Willem Vogt - Radioleven
Radioleven : een kwarteeuw pioniersarbeid in een modern beroep door Willem Vogt 1933.
Radioleven : een kwarteeuw pioniersarbeid in een modern beroep door Willem Vogt 1933.
- TAGS
- radio
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
de meisjes voor ons zien; zij gelijken als twee druppels<br />
water op de jongens, die wij een oogenblik tevoren rechts<br />
van den steiger gezien hebben. Dezelfde sarong, hetzelfde<br />
sneeuwwitte baadje, hetzelfde gemillimeterde haar, dezelfde<br />
leuke frissche bruine snuitjes, waarin de donkere oogen<br />
schitteren.<br />
Zij zingen ons een paar Nederlandsche liederen, lang niet<br />
onverdienstelijk toe en een der religieuze zusters toont ons<br />
de kapel, die is opgesmukt met zelfgeweven kains met als<br />
veel voorkcmend motief: het kleine paard. Wanneer de<br />
meisjes volwassen en volleerd zijn, worden zij uitgehuwelijkt<br />
aan de jongens, die van de school komen aan de andere<br />
zijde van den pier. Is het niet innig-romantisch? Waar zijn<br />
de balladen-dichters, die dezen idyllischen levensgang bezingen?<br />
Rij komt uit de school, rechts van den pier... zij uit die<br />
van links. Het internaat geeft als huwelijksgift een slaapmatje<br />
en wat sarongs mee, zoowel aan den man als aan de<br />
vrouw.<br />
Dan vestigen beiden zich als echtpaar in een huisje langs<br />
den hoofdweg. Rij bewerkt de berghelling tot cassave- en<br />
maistuintje.... zij doet de huishouding. Het is verbluffend,<br />
hoe hier op bekoorlijk naieve wijs.... maar klaarblijkelijk<br />
doeltreffend, althans op deze schaal - allerlei sociale,<br />
ethische en econcmische vraagstukken, vroom en spelenderwijs<br />
worden opgelost. Wat zijn dat voor mensel en deze<br />
Franciscaner broeders en zusters op dit eenzame, stille,<br />
warme havenplaatsje van een donker mysterieus eiland?<br />
Steil rijzen de dichtbegroeide heuvels tot bergachtige<br />
formaties omhoog. Slechts een smalle verhoogde kuststrook<br />
is er door de natuur overgelaten aan de religieuzen om hun<br />
gebouwen op te zetten. Bij het complex der zusters is een<br />
weide. Daarop grazen tientallen bruine "sappies". Koeien<br />
zooals men ze veel in de uiterwaarden van den Ijsel ziet.<br />
Wij moeten toch eens iets meer weten van deze stille<br />
66<br />
vrouwen en wij begeven ons daarom naar de Moederoverste,<br />
een lieve zachte figuur.... die ons vriendelijk<br />
ontvangt en die ons - 0, zaligheid in IndiëI - vergast<br />
op een glas versche koemelk. Door het raam van de kamer<br />
der Moeder-overste zien wij de meisjes, met de gemillimeterde<br />
hoofdjes, als mieren de korreltjes suiker, zakken<br />
voortzeulen uit de motorboot van den Paketstoomer naar<br />
een schuur. "Dat is onze proviand: rijst voor drie weken",<br />
zegt de zuster, die onzen blik heeft gevolgd. "Er komt hier<br />
maar eenmaal in de drie weken een boot.... en zonder<br />
rijst kunnen wij het niet stellen. De meisjes moeten al het<br />
werk zelf doen.... voor het zwaardere werk, dat vrouwen<br />
niet zoo gemakkelijk afgaat, helpen soms de Broeders een<br />
handje."<br />
"Ik ben hier nu bijna veertig jaar," zoo gaat de Moederoverste<br />
verder, "zonder ook maar één oogenblik het eiland<br />
te hebben verlaten. Toen wij hier pas kwamen was er niets;<br />
hier de keukenzuster is de eenige die nog meegeholpen heeft<br />
om het hout te kappen in de bosschen voor den bouw van<br />
ons eerste huis. Alle anderen zijn dood of vertrokken.<br />
Er is hier een heeleboel veranderd sinds wij kwamen. Nu<br />
is er bijna een weg klaar, die loopt van hier dwars door het<br />
gebergte naar de zuidkust, naar Endeh. De volgende maand<br />
ga ik voor 't eerst dien weg op; er wonen onder Endeh<br />
Dominicanen, die ga ik eens opzoeken en dat is dan mijn<br />
eerste reis sinds veertig jaar."<br />
Wij zien een jonge zuster met fijn, bleek, ietwat droevig<br />
gezicht door den gang gaan. De Floreneesche meisjes dragen<br />
haar bagage achter haar aan. Een "noviet" zegt de moeder<br />
overste, "zij is pas uit Holland aangekomen"; wij herinneren<br />
ons nu dat zij aan boord van de "Le Maire" was,<br />
waar zij zich in haar hut had teruggetrokken.<br />
Maar de oude dame voegt er niet aan toe, wat wij er<br />
plotseling bij denken. "Dit jonge meisje zal hier misschien<br />
ook nimmer vandaan komen. Over veertig jaar zal zij hier<br />
67