De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
De (rechts)positie griffie(r) - politiekadviesbureau.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
i j l a g e 5<br />
Procedure strafoplegging<br />
d e ( r e c h t s ) p o s i t i e g r i f f i e ( r ) i n h e t d e c e n t r a l e b e s t u u r<br />
f a s e n b e s c h r i j v i n g<br />
Dossieropbouw Wanneer een medewerker zijn verplichtingen niet nakomt of zich anderszins niet gedraagt<br />
zoals dat van hem verwacht mag worden, kan de werkgever hem trachten bij te sturen. Door<br />
middel van functioneringsgesprekken, beoordelingsgesprekken, afspraken en mondelinge of<br />
schriftelijke waarschuwingen kan getracht worden het functioneren van de werknemer te<br />
verbeteren. Het is verstandig afspraken zo veel mogelijk schriftelijk vast te leggen en te bevestigen.<br />
Wanneer een medewerker zich desondanks schuldig blijft maken aan plichtverzuim,<br />
kan hem een disciplinaire straf worden opgelegd. Bij een zeer ernstig vergrijp kan direct een<br />
disciplinaire straf worden opgelegd.<br />
Aankondiging voornemen<br />
tot strafoplegging<br />
<strong>De</strong> werkgever moet aan een medewerker aan wie hij een disciplinaire maatregel wil opleggen,<br />
schriftelijk laten weten dat hij die maatregel op wil leggen. Daarbij moet aangegeven worden<br />
wat de redenen daarvoor zijn. Ook wanneer tijdens een gesprek het voornemen tot het opleggen<br />
van een disciplinaire straf wordt meegedeeld, moet dat schriftelijk bevestigd worden.<br />
Verantwoording Een medewerker kan schriftelijk of mondeling aangeven hoe hij aankijkt tegen het plichtsverzuim<br />
waarvan hij wordt beschuldigd. Hij kan aangeven of hij het eens is met de mening<br />
van de werkgever over zijn gedrag. Ook kan hij verzachtende omstandigheden aanvoeren,<br />
welke de werkgever volgens hem zou moeten laten meewegen bij zijn beslissing. Hij kan zich<br />
daarbij laten bijstaan of vertegenwoordigen door een raadsman. Dat kan in principe ieder<br />
ander persoon zijn, maar is in de regel een vertegenwoordiger van zijn vakorganisatie of een<br />
advocaat. Zowel de medewerker als zijn raadsman moeten in de gelegenheid worden gesteld<br />
kennis te nemen van een eventueel opgebouwd dossier.<br />
<strong>De</strong> verantwoording vindt niet eerder plaats dan na 6 maal 24 uur en niet later dan na 12 maal<br />
24 uur nadat de werkgever schriftelijk heeft gemeld dat hij van plan is een straf op te leggen.<br />
Op verzoek van de medewerker kan van deze termijnen worden afgeweken.<br />
Als de medewerker mondeling verantwoording aflegt, wordt hiervan binnen 36 uur een proces-verbaal<br />
opgemaakt. In principe moet het proces-verbaal in aanwezigheid van de medewerker<br />
worden voorgelezen. Wanneer dit niet mogelijk is wordt het aan de medewerker en<br />
diens raadsman toegezonden. Daarna wordt het door de vertegenwoordiger van werkgever<br />
die de verantwoording geleid heeft en door de medewerker getekend.<br />
Weigert de medewerker te tekenen, dan wordt dat met reden op het proces-verbaal vermeld.<br />
<strong>De</strong> medewerker ontvangt vervolgens een afschrift van het proces-verbaal.<br />
Strafoplegging en<br />
berichtgeving<br />
Met in acht neming van het verweer van de medewerker, bepaalt de werkgever of de disciplinaire<br />
straf wordt opgelegd. Het verweer kan aa<strong>nl</strong>eiding zijn tot het opleggen van een minder<br />
zware straf dan eventueel was voorgenomen. Van het besluit om een straf al dan niet op te<br />
leggen en de aard daarvan, wordt de medewerker schriftelijk op de hoogte gesteld. <strong>De</strong> brief<br />
kan hem overhandigd worden tijdens een gesprek of bezorgd worden door een koerier of per<br />
aangetekende post. Bij een overhandiging moet een bewijs van ontvangst worden getekend.<br />
Bezwaar en beroep In de brief met het besluit tot strafoplegging moet worden meegedeeld dat de werknemer de<br />
mogelijkheid heeft bezwaar te maken en de termijn waarbinnen dat moet gebeuren. <strong>De</strong>ze<br />
procedure is neergelegd in de Algemene wet bestuursrecht. Zolang de medewerker nog de<br />
mogelijkheid heeft bezwaar te maken, is de straf niet onherroepelijk geworden. Dit betekent<br />
dat de straf nog niet kan worden uitgevoerd. Een uitzondering geldt voor de schriftelijke<br />
berisping en voor straffen waarvan de werkgever expliciet heeft besloten dat deze onmiddellijk<br />
ten uitvoer moeten worden gelegd. Dit laatste kan het geval zijn wanneer door uitstel het<br />
dienstbelang onevenredig geschaad wordt ten opzichte van het recht van de medewerker om<br />
eerst bezwaar te maken.<br />
126