10.07.2015 Views

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

22 h o e o n g e l i j k i s n e d e r l a n d ?filosof<strong>is</strong>che tradities wordt op het belang ervan gewezen. Er bestaat vooral verschilvan mening over het soort gelijkheid dat nagestreefd dient te worden, of het soort<strong>ongelijk</strong>heid dat bestreden dient te worden. Een klassieke positie, waarover veelconsensus bestaat, <strong>is</strong> dat mensen niet door toeval rijker zouden moeten kunnenworden dan anderen maar door eigen verdienste. 2Een kwestie waar vaak verschillend over wordt gedacht, <strong>is</strong> de vraag of het omgelijke kansen of gelijke uitkomsten gaat. Zo willen liberalen over het algemeen datmensen met gelijke kwaliteiten – dus ongeacht afkomst – toegang hebben totdezelfde posities. Sociaaldemocraten streven traditioneel vaker naar een gelijkeverdeling an sich, niet alleen van inkomen maar ook van kenn<strong>is</strong> en macht. En chr<strong>is</strong>tendemocratenpleiten vaker voor gelijke wederkerigheid. Sen zelf pleit niet voorgelijke uitkomsten maar voor gelijkheid aan mogelijkheden voor iedereen, ook welde capability-benadering genoemd. De taak van de overheid <strong>is</strong>, volgens hem, omiedereen zo uit te rusten en sociale instituties zo in te richten dat mensen zelf hunmogelijkheden kunnen real<strong>is</strong>eren.Toch bestaat onder filosofen wel verschil van mening over de morele prioriteit vangelijkheid. Sommigen vinden dat andere – morele – waarden belangrijker zijn dangelijkheid. De filosoof Frankfurt, bijvoorbeeld, stelt dat <strong>ongelijk</strong>heid er niet toedoet als iedereen maar een behoorlijk bestaan heeft. Oftewel: als iedereen voldoendeheeft, <strong>is</strong> het vanuit moreel oogpunt niet van belang dat sommigen meerhebben dan anderen (1988, in De Beer en Pekelharing 2006). Een variant hierop <strong>is</strong>de beroemde morele vu<strong>is</strong>tregel van Rawls (1971), dat toenemende <strong>ongelijk</strong>heidgeen probleem <strong>is</strong> als (daardoor) de onderkant van de samenleving er eveneens opvooruitgaat (en als <strong>ongelijk</strong>heden verbonden zijn aan posities en ambten die vooriedereen openstaan). Ook wordt vaak een spanning gesuggereerd tussen de drieleuzen van de Franse revolutie – vrijheid, gelijkheid en broederschap –, waarbij deliberale invalshoek vanouds vooral vrijheid verkiest, de sociaaldemocrat<strong>is</strong>chevooral gelijkheid benadrukt en de chr<strong>is</strong>tendemocratie broederschap.Een tweede bron voor de mate van legitimiteit van (on)gelijkheid zijn burgers zelf;de percepties van de bevolking zijn dan leidend. <strong>Hoe</strong> wordt in de publieke opiniegedacht over rechtvaardigheidsvragen omtrent inkomen? Volgens de Nederlands-Hongaarse econoom Smirzai <strong>is</strong> in Nederland sprake van een waar nivelleringsethos(wrr 1996b).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!