De verzorgingsstaat herwogen - Wetenschappelijke Raad voor het ...
De verzorgingsstaat herwogen - Wetenschappelijke Raad voor het ...
De verzorgingsstaat herwogen - Wetenschappelijke Raad voor het ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
sprake van structurele onderbenutting, dat wil zeggen: zijn er bevolkingsgroepen<br />
die stelselmatig uitvallen of in de onderste regionen van <strong>het</strong> bestel terechtkomen?<br />
Maar niet alleen ‘verheffingstekorten’ zijn van belang, ook ‘verheffingsoverschotten’.<br />
Waar kunnen inefficiënties en andere vormen van verspilling worden<br />
geïdentificeerd? Waar zou <strong>het</strong> onderwijsbestel in principe toe kunnen met<br />
minder publieke middelen omdat er meer private middelen in te zetten zijn?<br />
7.2.1 de prestaties van <strong>het</strong> Nederlandse onderwijs<br />
Hoewel <strong>het</strong> lastig is om de prestaties van verschillende onderwijssystemen internationaal<br />
te vergelijken, blijkt <strong>het</strong> Nederlandse onderwijsbestel op de enkele<br />
gestandaardiseerde internationale tests die er zijn, goed tot uitstekend te scoren.<br />
Uit de driejaarlijkse pisa-testen die de Organisatie <strong>voor</strong> Economische Samenwerking<br />
en Ontwikkeling (oecd) sinds 2000 onder 4.500 tot 10.000 leerlingen<br />
per deelnemend land afneemt om zicht te krijgen op de lees- en rekenvaardigheden<br />
van vijftienjarigen, scoort Nederland uitstekend. Op <strong>het</strong> vlak van wiskunde<br />
staat Nederland derde, achter Finland en Zuid-Korea.<br />
Op <strong>het</strong> gebied van leesvaardigheden staan Nederlandse leerlingen op de zevende<br />
plaats, na respectievelijk Finland, Zuid-Korea, Canada, Australië, Nieuw-Zeeland<br />
en Ierland. En op <strong>het</strong> vaardigheidsgebied natuurwetenschap scoort Nederland<br />
een vierde plaats, na (weer) Finland, Zuid-Korea, Japan en Australië (oecd 2005;<br />
ocw 2005). <strong>De</strong>ze goede prestaties zijn des te opmerkelijker als wordt bedacht dat<br />
de Nederlandse uitgaven aan onderwijs relatief laag zijn. In 2004 bedroegen de<br />
totale uitgaven 5 procent van <strong>het</strong> bruto binnenlands product (bbp). Dit ligt onder<br />
<strong>het</strong> EU-gemiddelde (5,4 procent) en <strong>het</strong> oecd-gemiddelde (5,6 procent) en ook<br />
beduidend onder de uitgaven van landen als Frankrijk (6,1 procent), België (6,4<br />
procent), en <strong>het</strong> Verenigd Koninkrijk (5,9 procent). Met recht kon de minister van<br />
ocw dus in haar reactie op de laatste Education at a glance van de oecd schrijven<br />
dat de effectiviteit van <strong>het</strong> Nederlandse onderwijs afgemeten aan de verhouding<br />
tussen kosten en opbrengsten groot is (Ministerie van ocw 2005).<br />
Zo op <strong>het</strong> eerste gezicht is er dus weinig aan de hand. <strong>De</strong> kwaliteit van <strong>het</strong> Nederlandse<br />
primaire onderwijs (want dat is wat deze tests hoofdzakelijk meten) is<br />
internationaal gezien uitstekend en voldoet daarmee in grote lijnen aan onze<br />
verheffingseisen. Dat wil echter niet zeggen dat er niet ook (grote) knelpunten<br />
zijn in <strong>het</strong> Nederlandse onderwijs. Hieronder zullen wij deze per onderwijsfase<br />
langslopen.<br />
7.2.2 <strong>voor</strong>schoolse educatie: <strong>voor</strong>bij de opvang<br />
verheffen: investeren in een zachtmoedige meritocratie<br />
Internationaal bestaat consensus over <strong>het</strong> belang van goede <strong>voor</strong>schoolse educatie<br />
(oecd 2001). Goede, kwalitatief hoogstaande <strong>voor</strong>schoolse educatie is niet<br />
alleen noodzakelijk om uitval en ontwikkelingsstoornissen in een vroegtijdig<br />
stadium te kunnen identificeren, maar ook om de reproductie van sociaal-economische<br />
ongelijkheden door (te) vroege sortering zoveel mogelijk tegen te gaan.<br />
187