22.08.2013 Views

Lessen voor een Belgisch tijdsbeleid Een analyse van Europese ...

Lessen voor een Belgisch tijdsbeleid Een analyse van Europese ...

Lessen voor een Belgisch tijdsbeleid Een analyse van Europese ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De tijdsproblemen waarmee mensen dagelijks worden geconfronteerd zijn bij uitstek <strong>een</strong><br />

sociale kwestie. Wat en wanneer we iets doen, hoe lang iets duurt, de volgorde waarin we de<br />

dingen doen en de regelmaat of het ritme <strong>van</strong> activiteiten zijn uitdrukkingen <strong>van</strong> sociale<br />

waarden, houdingen, opvattingen, normen, posities, rollenpatronen en maatschappelijke<br />

ongelijkheden. Patronen <strong>van</strong> tijdsbesteding variëren dan ook in verschillende culturen en<br />

subculturen en in verschillende bevolkingscategorieën. In die zin is tijdsordening meer dan de<br />

optelsom <strong>van</strong> individuele preferenties (vgl. Elchardus, 1996; Breedveld, Cloin & <strong>van</strong> den<br />

Broek, 2002). Het is het product <strong>van</strong> hoe <strong>een</strong> samenleving activiteiten in tijd en ruimte<br />

organiseert. Overheden zijn <strong>een</strong> belangrijke partij bij de temporele organisatie <strong>van</strong> de<br />

samenleving, bij het bepalen en regelen <strong>van</strong> arbeids- en openingstijden, <strong>van</strong> de<br />

pensioenleeftijd, het inrichten <strong>van</strong> kinderop<strong>van</strong>g… De behoefte aan <strong>een</strong> beter georchestreerde<br />

tijdsordening is de afgelopen decennia in de meeste Westerse landen sterk toegenomen.<br />

Onder invloed <strong>van</strong> maatschappelijke veranderingen ontstond <strong>een</strong> meer problematische<br />

tijdsordening (zie bv. Aymard, Grignon & Sabban, 1993; Adam, 1995; Elchardus, 1996,<br />

Breedveld & <strong>van</strong> den Broek, 2002; Beckers, 2004). Dit is ook de belangrijkste reden waarom<br />

er gedurende de afgelopen decennia in vele <strong>Europese</strong> landen tal <strong>van</strong> initiatieven en projecten<br />

rond tijdsordening ontstonden (o.a. in Italië, Frankrijk, Nederland, Duitsland). De politieke<br />

aandacht <strong>voor</strong> tijdsproblemen is bestaande in België, maar vertaalt zich niet of in zeer<br />

beperkte mate naar <strong>een</strong> expliciet <strong>tijdsbeleid</strong>. Er was bij<strong>voor</strong>beeld de aandacht <strong>van</strong><br />

verschillende Vlaamse excellenties <strong>voor</strong> het onderwerp, waarbij ze zichzelf het predicaat <strong>van</strong><br />

minster <strong>van</strong> tijd gaven 1 . Maar veel concrete acties werden niet ondernomen. Het <strong>tijdsbeleid</strong> in<br />

België is <strong>voor</strong>al impliciet <strong>van</strong> aard. Verschillende bevoegdheidsdomeinen op verschillende<br />

bestuurlijke niveaus grijpen in op de tijdsbesteding <strong>van</strong> individuen en de tijdsordening <strong>van</strong> de<br />

samenleving. Zo wordt er beleid gevoerd betreffende arbeidstijden, openingstijden <strong>van</strong> winkels<br />

en diensten, schooltijden,… Maar ook de ingrepen in het openbaar vervoer, de aanleg <strong>van</strong><br />

wegen, de <strong>voor</strong>zieningen <strong>voor</strong> jongeren, de inplanting <strong>van</strong> industrieterreinen,... hebben <strong>een</strong><br />

invloed op de wijze waarop individuen hun tijd besteden en <strong>een</strong> collectieve tijdsordening tot<br />

stand komt. Impliciet <strong>tijdsbeleid</strong> is echter nog g<strong>een</strong> geïntegreerd <strong>tijdsbeleid</strong>, waarin <strong>een</strong> meer<br />

omvattende geregisseerde tijdschoreografie wordt nagestreefd.<br />

1.2. OPZET VAN HET ONDERZOEK<br />

De vraag stelt zich dan ook in welke mate België nood heeft aan <strong>een</strong> geïntegreerd <strong>tijdsbeleid</strong>,<br />

of in welke mate de tijdsproblemen <strong>van</strong> alledag gebaat kunnen zijn bij <strong>een</strong> beleid dat ingrijpt<br />

op de tijdsordening of dat faciliterend werkt <strong>voor</strong> de individuele tijdsbesteding. In opdracht<br />

<strong>van</strong> Federaal Wetenschapsbeleid werd de onderzoeksgroep TOR <strong>van</strong> de Vrije Universiteit<br />

1 Mieke Vogels als minister <strong>van</strong> Welzijn, Bert Anciaux als minister <strong>van</strong> Cultuur en Renaat Landuyt als<br />

minister <strong>van</strong> Werkgelegenheid.<br />

8

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!