De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
d e ( r e c h t s ) p o s i t i e g r i f f i e ( r ) i n h e t d e c e n t r a l e b e s t u u r<br />
een bevoegdheid kan worden overgedragen, maar dat kan alleen niet ‘als de aard van de<br />
bevoegdheid zich daartegen verzet’(zie het slot van het eerste lid). Welke is nu de betekenis<br />
van deze algemene, maar nogal vage beperkingsgrond voor de onderhavige casus? Bij de<br />
herziening van de Gemeentewet in 1992 is hierover in de beide Kamers der Staten-Generaal<br />
– maar vooral in de Eerste Kamer – uitvoerig van gedachten gewisseld. Uitgangspunt van<br />
die gedachtewisseling was de vrees van de Kamers dat door een al te uitbundige delegatie<br />
van raadsbevoegdheden het primaat van de raad en de <strong>positie</strong> van minderheden in gevaar<br />
zouden kunnen komen. <strong>De</strong> regering bracht naar voren dat er bepaalde bevoegdheden zijn<br />
die zo sterk zijn gerelateerd aan de <strong>positie</strong> van de raad dat hier delegatie uitgesloten moet<br />
worden geacht. Als voorbeelden werden genoemd: bepaalde elementen uit bezoldigingsregelingen<br />
(art. 44 lid 5 Gemeentewet) en de invoering van deeltijdwethouders (art. 36<br />
Gemeentewet). 5 In de literatuur zijn daar later aan toegevoegd: de vaststelling van de<br />
gedragscode, de bezoldigingsregelingen uit hoofdstuk VI Gemeentewet, de instructie aan<br />
de raads<strong>griffie</strong>r (art. 107a lid 2 Gemeentewet), organisatie van de ambtelijke bijstand (art.<br />
33 Gemeentewet). 6 Op basis van jurisprudentie van de ABRvS is in 2001 art. 156 Gemeentewet<br />
aangepast en nu staat de zinsnede geen delegatie ‘indien de aard van de bepaling zich<br />
daartegen verzet’ uitdrukkelijk in de wet. 7<br />
<strong>De</strong> vraag is nu of de raadsbevoegdheid om <strong>rechts</strong><strong>positie</strong>regelingen voor <strong>griffie</strong>r en <strong>griffie</strong>ambtenaren<br />
vast te stellen zich vanwege haar aard verzet tegen delegatie. Daar zijn goede<br />
argumenten voor. Griffier en <strong>griffie</strong>ambtenaren werken voor de raad. Er is reden zoveel<br />
mogelijk onafhankelijkheid te scheppen voor deze ambtenaren. Zo weinig mogelijk aanknopingspunten<br />
moeten er bestaan om college-invloed te genereren op de <strong>griffie</strong> en het<br />
<strong>griffie</strong>personeel. Bij de regeling van de <strong>positie</strong> van <strong>griffie</strong>r en <strong>griffie</strong> is de verhouding tussen<br />
raad en college in het geding, alsmede het primaat van de raad en daarom valt een en ander<br />
bij uitstek onder het algemene beperkingscriterium van art. 156 lid 1 Gemeentewet. <strong>De</strong><br />
aard van de bevoegdheid lijkt zich derhalve te verzetten tegen een delegatie. Voor de<br />
beschikkingen geldt dat in feite ook, hoewel daar beschikkingen bij kunnen zijn die een<br />
zuiver technisch karakter dragen. Maar in algemene zin ligt het voor de hand ook deze van<br />
delegatie uitgesloten te achten vanwege hun aard. Voor instrumentele uitvoeringsbevoegdheden<br />
ligt de zaak anders, zo kan heel goed voor het <strong>griffie</strong>personeel gebruik worden<br />
gemaakt van de algemene gemeentelijke personeeldienst. Omdat het beperkingscruiterium<br />
van art. 156 lid 1 nogal vaag en algemeen kan niet met grote stelligheid worden<br />
betoogd dat concrete delegatiebesluiten een juridisch gebrek hebben. Daar lijkt het wel<br />
op, een en ander kan eerst in een eventuele juridische procedure worden vastgesteld. Nu<br />
op afzienbare termijn, als gevolg van het rapport ‘<strong>De</strong> staat van de dualisering’ de voorschriften<br />
voor de <strong>griffie</strong>r en <strong>griffie</strong> in de Gemeentewet worden bijgesteld en aangepast, lijkt<br />
het dan ook meer voor de hand te liggen om deze beperkingen uitdrukkelijk op te nemen<br />
in het lijstje van uitzonderingen uit art. 156 lid 2.<br />
Ondertussen is het de vraag of delegatiebesluiten die de onderhavige bevoegdheden aan<br />
het college delegeren ook in de praktijk voorkomen. Het viel buiten het bestek van dit<br />
advies om daar onderzoek naar te doen. Komen deze wel in de praktijk voor, dan gaat het<br />
in ieder geval om een problematische categorie.<br />
Vervolgens moet worden vastgesteld dat zogenaamde materiële delegaties niet door de beperkingen<br />
van art. 156 Gemeentewet kunnen worden getroffen. Indien gemeenteraden bij<br />
92