Onderwijsraad
Wat scholen vermogen - Onderwijsraad
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
volgt een nieuwe evaluatie. Deze tijdelijke en externe variant kan als ‘externe projectschool’<br />
worden aangeduid (cel 3).<br />
Tot slot is een blijvende externe verzelfstandiging denkbaar. Hiertoe kan worden besloten<br />
op basis van de evaluatie van zowel een projectschool als een programmaschool of een<br />
externe projectschool. Bij deze variant wordt de bestaande bestuurlijke relatie met het<br />
schoolbestuur verbroken (waarmee overigens andersoortige relaties kunnen blijven<br />
bestaan) en wordt een bestuurlijke relatie aangegaan met andere eenheden i.c. besturen.<br />
Met andere woorden, de school stapt over naar een ander lokaal, regionaal of landelijk<br />
opererend bestuur. De vorming van een nieuw bestuur zal in de meeste gevallen niet<br />
nodig zijn en zal ook niet moeten worden aangemoedigd. We kunnen deze variant aanduiden<br />
als ‘geïnstitutionaliseerde programmaschool’ (cel 4).<br />
Overzicht 5: Vier varianten van conceptontwikkeling in het primair en voortgezet onderwijs<br />
Tijdelijke conceptontwikkeling<br />
Blijvende conceptontwikkeling<br />
Conceptontwikkeling binnen 1) Projectschool 2) Programmaschool<br />
het bestuurlijk verband<br />
Externe conceptontwikkeling 3) Externe projectschool 4) Geïnstitutionaliseerde<br />
programmaschool<br />
De vier beschreven varianten van ontwikkeling van een eigen onderwijsconcept kunnen<br />
voor een deel ook als fasen worden gezien. De vierde variant hoeft echter zeker niet in<br />
alle gevallen het einddoel te zijn. Ook de andere drie varianten kunnen einddoelen zijn<br />
van een verzelfstandigingsproces. Met name de derde en vierde variant zijn nieuw, de<br />
eerste twee komen al voor binnen het huidige bestel.<br />
Wanneer de door de raad voorgestelde mogelijkheden voor conceptontwikkeling zou<br />
worden gerealiseerd, komt er meer expliciete ruimte voor het initiatief van <strong>scholen</strong>,<br />
docentengroepen, projecten en programma’s. Tevens wordt het mogelijk gemaakt om<br />
projecten en programma’s buiten een bestaand bestuurlijk verband te realiseren. Op de<br />
condities die daarbij gesteld zouden moeten worden, wordt hieronder ingegaan.<br />
CONDITIES<br />
Zoals in het voorgaande is aangegeven wil de raad vermijden dat de introductie van<br />
mogelijkheden voor uittreding of verzelfstandiging leidt tot bestuurlijke versnippering,<br />
verlies aan solidariteit en oneigenlijk gebruik in het geval van conflicten. Ook moet de<br />
situatie voorkomen worden dat een bestuur en/of de betrokken school onvoldoende in<br />
staat blijkt te zijn om de uittreding of verzelfstandiging daadwerkelijk gestalte te geven.<br />
Daarom staat de raad een geconditioneerde mogelijkheid voor conceptontwikkeling voor.<br />
Voor een deel zullen de condities verschillen per variant. Deze variantgebonden condities<br />
worden hier niet uitgewerkt. Voor een deel echter gaat het om algemene condities. Deze<br />
<strong>Wat</strong> <strong>scholen</strong> <strong>vermogen</strong><br />
83