15.09.2013 Views

Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...

Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...

Bijlage 15 Archeologie - ruimtelijkeplannen.enschede.nl ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

BAAC bv IVO Usseler es Noord, gemeente Enschede<br />

3 Resultaten bureauonderzoek<br />

3.1 Geologie, geomorfologie en reliëf<br />

Het onderzoeksgebied is gelegen in het oostelijk zandgebied (Berendsen, 2000). Het<br />

oostelijk zandgebied is het gebied ten oosten van de rivierklei van de Gelderse IJssel<br />

en de Oude IJssel. De noordgrens valt vrijwel samen met de Overijsselse Vecht. Het<br />

oostelijk zandgebied wordt gekenmerkt door een sterk verbrokkeld reliëf: op korte<br />

afstanden komen grote verschillen voor in hoogteligging, bodemtypen en<br />

waterhuishouding. Het gebied helt in grote lijnen gezien af van ongeveer 40 m bij de<br />

Nederlands-Duitse grens naar circa 2 m + NAP in het Salland. Lokaal komen<br />

geïsoleerde heuvels en heuvelruggen voor tot een maximale hoogte van 85 m. De<br />

bedekking van het gebied ten tijde van het Pleistoceen (bijlage 1)door het landijs in het<br />

Saalien is van grote betekenis geweest voor de huidige reliëfverschillen in het<br />

landschap.<br />

Er komen enkele stuwwallen voor uit het Saalien (zie bijlage 1). De meest oostelijke<br />

stuwwallen van het oostelijk zandgebied bestaan gedeeltelijk uit tertiaire fijnzandige en<br />

kleiige mariene (= zee) afzettingen. Het tertiair is een geologisch tijdvak (62,5-2,5<br />

miljoen jaar geleden). De tertiaire afzettingen liggen in dit gebied op geringe diepte<br />

onder het maaiveld en konden daardoor worden meegestuwd. De stuwwallen in het<br />

oostelijk zandgebied zijn voor een deel door het ijs overreden; dit blijkt uit het<br />

voorkomen van keileem op de gestuwde afzettingen. In de Achterhoek en Twente<br />

komen vrij dikke grondmorene pakketten (keileem) voor. Grondmorene is sediment dat<br />

door de schurende werking van het landijs onder het ijs ontstaat. De keileem is vrij<br />

ondoorlatend waardoor de grondwaterstanden lokaal hoog zijn.<br />

In het grootste deel van het oostelijk zandgebied bestaat het pleistocene oppervlak uit<br />

dekzand en fluvioperiglaciale afzettingen (Twente Formatie) die in de laatste ijstijd (het<br />

Weichselien) zijn afgezet (bijlage 1). Het reliëf wordt gekenmerkt door vlakke,<br />

afvoerloze depressies en dekzandkopjes, afgewisseld met langgerekte ruggen.<br />

Langgerekte dekzandruggen met een west-oost oriëntatie komen vooral in Salland<br />

voor. Dekzand is zand dat door de wind is afgezet. Fluvioperiglaciale afzettingen zijn<br />

afzettingen die door de rivier zijn afgezet onder koude klimaatcondities.<br />

Plaatselijk komen smalle stroken holocene beekafzettingen (Singraven Formatie) voor.<br />

Deze afzettingen kunnen bestaan uit matig fijn tot zeer grof zand met lokaal leem of<br />

veen.<br />

Volgens de geologische kaart (RGD, 2000) bestaat het centrale deel (Usseler es) van<br />

het onderzoeksgebied uit grondmorene (Dr6: meestal keileem, grindhoudend lemig<br />

zand en leem, met stenen en blokken) met een dekzandbedekking dunner dan 2 m. In<br />

het geval van de Usseler es is de grondmorene enigszins gemodelleerd waarbij een<br />

drumlin-achtige vorm (druppelvormige heuvel) is ontstaan. Deze heeft een duidelijke<br />

noord-zuid richting die een indicator is voor de stromingsrichting van het landijs. Het<br />

gebied rondom de Usseler es bestaat voornamelijk uit fluvioperiglaciale afzettingen met<br />

een dikte van meer dan 2 m (Tw4: fijn tot grof zand, plaatselijk met leem en/of<br />

vee<strong>nl</strong>agen). Aan de zuidoostzijde van de es bevindt zich een oost-west georiënteerd<br />

dekzandpakket met een dikte van meer dan 2 m (Tw3: zeer fijn tot matig fijn zand,<br />

vaak iets lemig).<br />

Volgens de geomorfologische kaart (Stiboka, 1979) bestaat het centrale deel (Usseler<br />

es) van het onderzoeksgebied uit een hoge grondmorene (10B14) al dan niet bedekt<br />

6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!