De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
h o o f d s t u k 2<br />
d e ( r e c h t s ) p o s i t i e g r i f f i e ( r ) i n h e t d e c e n t r a l e b e s t u u r<br />
Naar een duaal decentraal bestuur<br />
Invoering van het duale bestuur in gemeenten en provincies: aa<strong>nl</strong>eiding en doel van de<br />
wetgever, de feitelijke invoering en de evaluatie van de wet.<br />
2.1 Waarom dualiseren?<br />
Gemeenten vormen een belangrijk onderdeel van de uitvoerende overheid. <strong>De</strong> Grondwet<br />
(1848) en de Gemeentewet (1851) van Thorbecke geven het wettelijk kader aan waarop de<br />
inrichting van ons huidige bestuurlijk bestel is gebaseerd. <strong>De</strong> maatschappelijke ontwikkelingen<br />
hebben sinds de introductie van deze wetten niet stilgestaan. Als gevolg hiervan<br />
zijn de <strong>positie</strong>s van de verschillende bestuursorganen en functionarissen ingrijpend gewijzigd.<br />
Dit is vastgelegd in de herziene Grondwet in 1983 en de Gemeentewet in 1994. 1<br />
<strong>De</strong> dualisering van het decentrale bestuur is niet uit de lucht komen vallen. <strong>De</strong> raad is het<br />
hoogste orgaan van de gemeente. In de afgelopen decennia ontwikkelde de bestuurspraktijk<br />
zich echter in dualistische richting, zonder dat de formele monistische grondstructuur<br />
hierop werd aangepast. Dit leidde tot onduidelijkheid over rollen en bevoegdheden van<br />
raad en college.<br />
<strong>De</strong> discussie over de staatsrechtelijke pijlers van Thorbecke is opgestart tijdens de voorbereiding<br />
van de algemene herziening van de Gemeentewet in 1994. <strong>De</strong> wetgever koos er destijds<br />
voor in de herziene Gemeentewet de veranderde <strong>positie</strong> van de raad ten opzichte van<br />
het college juridisch te verankeren met als resultaat een verhoging van de spanning tussen<br />
monistisch bestel en de ‘omgekeerde’ praktijk. 2 Er moest naar andere oplossingen worden<br />
gezocht om aan deze spanning een einde te maken.<br />
Het regeerakkoord van het tweede kabinet Kok zette in 1998 de deur open naar dualisering<br />
van het decentrale bestuur. <strong>De</strong> Staatscommissie Dualisme en lokale democratie, onder leiding<br />
van prof. mr. D.J. Elzinga, kreeg de opdracht deze politieke keuze toe te lichten en uit<br />
te werken. 3 Op 17 januari 2000 presenteerde de commissie Elzinga haar eindrapport dat op<br />
hoofdlijnen door de regering werd overgenomen en diende als basis voor de Wet dualisering<br />
gemeentebestuur en de Wet dualisering provinciebestuur. Het rapport bevat een<br />
scherpe analyse van de inrichting en werking van het lokale bestuur.<br />
Het invoeren van een dualistisch bestel kon volgens de commissie Elzinga bijdragen aan<br />
het oplossen van een viertal problemen:<br />
1 <strong>De</strong> <strong>positie</strong> van de politieke partijen in de (lokale) vertegenwoordigende democratie<br />
staat onder druk.<br />
2 <strong>De</strong> formele monistische grondstructuur van de gemeenten ten spijt, blijkt dat de<br />
bestuurspraktijk – zowel in grote als in kleinere gemeenten – een meer dualistisch<br />
karakter draagt.<br />
12