Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...
Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...
Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
BAAC bv Aanvullend Archeologisch Onderzoek Enschede, Usseler es<br />
4.4.2 Vondsten<br />
Het sporadische vondstmateriaal bestaat vrijwel geheel uit al dan niet bewerkt vuursteen.<br />
4.5 Deelgebied 5<br />
Deelgebied 5 ligt in het zuidwesten van het onderzoeksgebied en omvat de proefsleuven 20<br />
en 21.<br />
Afb. 17: proefsleuven deelgebied 5.<br />
4.5.1 Sporen<br />
In proefsleuf 20 zijn in het totaal bijna 50 sporen aanwezig. De meeste sporen houden<br />
verband met een perceelscheiding. Deze scheiding ligt vrijwel in de lengterichting van de<br />
sleuf en is westzuidwest-oostnoordoost georiënteerd. Er lijken verschillende fases aanwezig<br />
te zijn. Het westelijke deel bestaat uit een aantal smalle evenwijdige greppeltjes, waarvan er<br />
één (spoor 281) en scherpe knik naar het noorden maakt. In het oosten van de sleuf<br />
verdwijnen de greppeltjes om plaats te maken voor een rij palen. Ook in sleuf 21 is een<br />
gedeelte van een perceelscheiding aanwezig. Deze heeft vrijwel dezelfde oriëntering als die<br />
in sleuf 20 en bestaat uit een aantal evenwijdige greppeltjes.<br />
In beide proefsleuven komen aan de oostzijde een aantal grote kuilen voor. De doorsnede<br />
varieert van circa 1 meter tot 2,5 meter. Een enkele kuil is gecoupeerd. Spoor 311 is<br />
ongeveer 20 cm diep, spoor 317 ongeveer 70 cm. De functie van de kuilen is onbekend.<br />
Een aantal in het vlak aanwezige recente verstoringen waren afkomstig van het<br />
proefsleuvenonderzoek van het ADC. De oostelijke helft van beide proefsleuven wordt<br />
verder aangeduid als vindplaats F.<br />
4.5.2 Vondsten<br />
In deelgebied 5 is maar weinig vondstmateriaal aangetroffen. Vrijwel al het aardewerk<br />
bestond uit kogelpotaardewerk uit de periode 1050-1250. Dit aardewerk wordt in de tekst van<br />
het volgende deelgebied beschreven<br />
4.6 Deelgebied 6<br />
Deelgebied 6 ligt in het noordwesten van het onderzoeksgebied en bevat de sleuven 1 en 2.<br />
Afb. 18: proefsleuven deelgebied 6.<br />
4.6.1 Sporen<br />
Beide proefsleuven bevatten veel sporen. Deze sporen zijn het gevolg van de aanwezigheid<br />
van een nederzetting in de Middeleeuwen. In sleuf 1 zijn 54 sporen opgetekend. Hierin zijn<br />
tenminste twee lange wanden van gebouwen herkenbaar.<br />
Afb. 19: gebouwsporen in proefsleuf 1.<br />
De oriëntatie van beide wanden is ongeveer noordwest–zuidoost. De noordelijke lange zijde<br />
van het zuidwestelijke gebouw 1 heeft een lengte van minimaal 17 meter, van de westelijke<br />
korte zijde is slechts circa 3 meter in de proefsleuf aanwezig. De forse gebintpalen staan<br />
circa 2 meter uit elkaar en vormen een onregelmatige lijn. Op enkele plaatsen lijken nog<br />
wandpaaltjes aanwezig te zijn.<br />
Van gebouw 2 is een lange wand met een minimale lengte van 11 meter aanwezig. De korte<br />
zijde is niet in het vlak te herkennen. De gebintpalen zijn vrij klein en staan op onregelmatige<br />
Concept versie 4 augustus 2008 17