De verzorgingsstaat herwogen - Wetenschappelijke Raad voor het ...
De verzorgingsstaat herwogen - Wetenschappelijke Raad voor het ...
De verzorgingsstaat herwogen - Wetenschappelijke Raad voor het ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
7 verheffen: investeren in een zachtmoedige<br />
meritocratie<br />
7.1 inleiding<br />
verheffen: investeren in een zachtmoedige meritocratie<br />
<strong>De</strong> Nederlandse <strong>verzorgingsstaat</strong> heeft altijd (ook) in <strong>het</strong> teken van verheffen<br />
gestaan. Waar de wortels van de sociale zekerheid zoals die in <strong>het</strong> vorige hoofdstuk<br />
aan bod kwam, eerder in (<strong>het</strong> begin van) de twintigste eeuw liggen, gaat<br />
deze functie in sterke mate terug op de negentiende eeuw. In deze periode krijgt<br />
<strong>het</strong> Nederlandse onderwijsbestel contouren en neemt de arbeidsmarkt moderne<br />
vormen aan. In <strong>het</strong> verlengde daarvan vormen noties over kansen en mogelijkheden<br />
<strong>voor</strong> ontwikkeling een belangrijk onderdeel van <strong>het</strong> maatschappelijk<br />
discours. <strong>De</strong> vraag ligt <strong>voor</strong> hoe die noties inhoud te geven en wat <strong>het</strong> betekent<br />
<strong>voor</strong> de vormgeving van de verschillende instituties.<br />
Kenmerkend <strong>voor</strong> moderne samenlevingen is <strong>het</strong> funderende idee van individuele<br />
gelijkwaardigheid. Het belang van dat idee wordt door alle grote politieke<br />
stromingen onderschreven. Minder overeenstemming is er lange tijd geweest<br />
over wat dat betekent, wanneer aan de norm van individuele gelijkwaardigheid<br />
recht is gedaan, en wie daar<strong>voor</strong> de <strong>voor</strong>naamste verantwoordelijkheid heeft.<br />
Grof gezegd staan daarbij twee interpretaties tegenover elkaar: kansengelijkheid<br />
en uitkomstgelijkheid. Kansengelijkheid vereist een maatschappelijk bestel<br />
waarin vrije beroepskeuze wettelijk is gegarandeerd en waarin de overheid zich<br />
garant stelt <strong>voor</strong> de toegankelijkheid van <strong>het</strong> onderwijs. Uitkomstgelijkheid<br />
daarentegen is gebaseerd op een sociaal-wetenschappelijke analyse waarin de<br />
formele gelijkheden van de burgerlijke maatschappij <strong>voor</strong>al gezien worden als<br />
een toedekking van feitelijke ongelijkheden. <strong>De</strong> ‘negatieve vrijheden’ die bescherming<br />
bieden tegen overmatige staatsbemoeienis en burgers de mogelijkheid<br />
geven om via <strong>het</strong> schadebeginsel <strong>het</strong> civiele leven in goede banen te leiden,<br />
is in dit perspectief ontoereikend om recht te doen aan <strong>het</strong> beginsel van individuele<br />
gelijkwaardigheid. Naast ‘negatieve vrijheden’ zijn er dan ‘positieve vrijheden’<br />
nodig die verdergaan dan contractvrijheid en formele toegangsgelijkheid<br />
(Berlin 1958).<br />
Beide interpretaties zijn in <strong>het</strong> licht van de <strong>voor</strong>tgaande <strong>het</strong>erogenisering van de<br />
samenleving achterhaald. Omdat verheffen in een geïndividualiseerde samenleving<br />
niet uitsluitend de verantwoordelijkheid van de overheid kan zijn, maar in<br />
toenemende mate toevalt aan <strong>het</strong> individu zelf, kan verheffen niet langer de vorm<br />
aannemen van <strong>het</strong> van overheidswege ‘optillen’ van mensen tot aan een politiek<br />
bepaald uitkomstenniveau. Daar<strong>voor</strong> bestaan niet alleen redenen van politieke<br />
opportuniteit (We’re all liberals now!), maar ook eigenstandige morele redenen.<br />
Een eigentijdse uitwerking van <strong>het</strong> beginsel van individuele gelijkwaardigheid<br />
moet namelijk zowel recht doen aan de notie van gelijkheid als aan de notie van<br />
handelingsverantwoordelijkheid die er via de band van moderne persoonsconcepties,<br />
waarin <strong>het</strong> autonoom denkende en handelende individu centraal staat, aan<br />
moet worden toegevoegd. Alleen een verdeling van hulpbronnen en posities die,<br />
181