Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
“Overheersend zijn echter de vragen en opdrachten met een weinig uitdagend,<br />
reproductief karakter”.<br />
“De (grote) verschillen in vorm en inhoud en in spreiding en omvang van de toetsen<br />
voor het schoolonderzoek maken dat de slaagkansen voor leerlingen sterk<br />
uiteenlopen.”<br />
Een van die verschillen tussen de scholen betreft de mate waarin de proefvertaling van<br />
een Latijnse tekst (“nieuwe vertaling”) en de stof van het centraal examen in het cijfer<br />
van het schoolonderzoek meetellen: die verschillen onderling zijn erg groot.<br />
Over deelvraag 3 die over de al of niet aanvaardbare moeilijkheidsgraad, te vergelijken<br />
met het examen gaat, meldt het rapport:<br />
” Het schoolonderzoek biedt aan scholen de mogelijkheid om in de examinering eigen<br />
accenten te leggen. Dit mag er volgens de inspectie niet toe leiden dat de<br />
moeilijkheidsgraad van het schoolonderzoek substantieel afwijkt van die bij het<br />
centraal examen. Meer dan de helft van de schoolonderzoeken (60 procent) heeft een<br />
moeilijkheidsgraad die vergelijkbaar is met of hoger ligt dan die van het centraal<br />
examen. In deze schoolonderzoeken heeft de inspectie vaak uitstekende vragen en<br />
opdrachten aangetroffen. Daarentegen blijkt ruim 40 procent van de<br />
schoolonderzoeken gemakkelijker te zijn dan een “gemiddeld” centraal examen. Dit<br />
komt door een oppervlakkige toetsing van tekstbegrippen, door vragen die<br />
reproductie-antwoorden veronderstellen, door globale en eenvoudige vragen over<br />
achtergronden, door “losse” vragen over grammatica en door woordjesoverhoringen.”<br />
Conclusie<br />
“De inspectie constateert dan ook dat de verschillen in vorm, inhoud en omvang van<br />
de schoolonderzoeken zo groot zijn, dat onderlinge vergelijkbaarheid slechts beperkt<br />
mogelijk is en de slaagkansen van leerlingen in het perspectief van het centraal<br />
examen sterk uiteenlopen”<br />
Tot zover de samenvatting en de conclusie van het rapport.<br />
Commentaar vanuit het perspectief van het vakdossier:<br />
Er blijkt op 40% van de 79 scholen bij de schoolonderzoeken Latijn van dat jaar<br />
1997/1998 een groot verschil tussen het beoogde en het gerealiseerde curriculum:<br />
beoogd waren vragen op het niveau van het examen, vragen in overeenstemming met<br />
de doelen van het vak, lectuur van minimaal 45 OCT pagina’s, maar er is op veel<br />
scholen hiervan veel niet gerealiseerd. En dit onderzoek betreft de situatie vóór de<br />
invoering van de tweede fase.<br />
Geldt deze situatie van 8 jaar geleden in die scholen ook nú nog, in de tweede fase Is<br />
het mogelijk dat de door de CEVO geconstateerde grote verschillen tussen de scholen en<br />
tussen de schoolexamens en het centraal examen in 2004 (zie hoofdstuk 1) ook<br />
hierdoor te verklaren zijn Betekent dit op een of andere wijze dat het<br />
gymnasiumdiploma van de ene school van hogere waarde is dan dat van een andere<br />
school<br />
Het ligt voor de hand dat deze verschillen in bevraging invloed hebben op de resultaten<br />
voor het CE. Worden aan veel leerlingen bij het SE te lage eisen gesteld, om allerlei<br />
redenen (zie hoofdstuk 1) en zijn de CE-scores o.a. daardoor zo slecht In elk geval is<br />
het door CEVO en CITO geconstateerde verschil in cijfers tussen SE en CE daardoor te<br />
verklaren.<br />
Het is urgent om er onderzoek naar te doen of docenten opzettelijk afwijken van die<br />
eisen voor het SE of niet opzettelijk. In het laatste geval zou er iets aan gedaan kunnen<br />
worden: handreikingen, standaarden, eerste of tweede correctie of controle van scholen<br />
onderling, enz. Dit om de waarde van het gymnasiumdiploma te garanderen.<br />
⏐ 71