Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht
Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht
Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
WIE KENT DE KRACHT VAN UW TOORN? 99<br />
bijbelse beelden maar meer op hun metaforisch karak<strong>te</strong>r. Hij laat de<br />
bijbelse beelden niet zomaar staan, maar weegt ze theologisch.<br />
Tegelijk vervalt hij daarmee niet in het ui<strong>te</strong>rs<strong>te</strong> waarvoor de au<strong>te</strong>urs<br />
van de Dunklen Sei<strong>te</strong>n waarschuwen: een soort filosofisch-theologische<br />
constructie van een Godsbeeld dat voldoet aan de verwachtingen van<br />
de burgerlijk verlich<strong>te</strong> mens. Daarvoor is de benadering van Grijs '<strong>te</strong>'<br />
theologisch: er worden geen normen of verwachtingen van bui<strong>te</strong>naf<br />
ingebracht waaraan het Godsbeeld moet voldoen. De Grijs laat ech<strong>te</strong>r<br />
wel zien, dat volgens <strong>Thomas</strong>' benadering de donkere kan<strong>te</strong>n van<br />
God, veeleer onze donkere kan<strong>te</strong>n zijn.<br />
/.4.2. Terug naar de vraags<strong>te</strong>lling<br />
Ook volgens De Grijs straft God. Niet uit een soort menselijk<br />
opgevat<strong>te</strong> toom Gods, met passies, alsof het een keerzijde was van<br />
Zijn liefde, maar ex tranquillita<strong>te</strong> animae, vanuit Zijn iustitia, die<br />
ui<strong>te</strong>indelijk voortkomt uit Zijn liefde. Begrippelijk gesproken gaat het<br />
om substractio gratiae, die Zijn reactie is op de zonde.<br />
Het is dus zoals gezegd, een relationele <strong>te</strong>rm, de toorn Gods,<br />
en geen aspect van God. (Misschien dat dit de reden is, dat <strong>Thomas</strong> er<br />
geen apart artikel aan gewijd heeft.)<br />
Niet<strong>te</strong>min: God doet iets, Hij onthoudt Zijn genade. In de<br />
praktijk kan dat neerkomen op "the grea<strong>te</strong>st disas<strong>te</strong>rs and blows which<br />
may strike people as the outcome of sin, as 'punishment' which is<br />
bound to sin because God has willed it" (p.44).<br />
Deze in<strong>te</strong>rpretatie van Gods toom als metafoor lijkt mij<br />
aannemelijk, vooral omdat De Grijs getoond heeft dat een proprielezing<br />
van Gods toom theologisch ui<strong>te</strong>rst problematisch is, vooral<br />
wanneer men deze doordenkt naar de christologie in het opzicht van<br />
het kruisoffer. Verder, een in<strong>te</strong>rpretatie waarbij iedere gedach<strong>te</strong> aan<br />
straf wordt uitgebannen, zou geen recht doen aan wat de metafoor<br />
zeggen wil (die zou dan helemaal niets meer over God zeggen) en ook<br />
niet aan Gods gerechtigheid.<br />
Bovendien, doordat de toom Gods 'ingekaderd' is in Gods<br />
gerechtigheid en liefde, zijn er ook geen 'donkere zijden' aan God (vgl<br />
lJohl :5). Dat be<strong>te</strong>kent ook, dat de vraag naar God inderdaad altijd<br />
een vraag naar heil is, en dus niet een soort nieuwsgierige vraag is<br />
naar de verklaring van bepaalde fenomenen.