23.09.2013 Views

Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht

Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht

Jaarboek Thomas Instituut 1997 - Thomas Instituut te Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

THOMAS' WETSBEGRIP<br />

toe van de mensen goede mensen <strong>te</strong> maken, zij het dat het wellicht<br />

be<strong>te</strong>r is om <strong>te</strong> spreken van het goede van de mensheid. Naar vorm<br />

bezien is ook de natuurlijke wet een ordening van de rede. Ditmaal<br />

gaat het niet om iets dat lijkt op een gevolgtrekking, maar om iets dat<br />

wel wat weg heeft van de premissen in een bewijsvoering. Formeel<br />

bestaat de natuurlijke wet uit voorschrif<strong>te</strong>n of beginselen. Voor wat<br />

betreft de werkoorzaak liggen de zaken wat ingewikkelder en moet er<br />

onderscheid gemaakt worden. De werkoorzaak van de natuurlijke wet<br />

is de mens, wiens praktische rede de met de menselijke wijze van zijn<br />

gegeven beginselen van handeling onderkent. Als werkoorzaak van de<br />

natuurlijke wet is de mens evenwel slechts de direc<strong>te</strong> werkoorzaak. De<br />

ui<strong>te</strong>indelijke werkoorzaak is God. Als daad bezien impliceert een en<br />

ander dat afkondiging tweevoudig is. De natuurlijke wet is<br />

afgekondigd door de mens, voor zover hij haar voorschrif<strong>te</strong>n<br />

onderkent, èn door GOd.18<br />

Toepassing van het wetsbegrip op het goddelijke niveau<br />

brengt weer be<strong>te</strong>kenisverschuivingen van de samens<strong>te</strong>llende <strong>te</strong>rmen<br />

met zich mee. Bij de eeuwige wet gaat het formeel om een begrip dat<br />

in God bestaat: het plan van het bestuur der dingen. De gemeenschap<br />

die door de goddelijke rede bestuurd wordt, is de gemeenschap van<br />

het geschapene. Het gemeenschappelijke goede is hier dus het goede<br />

van alle schepsels, God zelf, <strong>te</strong>rwijl hun bewegingen en handelingen<br />

de stof vormen. Maker van deze eeuwige wet is vanzelfsprekend de<br />

zorgdrager van het geschapene: God. Afgekondigd is deze wet door<br />

het 'voorzien' van God. Daar het plan in God en derhalve eeuwig is,<br />

be<strong>te</strong>kent dit dat de afkondiging van de eeuwige wet geen daad kan zijn<br />

die plaatsgevonden heeft op een moment in de tijd om daarna bij<br />

voortduring in de tijd aan de bewegingen en handelingen van de<br />

schepselen vorm <strong>te</strong> geven."<br />

Nu valt moeilijk in <strong>te</strong> zien hoe een begrip in God de bewegingen<br />

en handelingen van al wat is kan vormen. Hoe kan een begrip als<br />

vormoorzaak worden aangemerkt? <strong>Thomas</strong> vergelijkt dan de<br />

bestuurder met de ambachtsman. Deze laats<strong>te</strong> zal een plan moe<strong>te</strong>n<br />

18 ST I-II, q.91 a.2.<br />

19 ST I-II, q.91 a.L <strong>Thomas</strong> spreekt van afkondiging door zowel het<br />

Woord als het boek des levens. Vgl. Joh. 1,1-18 en Ps. 69,29.<br />

73

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!