Laaggeletterden leren lezen - website Basisvaardigheden
Laaggeletterden leren lezen - website Basisvaardigheden
Laaggeletterden leren lezen - website Basisvaardigheden
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Laaggeletterden</strong> <strong>leren</strong> <strong>lezen</strong><br />
Marieke Hanekamp<br />
vastgelegd in verschillende documenten. De NT1-docent stelt voor haar lessen echter zelf het<br />
lesprogramma samen en bepaalt samen met de cursisten de leerdoelen en de invulling van de lessen.<br />
5.3.2 Visie van Gerard: ‘Het is alleen maar structureren wat je in principe doet’<br />
Tijdens het tweede interview vraag ik Gerard wat voor een type docent hij is. Gerard omschrijft<br />
zichzelf als een docent die zijn cursisten uitdaagt: ‘Je moet cursisten uit de tent lokken, je moet ze<br />
motiveren maar je moet de antwoorden niet voorzeggen’ (I2-GvdB). De meeste cursisten komen<br />
volgens hem voor spelling en een beetje grammatica. Door een aantal basisregels elke les weer aan<br />
bod te laten komen (‘Ik heb het idee dat een soort herhaling in hun hoofd het enige is waardoor ze de<br />
bomen van het bos weer zien’ (I2-GvdB)) probeert hij de cursisten zoveel mogelijk structuur te bieden:<br />
‘Het is alleen maar structureren wat je in principe doet, alleen maar op een rijtje zetten en laten inzien:<br />
waarom maak ik deze fout’ (I2-GvdB). Gerard schenkt vrij veel aandacht aan grammatica en<br />
woordenschat. Om de structuur zo overzichtelijk mogelijk aan te bieden maakt hij gebruik van<br />
‘kapstokken’, die de cursisten houvast bieden. Een voorbeeld hiervan zijn ‘de vier hoofdregels’, die<br />
elke (nieuwe) cursist op papier krijgt aangereikt:<br />
Figuur 2: De vier hoofdregels<br />
Hoofd-re-gel 1: Staan er ach-ter de klin-ker twee ver-schil-len-de me-de-klin-kers<br />
Ja eer-lijk ver-de-len<br />
Kaart – Kaar-ten Lamp - Lam-pen<br />
Poort – Poor-ten Vest - Ves-ten<br />
Fiets - Fiet-sen Lift - Lif-ten<br />
Staat er ach-ter de klin-ker maar één me-de-klink-ker<br />
Dan: hoofd-re-gel 2 of hoofd-re-gel 3 of hoofd-re-gel 4<br />
Hoofd-re-gel 2: Hoort de klin-ker bij: aap eet noot zuur<br />
Geef die e-ne me-de-klink-ker aan de vol-gen-de let-ter-greep. Aan het eind van een o-pen let-tergreep<br />
staat al-tijd maar één a- e- o- u- .<br />
A - pen E - ten<br />
Ra - men Re - pen<br />
Ge - ven Ve - ren<br />
Hoofd-re-gel 3: Hoort de klin-ker bij: Rudi let op zus mis<br />
Dan komt er de-zelf-de me-de-klink-ker bij. A, e, o, u, i staan al-tijd in een dich-te let-ter-greep.<br />
Pan Pan-nen<br />
Hok Hok-ken<br />
Bel Bel-len<br />
Put Put-ten<br />
Hoofd-re-gel 4: Bij al-le an-de-re klnk-kers: De e-ne me-de-klin-ker weg-ge-ven aan de vol-gen-de<br />
let-ter-greep.<br />
Mier Mie-ren Deur Deu-ren<br />
Geit Gei-ten Kuil Kui-len<br />
68