Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders
Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders
Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
discriminatiebepalingen van artikel 14 van het EVRM, artikel 1 van het<br />
Twaalfde Protocol bij het EVRM en artikel 26 van het IVBPR.<br />
- De zogenaamde achtergebleven huren.<br />
- Het niet toekennen van de huurliberalisatie <strong>voor</strong> op 1 juli 1994 reeds<br />
bestaande huurovereenkomsten.<br />
- De all-in huren.<br />
- De inkomensafhankelijke huurverhoging, die volgens het<br />
wetsontwerp zou ingaan per 1 juli 2012 maar is uitgesteld totdat het<br />
wetsontwerp tot wet is geworden. Dat laatste heeft ten tijde van het<br />
uitbrengen van de dagvaarding nog niet plaatsgevonden.<br />
5.1.2 Eisers stellen zich op het standpunt dat de wetgeving met betrekking tot<br />
de zogenaamde achtergebleven huren, zoals hierboven uiteengezet<br />
onder 3.3, niet alleen in strijd is met het eigendomsrecht van artikel 1<br />
van het Eerste Protocol bij het EVRM maar ook in strijd is met het<br />
discriminatieverbod van artikel 14 van het EVRM, het twaalfde<br />
protocol bij het EVRM en artikel 26 van het Internationaal Verdrag<br />
inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (IVBPR), aangezien er <strong>voor</strong><br />
dit permanente verschil (zonder inhaal; zelfs niet met een<br />
overgangsperiode) tussen enerzijds huurprijzen die zijn gebaseerd op<br />
bestaande huurovereenkomsten en anderzijds huurprijzen die zijn<br />
gebaseerd op nieuwe huurovereenkomsten, geen redelijke (rechts)grond<br />
bestaat. Wanneer er twee eigenaren zijn met woningen van dezelfde<br />
woonkwaliteit (hetzelfde aantal punten) maar waarvan de ene een reeds<br />
lang bestaande huurovereenkomst heeft (die hij niet kan beëindigen<br />
wegens de huurbescherming) en de andere een nieuwe<br />
huurovereenkomst heeft gesloten (nadat de vorige huurder is<br />
vertrokken), dan krijgt die ene eigenaar permanent (zo lang zijn huurder<br />
blijft zitten) een veel lagere huurprijs dan de andere. Hier<strong>voor</strong> bestaat<br />
geen relevante objectieve en redelijke rechtvaardiging. In ieder geval<br />
kan hiertoe niet als rechtvaardigingsgrond dienen dat er tussen de<br />
eigenaren en de desbetreffende huurders (de huurveteranen) sprake is<br />
van bestaande huurovereenkomsten die vrijwillig tot stand zijn<br />
gekomen en die dus door de eigenaren “for better and for worse”<br />
moeten worden nagekomen (pacta sunt servanda). Het is immers<br />
vanzelfsprekend dat bij de eigenaren ten aanzien van deze huurders met<br />
achtergebleven huren (de huurveteranen) geen sprake (meer) is van<br />
vrijwilligheid. Deze eigenaren worden immers uitsluitend door de<br />
huurbescherming gedwongen om de huurovereenkomst <strong>voor</strong>t te zetten<br />
ook gedurende de tijd waarin de huuropbrengsten achterblijven bij de<br />
volgens de puntentelling maximaal toegestane bedragen. Verwezen<br />
wordt naar randnummer 3.1.32.<br />
5.1.3 Gesteld zou kunnen worden dat er een objectieve rechtvaardiging <strong>voor</strong><br />
dit verschil bestaat, nu de verschillen worden veroorzaakt door<br />
overgangsbepalingen waardoor de rechten van de zittende huurders<br />
462710 Pagina 91 van 117