13.09.2013 Views

Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders

Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders

Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

wettigheid (lawfulness) zoals dat geldt bij de toepassing van artikel 1<br />

EP EVRM. Verwezen wordt naar overweging 163 van het arrest Hutten<br />

– Czapska van 19 juni 2006. Deze overweging luidt als volgt<br />

(onderstreping aangebracht):<br />

“163. The first and most important requirement of Article 1 of<br />

Protocol No. 1 is that any interference by a public authority<br />

with the peaceful enjoyment of possessions should be lawful. In<br />

particular, the second paragraph of Article 1, while recognising<br />

that States have the right to control the use of property, subjects<br />

their right to the condition that it be exercised by enforcing<br />

“laws”. Moreover, the principle of lawfulness presupposes that<br />

the applicable provisions of domestic law are sufficiently<br />

accessible, precise and foreseeable in their application (see,<br />

mutatis mutandis, Broniowski, cited above, § 147, with further<br />

references).”<br />

3.1.13 Eisers zijn van mening dat door de hierboven omschreven “weeffout”,<br />

gecombineerd met het appelverbod van artikel 7:262, lid 2 BW niet<br />

alleen sprake is van schending van artikel 1 EP EVRM wegens<br />

onwettigheid (unlawfulness) maar ook van schending van artikel 6 van<br />

het EVRM, waarin het recht op een eerlijk proces is gewaarborgd. In dit<br />

verband verwijzen eisers naar hetgeen hieronder in randnummer 7.1<br />

e.v. naar voren zal worden gebracht. Hierop <strong>voor</strong>uitlopend willen eisers<br />

alvast het volgende opmerken.<br />

3.1.14 Het EHRM heeft op zeer ruime schaal nadere uitwerking gegeven aan<br />

artikel 6 EVRM en daarbij strenge eisen gesteld aan de samenstelling<br />

en de bevoegdheden van het “gerecht”, waarbij ook aan de<br />

mogelijkheid om tegen diens uitspraken in beroep te gaan. Weliswaar<br />

betroffen die uitspraken van het EHRM <strong>voor</strong> het merendeel<br />

strafrechtelijke vervolgingen, maar de vraag rijst of ook ten aanzien van<br />

civiele procedures, zoals huurgeschillen, de hierboven geschetste<br />

beperkte rechtsgang aan de door het EVRM gestelde, minimale<br />

vereisten voldoet vanuit het oogpunt van rechtsbescherming <strong>voor</strong> de<br />

burger (in casu de huurder en verhuurder). Dat geldt des te sterker nu<br />

het gaat om het centrale onderdeel van de huurovereenkomst, namelijk<br />

de vaststelling van de huurprijs, zowel wat betreft de aanvangshuur als<br />

de later daarop toe te passen verhogingen en verlagingen gedurende de<br />

gehele looptijd van de huurovereenkomst, en die looptijd door de<br />

geldende huurbescherming door de verhuurder ook niet beperkt kan<br />

worden. Op grond van de desbetreffende wetgeving wordt de<br />

verhuurder aldus met handen en voeten en <strong>voor</strong> een onbeperkte duur<br />

gebonden aan een sterk beperkte huurprijs door de uitspraak van de<br />

kantonrechter, alléén (= één persoon) rechtsprekend én in enige<br />

instantie (zonder hoger beroep) rechtsprekend.<br />

462710 Pagina 67 van 117

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!