10.07.2015 Views

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

p o l i t i e k e e n s o c i a l e g e v o l g e n v a n i n k o m e n s o n g e l i j k h e i d 117cholog<strong>is</strong>che’ deel van de psychosociale theorie; zie bijvoorbeeld Pham-Kanter2009). Psycholog<strong>is</strong>che gevolgen van <strong>ongelijk</strong>heid zijn ook voorgesteld door Neckermanen Torche (2007), die beweren dat “living in a context of high inequalitymight intensify feelings of relative deprivation among low-income individuals”.Deze nadruk op relatieve deprivatie vinden we al terug in het werk van RobertMerton (1957), die stelde dat de maatschappelijke omgeving van invloed <strong>is</strong> op wiemensen zien als de referentiegroep waarmee ze zichzelf willen vergelijken.De psychosociale theorie stelt dat statusverschillen meer aan de oppervlaktekomen in meer <strong>ongelijk</strong>e samenlevingen. Omdat voor sommigen sociale statusniet binnen handbereik ligt, terwijl in de hedendaagse samenleving de norm prevaleertom succesvol te zijn, ontstaat stress bij de mensen aan de onderkant van desociale ladder. Volgens Merton (1957) zou de d<strong>is</strong>crepantie tussen maatschappelijkedoelen (‘econom<strong>is</strong>ch succes’) en individuele legitieme middelen om die doelen tebereiken, leiden tot illegale manieren om de doelen alsnog te real<strong>is</strong>eren. Het aantalvermogensdelicten <strong>is</strong> dan ook hoger in landen waar meer <strong>ongelijk</strong>heid <strong>is</strong>, vooral alsin dat land de norm van succes heerst (Chamlin en Sanders 2013). Hierbij kan echterworden betwijfeld of deze delicten vooral door het armere deel van de bevolkingworden gepleegd.Ook de algemene menselijke behoefte om omgang te hebben met gelijkgestemden(McPherson et al. 2001) betekent dat in meer <strong>ongelijk</strong>e landen grotere inkomensverschillenmoeten worden overbrugd. Dit zou tot gevolg kunnen hebben dat desociale relaties tussen inkomensgroepen beperkter zijn, vooral naarmate dezegroepen in inkomen verder uit elkaar liggen. Volgens sommige onderzoekers voelende lagere inkomensgroepen zich ‘sociaal gedegradeerd’, waarbij zij het gevoelhebben dat hun standpunten in de politiek niet vertegenwoordigd zijn. Dit zou demaatschappelijke en politieke betrokkenheid kunnen verminderen.Het centrale punt in de psychosociale theorie <strong>is</strong> dus dat de <strong>ongelijk</strong>heid <strong>is</strong> gekoppeldaan ongewenste resultaten omdat aan “bepaalde voorwaarden voor socialeinteractie niet <strong>is</strong> voldaan” (Lancee en Van de Werfhorst 2012). Hierdoor hebbenmensen minder mogelijkheden om gemeenschappelijke doelen te delen. Als deinkomens<strong>ongelijk</strong>heid toeneemt, zo <strong>is</strong> de gedachte, neemt de sociale afstand tusseninkomensgroepen toe. Dit leidt tot een lagere mate van sociale betrokkenheiden sociaal vertrouwen, wat vervolgens weer leidt tot meer criminaliteit en een lagerniveau van welzijn (Alesina et al. 2004).Ten aanzien van de sociale en politieke uitkomsten die in dit hoofdstuk centraalstaan, <strong>is</strong> het aannemelijk dat de psychosociale theorie een belangrijk verklaringsmodelvormt. Gebrekkige betrokkenheid bij de politiek, of een gebrek aan vertrouwenin overheidsinstanties, zijn niet direct uitkomsten die mensen kunnen‘kopen’ met voldoende hulpbronnen. Als we hulpbronnen ruimer zien dan alleen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!