10.07.2015 Views

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

V28_Hoe_ongelijk_is_NL_volledig

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

593 groeiende beloningsverschillen innederlandPaul de Beer3.1 de beloningsverschillen nemen toeAls wordt gesproken over toenemende inkomens<strong>ongelijk</strong>heid in Nederland, dangaat het in de eerste plaats om groeiende beloningsverschillen. Zoals Salverda indeze wrr-Verkenning laat zien, zijn het vooral de arbeidsinkomens die verklarenwaarom het inkomen aan de top en aan de voet van de inkomensverdeling steedsverder uiteenloopt. De kloof tussen topverdieners en minimumloners wordtsteeds groter.In figuur 3.1 wordt de ontwikkeling van de topinkomens in het bedrijfsleven weergegeventen opzichte van het minimumloon. Dankzij de inspanning van de Volkskrant1 , die jaarlijks de jaarverslagen van de grote ondernemingen uitvlooit, kunnenwe de ontwikkeling van de topsalar<strong>is</strong>sen in het bedrijfsleven nu over ruim twintigjaar volgen. Figuur 3.1 toont de verhouding tussen de gemiddelde beloning van debestuurders van de honderd bedrijven die hun top het meest betalen (kortweg detop 100) en het wettelijk minimumloon. In 1990 verdiende een bestuurder uit detop 100 in iets minder dan twee weken evenveel als een minimumloner in een heeljaar; in 2011 had hij daar nog maar één week voor nodig. Aan de vooravond van deeconom<strong>is</strong>che cr<strong>is</strong><strong>is</strong>, in 2007, was dit kortstondig zelfs slechts drie werkdagen: eentopbestuurder verdiende toen iedere dag bijna evenveel als een minimumloner ineen half jaar. De cr<strong>is</strong><strong>is</strong> heeft, zoals figuur 3.1 laat zien, een forse correctie in de topbeloningenaangebracht. Niettemin <strong>is</strong> de langjarige stijgende trend hierdoor nietongedaan gemaakt.De groeiende loon<strong>ongelijk</strong>heid beperkt zich echter niet tot de top en de onderkantvan het loongebouw. Ook als we de gehele loonverdeling in ogenschouw nemen, <strong>is</strong>de <strong>ongelijk</strong>heid de afgelopen decennia gegroeid. Figuur 3.2 laat de ontwikkelingzien van twee bekende <strong>ongelijk</strong>heidsmaatstaven, de Gini-coëfficiënt en de Theilcoëfficiënt,voor het loon van werknemers met een voltijdbaan (zie voor uitleg,box 1, hoofdstuk 1). Door voor de periode 1977-2005 alleen voltijdwerknemers tevergelijken, wordt voorkomen dat het beeld wordt verstoord door de sterke groeivan het aantal deeltijders die vanwege een kortere arbeidsduur gemiddeld ook eenrelatief laag (maand- of jaar-)loon hebben. 2 Alleen voor de periode 2006-2011 zijncijfers beschikbaar over de uurlonen, die het mogelijk maken om niet alleen voltijdwerknemersmaar ook alle werknemers onderling te vergelijken.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!