inlaatspruitstuk smoorklephuis - Renault Vel Satis

MOTOR G9T
BRANDSTOFAANVOER
Controle van de brandstofopbrengst en -druk
De brandstofdruk in het lagedrukcircuit kan worden gecontroleerd.
13A-16
13A
De lagedruk van de opvoerpomp (elektrische pomp in de tank) is bestemd om de hogedrukpomp te voeden tijdens
het starten).
CONTROLE VAN DE LAGE DRUK (OPVOERPOMP)
Plaats een "T"-stuk Mot. 1311-08, zodat de
manometer Mot. 1311-01 kan worden aangesloten op
de uitgang (2) van het brandstoffilter.
Laat de pomp draaien met behulp van het
diagnoseapparaat of door de aansluitingen 3 en 5 van
het relais van de opvoerpomp (A) met elkaar te
verbinden.
Lees de druk af, deze moet tussen 2,5 en 4 bar zijn.
ONMISBAAR SPECIAAL GEREEDSCHAP
Mot. 1311-01
of Manometer
Mot. 1328
Mot. 1311-08 "T" voor het meten van de druk
ONMISBAAR MATERIAAL
Maatbeker 2000 ml
CONTROLE VAN DE POMPOPBRENGST
(OPVOERPOMP)
Laat de slang van de pomp uitmonden in de
maatbeker 2000 ml.
Laat de pomp draaien door de aansluitingen 3 en 5
van het relais van de opvoerpomp met elkaar te
verbinden.
De gemeten opbrengst moet minstens 80 tot 100 l/u
(1,5 l/min) zijn.
LET OP:
Het is niet toegestaan de druk en de opbrengst van
de hogedrukpomp te meten.
Editie 3