23.09.2013 Views

Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht

Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht

Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

THOMAS' WETSBEGRIP 69<br />

gemeenschap heeft.<br />

Zoals gezegd reduceert de aristo<strong>te</strong>lische causali<strong>te</strong>itsleer alle<br />

oorzakelijkheid tot een viertal oorzaken. In de definitie van een wet<br />

kunnen er drie gemakkelijk aangewezen worden: vormoorzaak,<br />

doeloorzaak en werkoorzaak. Wat ontbreekt is de stofoorzaak (causa<br />

ma<strong>te</strong>rialis).<br />

De stof van een ding is datgene waaruit het gemaakt is. Een<br />

klok bijvoorbeeld bestaat uit delen, zonder welke de klok niet zou zijn.<br />

Wat nu ma<strong>te</strong>rie of stofoorzaak van een wet is laat zich gemakkelijk<br />

raden: handelingen van de mensen die een politieke gemeenschap<br />

uitmaken. Zoals samenhang delen tot een klok vormt, zo worden<br />

menselijke handelingen tot wet 'gevormd' door de afgekondigde<br />

ordening van het verstand. Nu zijn handelingen ui<strong>te</strong>raard op een<br />

andere wijze ma<strong>te</strong>rie dan de delen van een klok. In verband met<br />

menselijke handelingen moet 'vormen' daarom op een andere manier<br />

verstaan worden. Afgekondigde ordeningen van het verstand vormen<br />

menselijke handelingen in die zin dat zij er zich op betrekkenP<br />

3. Theologische toepassing van de begripsbepaling<br />

In navolging van Aristo<strong>te</strong>les meent <strong>Thomas</strong> dat woorden (voces)<br />

<strong>te</strong>kenen (signa) zijn van begrippen (in<strong>te</strong>llectus) en zijn begrippen<br />

gelijkenissen (similitudinesï van dingen. Woorden verwijzen naar<br />

dingen die be<strong>te</strong>kend worden door middel van het begrijpen van het<br />

verstand. In de ma<strong>te</strong> dat iets door ons met het verstand gekend kan<br />

12 Dat <strong>Thomas</strong> in de begripsbepalende vraags<strong>te</strong>lling geen aandacht<br />

heeft voor de stof van wet<strong>te</strong>n duidt geenszins op gebrek aan belangs<strong>te</strong>lling.<br />

Hij wijdt er immers een hele vraags<strong>te</strong>lling aan, namelijk ST I-II, q.92. In het<br />

eers<strong>te</strong> artikel van deze vraags<strong>te</strong>lling beziet <strong>Thomas</strong> de relatie tussen wet en<br />

deugd en betoogt hij in navolging van Aristo<strong>te</strong>les dat een wetgever dient bij <strong>te</strong><br />

dragen aan de morele ontwikkeling van de gemeenschapsleden. "Omdat een<br />

wet gegeven wordt met als doel het rich<strong>te</strong>n van menselijke handelingen, maakt<br />

een wet mensen in zoverre goed, voor zover menselijke handelingen bijdragen<br />

tot deugd." En in het tweede artikel s<strong>te</strong>lt hij de wijze waarop wet<strong>te</strong>n zich op<br />

handelingen betrekken afhankelijk van hun geaardheid. Het voert <strong>te</strong> ver om<br />

stil <strong>te</strong> staan bij de intrinsieke kwali<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n van handelingen. Men raadplege<br />

verder ST I-II, q.18.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!