03.08.2013 Views

Inzien en bewijzen - CWI

Inzien en bewijzen - CWI

Inzien en bewijzen - CWI

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

2.4. NIET ALLE BEWIJZEN GEVEN (EVENVEEL) INZICHT 23<br />

n+1 n(n+1)<br />

2 = 2 geeft het aantal manier<strong>en</strong> om twee ding<strong>en</strong> te kiez<strong>en</strong> uit n + 1 mogelijkhed<strong>en</strong>.<br />

Waarom is dit nu gelijk aan 1 + · · · + n? Neem aan dat je e<strong>en</strong> bak met n + 1 knikkers hebt,<br />

g<strong>en</strong>ummerd van 1 tot <strong>en</strong> met n + 1. Je neemt twee knikkers uit de bak, met de afspraak<br />

dat de tweede knikker e<strong>en</strong> lager nummer moet hebb<strong>en</strong> dan de eerste. Als je eerste knikker<br />

nummer k heeft, kun je je tweede knikker op k − 1 manier<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong>; er zitt<strong>en</strong> immers k − 1<br />

knikkers in de bak met e<strong>en</strong> lager nummer dan k. Totaal geeft dit 1 + 2 + · · · + n manier<strong>en</strong><br />

om twee knikkers uit de bak te hal<strong>en</strong>.<br />

Vierde bewijs:<br />

We hebb<strong>en</strong> hierbov<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> (opdracht 2.5 op bladzijde 20) dat de som van de eerste n ev<strong>en</strong><br />

getall<strong>en</strong> n(n + 1) is. Welnu, als je de eerste n ev<strong>en</strong> getall<strong>en</strong> neemt, <strong>en</strong> je deelt elk ervan door<br />

.<br />

2, dan krijg je de eerste n getall<strong>en</strong>. De som van de eerste n getall<strong>en</strong> is dus n(n+1)<br />

2<br />

Vijfde bewijs:<br />

Het vijfde bewijs is e<strong>en</strong> inductiebewijs, naar het strami<strong>en</strong> van bladzijde 17. Bij e<strong>en</strong> bewijs<br />

met inductie laat je twee ding<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> (we nem<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> aan dat de inductie bij 1 begint).<br />

1. Voor het geval n = 1 gaat de bewering op, <strong>en</strong><br />

2. als je aanneemt dat de bewering opgaat voor het geval n, dan kun je daaruit afleid<strong>en</strong> dat<br />

de bewering ook opgaat voor het geval n + 1.<br />

De aanname, in (2), dat de bewering opgaat voor n, heet de inductiehypothese. In het voor-<br />

. Die hypothese wordt vervolg<strong>en</strong>s<br />

beeldbewijs luidt de inductiehypothese: 1 + · · · + n = n(n+1)<br />

2<br />

gebruikt in de stap die wordt aangegev<strong>en</strong> met ih =.<br />

Basisstap: Voor n = 1 geldt dat n(n+1)<br />

2 = 1. Dit is inderdaad de som van de natuurlijke<br />

getall<strong>en</strong> tot <strong>en</strong> met 1.<br />

Inductiestap: Neem aan (inductiehypothese) dat 1 + · · · + n = n(n+1)<br />

2 . We moet<strong>en</strong> nu<br />

aanton<strong>en</strong>:<br />

Dit volgt direct uit:<br />

1+· · ·+n+(n+1) ih =<br />

n(n + 1)<br />

2<br />

1 + · · · + n + (n + 1) =<br />

(n + 1)(n + 2)<br />

.<br />

2<br />

+(n+1) = n2 + n 2n + 2<br />

+ =<br />

2 2<br />

n2 + 3n + 2<br />

=<br />

2<br />

(n + 1)(n + 2)<br />

2<br />

Het nadeel van het inductiebewijs t<strong>en</strong> opzichte van de andere bewijz<strong>en</strong> is dat het aan het<br />

eind van het bewijs nog steeds e<strong>en</strong> raadsel is hoe je de betrekking 1 + · · · + n = n(n+1)<br />

2 zelf zou<br />

kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!