Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...
Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...
Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
BAAC bv IVO Usseler es Noord, gemeente Enschede<br />
boringen, buiten de bovengenoemde boringen, nog andere indicatoren aangetroffen<br />
(voornamelijk houtskool. Op de noordelijke dekzandrug zijn 37 boringen uitgevoerd,<br />
waarbij in 18 boringen indicatoren zijn aangetroffen. In 5 boringen is aardewerk<br />
aangetroffen (al dan niet met andere indicatoren samen). Daarnaast zijn in 13<br />
boringen, buiten de bovengenoemde boringen, nog andere indicatoren aangetroffen<br />
(voornamelijk houtskool).<br />
Het centrale gebied<br />
In dit gebied zijn 301 boringen uitgevoerd, waarbij in 183 boringen indicatoren zijn<br />
aangetroffen. In 119 boringen is bewerkt vuursteen en/of aardewerk aangetroffen (al<br />
dan niet met andere indicatoren samen). Daarnaast zijn in 64 boringen, buiten de<br />
bovengenoemde boringen, nog andere indicatoren aangetroffen (voornamelijk<br />
houtskool).<br />
Het oostelijke gebied<br />
In dit gebied zijn in totaal 50 boringen uitgevoerd. Vanwege de ruimtelijk afwijkende<br />
ligging (bijlage 3) en ongunstige landschappelijke situatie van het noordoostelijke deel<br />
is alleen naar de archeologische potentie van het landschappelijk gunstig gelegen<br />
zuidwestelijke deel gekeken. Hier zijn 31 boringen uitgevoerd, waarbij in 3 boringen<br />
indicatoren zijn aangetroffen. In 2 boringen is aardewerk aangetroffen (al dan niet met<br />
andere indicatoren samen). Daarnaast is in 1 boring, buiten de bovengenoemde<br />
boringen, nog hutte<strong>nl</strong>eem als indicator aangetroffen.<br />
Tabel 4.2: Aandeel boringen met archeologische indicatoren per deelgebied<br />
Totale gebied<br />
(n = 561)<br />
Westelijke gebied<br />
(n = 210)<br />
Zuidelijke dekzandrug<br />
(n = 42)<br />
Noordelijke dekzandrug<br />
(n = 37)<br />
Centrale gebied<br />
(n = 301)<br />
Oostelijke gebied<br />
(n = 31)<br />
Met alle indicatoren<br />
(in %)<br />
21<br />
Met indicatoren vuursteen<br />
en aardewerk (in %)<br />
41% 25%<br />
24% 10%<br />
62% 28%<br />
49% 14%<br />
61% 40%<br />
10% 6%<br />
Het eerste dat opvalt in tabel 4.2 is het hoge percentage (41%) boringen met alle<br />
indicatoren in het totale gebied. Ook als alleen de indicatoren vuursteen en/of<br />
aardewerk worden bekeken is dit percentage (25%) hoog. Uit ervaring kan worden<br />
gezegd, dat dit een zeer hoog percentage is voor een zo groot (105 hectare) en<br />
landschappelijk gezien divers gebied bij een IVO verkende fase.<br />
Uit tabel 4.2 blijkt verder dat op de landschappelijke elementen die voor bewoning het<br />
meest geschikt zijn ook de hoogste percentages indicatoren zijn aangetroffen. Op de<br />
dekzandruggen in het westelijke gebied betreft het percentage boringen met alle<br />
indicatoren voor de zuidelijke dekzandrug 62% en voor de noordelijke dekzandrug<br />
49%. Voor dezelfde situatie ligt het percentage voor de gestuwde grondmorene uit het<br />
centrale gebied 61%. Bij alle drie de landschapselementen ligt het percentage ruim<br />
boven het gemiddelde percentage van het totale gebied (41%).