<strong>De</strong>ze way of life impliceert een aantal betekenissen en waarden. <strong>De</strong> Britse socioloog StuartHall vestigt de aandacht op <strong>het</strong> feit dat <strong>cultuur</strong> niet alleen verenigt maar ook scheidt, doorverschillen te creëren. Verschillen die steunen op klasse, gender, etniciteit en kleur.Het gevolg <strong>van</strong> de kritiek <strong>van</strong> de culturele studies was een stroom <strong>van</strong> publicaties over subculturen,multiculturaliteit, globalisering, <strong>het</strong> belang <strong>van</strong> culturele constructies als gender en‘de andere’, de macht <strong>van</strong> de massamedia inzake betekenisgeving, verstedelijking, migratie,lifestyles, digitalisering, et cetera.In deze opsomming <strong>van</strong> onderwerpen ziet men reeds hoe ruim <strong>het</strong> begrip <strong>cultuur</strong> wordtopgevat. Aandacht voor boeken<strong>cultuur</strong> wordt steeds verder verruimd tot aandacht voor demassamedia, de betekenisgevers <strong>van</strong> onze moderne tijd. Een eenzijdig kritische benadering<strong>van</strong> de massa<strong>cultuur</strong> steunt op de gedachte dat mensen passieve consumenten zijn, ‘slachtoffers’<strong>van</strong> de media, terwijl ze – aldus sommige denkers binnen de culturele studies – ookactief betekenis zoeken.<strong>De</strong> onverschilligheid <strong>van</strong> scholen en universiteiten voor de populaire <strong>cultuur</strong> is verschovennaar een vorm <strong>van</strong> defensieve belangstelling: wij moeten ‘hen’ trachten te begrijpen. Steedsmeer leraren zijn echter ook zelf consumenten <strong>van</strong> (vooral) populaire <strong>cultuur</strong>. Dit illustreertwat iedereen op school ervaart: populaire <strong>cultuur</strong> is een onderdeel geworden <strong>van</strong> degedeelde kennis voor leerlingen én leraren. Wat waardevol, betekenisvol en zinvol is situeertzich niet langer binnen één <strong>cultuur</strong>. Een verdienste <strong>van</strong> de culturele studies, welzeker.Maar er gaan ook stemmen op die de culturele studies verantwoordelijk stellen voor denivellering <strong>van</strong> alle waarden.Culturele studies en onderwijsHeel wat auteurs binnen de culturele studies hebben <strong>cultuur</strong> beschreven als een ‘pedagogischeruimte’, waarbinnen geleerd wordt. Giroux 44 argumenteert dat <strong>cultuur</strong> in <strong>het</strong> algemeenen film in <strong>het</strong> bijzonder (zijn eigen onderzoeksgebied) een centrale rol spelen in <strong>het</strong> creëren<strong>van</strong> onze waarden en identiteiten. Een film is dus een vorm <strong>van</strong> ‘publieke pedagogie’.<strong>De</strong> analyses <strong>van</strong> Giroux richten zich dan ook op <strong>het</strong> uitwerken <strong>van</strong> een kritische strategietegenover de ideologische beïnvloeding door de media. Maar er komt ook wel kritiek opdeze politieke invulling. Enerzijds erkennen sommigen de linkse boodschap niet (de schoolten dienste <strong>van</strong> een radicale democratie), anderzijds verzetten sommigen zich tegen demanier <strong>van</strong> <strong>cultuur</strong>beleving (kunst als vehikel voor <strong>het</strong> ontmaskeren <strong>van</strong> politieke boodschappen).In een recent boek pleit Barker voor bescheidenheid en noemt hij de handboeken <strong>van</strong> deculturele studies ‘inspirational guidebooks with consequences’ 45 . Barker erkent dat verhaleneen belangrijke rol spelen in de menselijke geschiedenis, maar relativeert de politieke kracht<strong>van</strong> die verhalen. Ze kunnen een gereedschap zijn om de sociale werkelijkheid te veranderen,maar ze inspireren geen directe politieke actie. Culturele studies stellen ons in staat omdie werkelijkheid anders te beschrijven, om af te leren wat we hebben geleerd, om nieuweperspectieven in te nemen.Centraal in <strong>het</strong> onderzoek <strong>van</strong> de culturele studies staat de aandacht voor representatie.Culturele studies stellen immers vragen bij de <strong>van</strong>zelfsprekendheid waarmee betekenissenworden geconstrueerd. Door <strong>cultuur</strong> te beschouwen als een constructie, beseffenwe dat <strong>het</strong> debat draait om conflicten over representatie, verhalen, taalspelen, et cetera.Cultuuroverdracht is zo getransformeerd tot een uitnodiging om deel te nemen aan <strong>het</strong>debat over <strong>cultuur</strong>. Een belangrijke stem hierin hebben de jeugdculturen, die hun eigenbetekenissen construeren.Jeugdculturen44. Giroux: 1994.45. Barker: 2002, p. 5.Over ‘de jeugd <strong>van</strong> tegenwoordig’ bestaat in de media een vreemde paradox: enerzijds wordtzij verheerlijkt (youth as fun); anderzijds ervaren als een bedreiging (youth as trouble). Jeugd iseen biologisch kenmerk, maar evengoed een culturele en sociale constructie. Een recent verschijnselblijkt de zogenaamde adultification (jongeren nemen deel aan de volwassen<strong>cultuur</strong>);tegenhanger <strong>van</strong> juvenalisation (ouderen nemen deel of willen deel hebben aan jeugdculturen).24 <strong>De</strong> <strong>cultuur</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>lezen</strong>
Door de jeugd te beschouwen als een homogene categorie, veralgemenen we. We passenbepaalde kenmerken toe op een hele generatie of plaatsen de kenmerken <strong>van</strong> verschillendegeneraties tegenover elkaar: ‘de mei ‘68-generatie was geëngageerd’ versus ‘de huidige generatieis onverschillig’.Laat mij gemakshalve proberen een paar verschillen op een rij te zetten, mij bewust <strong>van</strong>deze veralgemeningen. Ik gebruik hiervoor <strong>het</strong> werk <strong>van</strong> Jim Gee, die <strong>het</strong> in zijn artikel‘Millennials and Bobos’ heeft over de generatie jongeren <strong>van</strong> rond de eeuwwisseling. Zijnvertrekpunt is de leefwereld <strong>van</strong> de ouders <strong>van</strong> deze generatie. Halverwege de jaren tachtig<strong>van</strong> de vorige eeuw voltrok zich een drastische verandering in de westerse samenleving.<strong>De</strong> drijvende kracht achter de wereldwijde economie verschoof <strong>van</strong> een traditioneleindustriële productie naar <strong>het</strong> bezit <strong>van</strong> informatie. <strong>De</strong> productie-economie werd een netwerkeconomie,en de nieuwe media kregen steeds meer invloed. <strong>De</strong>ze omwenteling raaktevooral de generatie die geboren was in de hoogtijdagen <strong>van</strong> <strong>het</strong> oude economische systeem,en nu de nieuwe elite vormde: de babyboomers. Aan<strong>van</strong>kelijk waren deze babyboomers inopstand gekomen tegen de machtsstructuren in een materialistische maatschappij, maarde ‘68-generatie, ooit op de barricaden, kreeg nu zélf de macht in handen. <strong>De</strong> bobo’s werdendoor David Brooks als volgt getypeerd: ‘The bobos want lifestyle with meaning, individuality,and aest<strong>het</strong>ics, but filled with money and status as well.’ 46 Zonder verder uit te weidenover de gesignaleerde verschillen tussen deze generatie en de volgende, wil ik me concentrerenop de rol <strong>van</strong> <strong>cultuur</strong> in <strong>het</strong> leven <strong>van</strong> de kinderen <strong>van</strong> deze babyboomers.Lifestyles<strong>De</strong>ze jongeren constateren dat er buiten de school en <strong>het</strong> gezin een leven is, en dat ze ook uitsubculturen kunnen leren. <strong>De</strong> jeugd is een volwaardige economische klasse geworden, waaromheen(vrije tijds-) industrieën zijn opgebouwd. Westerse jongeren spelen een belangrijkerol op de kapitalistische markt. Marketingmachines moedigen hen aan om te streven naareen snelle bevrediging <strong>van</strong> hun behoeften. <strong>De</strong>ze economische logica heeft een grote invloedop hun wereldbeeld en gedrag – hoewel de houdingen variëren <strong>van</strong> kritiekloze consumenttot kritische producent. Het zou immers verkeerd zijn alle jongeren te reduceren tot willozepionnen <strong>van</strong> de markt: ook hier spelen waarden, keuzes en voorkeuren een rol.<strong>De</strong> vorming <strong>van</strong> een eigen leefstijl en identiteit is eigen aan alle tijden. Zo kunnen we inde zestiende eeuw bij Montaigne <strong>het</strong> volgende <strong>lezen</strong> over mode: ‘<strong>De</strong> nieuwe manier <strong>van</strong>kleden maakt dat ze de oude prompt veroordelen en dat met zo’n grote stelligheid en metzo’n algemene instemming, dat je zou zeggen dat er een soort manier in hen gevaren is, diehun denken op zijn kop zet.’ 47 Toch wordt steeds duidelijker dat in onze postmoderne tijdbepaalde vormen <strong>van</strong> consumptie de constructie <strong>van</strong> identiteiten bepalen.Digitale revolutieJongeren staan in <strong>het</strong> midden <strong>van</strong> de culturele revolutie. Cyberspace is voor de digitalegeneratie even natuurlijk als <strong>het</strong> boek, de film en de televisie voor de vorige. We zien dezeverschuiving vertaald in de relatie tussen de oudere en de jonge generatie. Hier komt eenantropologisch inzicht te pas: wanneer in een maatschappij plotselinge en complexe veranderingenplaatsvinden, onderwijzen de jongeren de ouderen. Het lijkt er inderdaad op datjongeren zich makkelijker de nieuwe digitale vaardigheden eigen maken en nieuwe genresen geletterdheden anders invullen dan de ouderen voorzien: ‘Children are at the epicenterof the information revolution, ground zero of the digital world [...]’ 48 In een tijd waarin deveranderingen bijzonder snel op ons afkomen, lijkt <strong>het</strong> een voordeel te zijn niet verlamd teworden door vooroordelen en traditie. 49 Binnen de jeugdculturen ontstaan border zones 50 ,ruimtes die zich buiten de traditionele instituties en media (school en boek) situeren, maarwaarbinnen ontegensprekelijk geleerd wordt.46. Brooks: 2000, p. 53.47. Montaigne: 1993, p. 349.48. Jon Katz: 1996, in: Sefton-Green: 1998, p. 1.49. Zie <strong>De</strong> Kerckhove: 1997, vii.50. Giroux: 1994.<strong>De</strong>rgelijke zones, waarin betekenissen worden gecreëerd onder gelijken, zijn natuurlijk nietnieuw. Het zijn zones waarin jongeren hun rites de passage vervullen, om zich daarna aante passen aan de dominante <strong>cultuur</strong>. Ze zijn slechts tijdelijk a<strong>van</strong>t-garde, en worden snelgerecupereerd door de mainstream en de commercie. <strong>De</strong> komst <strong>van</strong> internet en de digitale<strong>cultuur</strong> heeft er zo voor gezorgd dat <strong>het</strong> boek niet langer <strong>het</strong> enige of belangrijkste mediumis met verhalen en reflecties op verhalen. Bovendien zijn de grote verhalen waarmee dejeugd zich kon identificeren ver<strong>van</strong>gen door kleinere verhalen, bepaald door mediaculturendie al even vaak commerciële producten zijn.<strong>De</strong> <strong>cultuur</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>lezen</strong>25
- Page 4 and 5: Het essay van Ronald Soetaert benad
- Page 6 and 7: De cultuur van het lezen
- Page 8 and 9: De cultuur van het lezen
- Page 10 and 11: De cultuur van het lezen
- Page 12 and 13: 10 De cultuur van het lezen
- Page 14 and 15: schijnsel. Zoals het hoofdpersonage
- Page 16 and 17: 14 De cultuur van het lezen
- Page 18 and 19: geleerd op de oorlogen van de Ooste
- Page 20 and 21: Over die keuze tussen leerstof en l
- Page 22 and 23: De verschillende geletterdheden roe
- Page 24 and 25: en/of cultuur om te onderhandelen o
- Page 29 and 30: Hoofdstuk 6Perspectieven op kunstkr
- Page 31 and 32: 59. Kruithof: 2004, p. 175.We besef
- Page 33 and 34: Hoofdstuk 7Perspectieven op functie
- Page 35 and 36: • diepere verbanden in de werkeli
- Page 37 and 38: Wie een rol speelt, kan volledig op
- Page 39 and 40: Literatuur en realiteitLaten we op
- Page 41 and 42: Swann in de problemen: ‘“Iets a
- Page 43 and 44: Een tekst op een fundamentalistisch
- Page 45 and 46: Hoofdstuk 8Perspectieven op de mass
- Page 47 and 48: Film, televisieFilm, televisie en v
- Page 49 and 50: familie-uitje: ‘Dus daar gingen z
- Page 51 and 52: Hoofdstuk 9Perspectieven op digital
- Page 53 and 54: anders kunnen schrijven en lezen. D
- Page 55 and 56: weblogs bevatten links naar andere
- Page 57 and 58: naar weblogs met een meerwaarde, me
- Page 59 and 60: Hoofdstuk 10Perspectieven op cultuu
- Page 61 and 62: Hoofdstuk 11Perspectieven op leesbe
- Page 63 and 64: filmingen van de werken van Jane Au
- Page 65 and 66: Strategieën voor leesbevorderingEr
- Page 67 and 68: Hoofdstuk 12BesluitSoms vraag ik aa
- Page 69 and 70: with the dead.’ In zijn zoektocht
- Page 71 and 72: ekomen van een andere blik op probl
- Page 73 and 74: BibliografieAltieri, C. (1984), ‘
- Page 75 and 76: Mamadout, V., Soetaert, R., Top, L.
- Page 77 and 78:
Nederlandse TaalunieDe empirische b
- Page 79 and 80:
De empirische blikDe theoretische v
- Page 81 and 82:
In het korte bestek van deze public
- Page 83 and 84:
BibliografieAndringa, E. (1989),
- Page 85 and 86:
Nederlandse TaaluniePerspectieven v
- Page 87 and 88:
Perspectieven vanuit de onderwijspr
- Page 89 and 90:
Een bijzonder goed voorbeeld van ee
- Page 91 and 92:
Maar ook het klaagdiscours rond ond
- Page 93 and 94:
ook dat de gedeelde kennis rond lit
- Page 95 and 96:
BibliografieHaraway, D.J. (1997), M
- Page 97 and 98:
Nederlandse TaalunieDe humanistisch
- Page 99 and 100:
De humanistische faktorDe tradition
- Page 101 and 102:
Lezen is zingevingDe kern van het l
- Page 103 and 104:
Nederlandse TaalunieSlotbeschouwing
- Page 105 and 106:
Slotbeschouwing Nederlandse Taaluni
- Page 107 and 108:
Voor een deel betekent literatuuron
- Page 109 and 110:
Nederlandse TaalunieAppendixVerslag
- Page 111 and 112:
AppendixVerslag rondetafelbijeenkom
- Page 113 and 114:
enkel reflectie. Wordt dit positiev
- Page 115 and 116:
• Het afhaakmoment ligt in de pub
- Page 117 and 118:
gelezen - Rondas verduidelijkt dat
- Page 119 and 120:
Koen Jaspaert stelt dat we in 2025
- Page 121 and 122:
Index1984 46, 50, 105AAbout a Boy 4
- Page 124:
adresLange Voorhout 19Postbus 10595