Kroniek van een halve eeuw Belgische Ontwikkelingssamenwerking
Kroniek van een halve eeuw Belgische Ontwikkelingssamenwerking
Kroniek van een halve eeuw Belgische Ontwikkelingssamenwerking
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
om de coherentie en de continuïteit <strong>van</strong> het beleid te bevorderen. Om dit te<br />
realiseren is <strong>een</strong> duidelijke taakverdeling noodzakelijk: het beleid wordt<br />
bepaald door de overheid, terwijl autonome organisaties zorgen voor de<br />
uitvoering <strong>van</strong> de projecten. Hierbij wordt natuurlijk nauw samengewerkt met<br />
de partnerlanden. Daarnaast worden er strenge limieten opgelegd wat betreft<br />
het aantal partnerlanden, terwijl de projecten zich moeten beperken tot vijf<br />
sectoren: basisgezondheidszorg, onderwijs en opleiding, landbouw en<br />
voedselveiligheid, basisinfrastructuur en conflictpreventie. Ook het aantal<br />
grensoverschrijdende thema’s is beperkt: gelijke kansen voor mannen en<br />
vrouwen, milieubescherming en bevordering <strong>van</strong> de sociale economie. Ook<br />
worden er beperkingen opgelegd in het aantal internationale organisaties<br />
waarmee samengewerkt wordt (dat zijn er <strong>een</strong> twintigtal), en in het aantal<br />
ngo's, die overigens blijk moeten geven <strong>van</strong> <strong>een</strong> professionele aanpak. De<br />
wet legt ten slotte ook <strong>een</strong> externe beoordeling op, waarna het<br />
evaluatierapport toegelicht wordt in de Kamer en de Senaat. In 2005 werd er<br />
<strong>een</strong> ander heel belangrijk thema in de wet opgenomen: de kinderrechten.<br />
Het maatschappelijke middenveld vraagt om aandacht<br />
Een laatste kenmerk <strong>van</strong> de <strong>Belgische</strong> ontwikkelingssamenwerking is het<br />
ontbreken <strong>van</strong> <strong>een</strong> publiek en parlementair debat over vijftig jaar<br />
ontwikkelingssamenwerking. Dat is vreemd: het gaat hier toch om <strong>een</strong><br />
belangrijke taak voor de samenleving, waarbij <strong>een</strong> groot deel <strong>van</strong> het<br />
maatschappelijke middenveld (verenigingen, privépersonen...) betrokken is.<br />
Jammer genoeg wordt er niet genoeg aandacht geschonken aan deze<br />
actoren, en komt het thema ‘ontwikkelingssamenwerking’ pas in de<br />
belangstelling te staan als er iets bijzonders gebeurt. Dit was bijvoorbeeld het<br />
geval in de jaren ’80, toen men overwoog om de ontwikkelingssamenwerking<br />
met Zaïre stop te zetten, of bij de extreme hongersnood in de Sahel en de<br />
Hoorn <strong>van</strong> Afrika in de jaren ’70 en ’80, of ook nog midden jaren ’90 toen de<br />
pers de aandacht <strong>van</strong> het publiek vestigde op <strong>een</strong> aantal nutteloze, mislukte<br />
projecten die de bijnaam ‘witte olifanten’ kregen. In de afgelopen vijftig jaar<br />
werden honderden projecten, programma’s en initiatieven opgezet, waarbij<br />
sommige projecten succesvoller waren dan andere. Maar de reactie <strong>van</strong> het<br />
publiek was zo goed als nihil, en dat komt ongetwijfeld omdat de burgers veel<br />
te weinig afweten <strong>van</strong> het beleid, de strategieën en programma’s <strong>van</strong> de<br />
<strong>Belgische</strong> ontwikkelingssamenwerking. De auteurs hopen dan ook dat dit<br />
overzicht <strong>van</strong> vijftig jaar <strong>Belgische</strong> ontwikkelingssamenwerking de aanzet zal<br />
vormen voor <strong>een</strong> debat waaraan de hele <strong>Belgische</strong> samenleving deelneemt.<br />
135