Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders
Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders
Dagvaarding - Fair Huur voor verhuurders
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
3.1.35 Voorafgaande aan en ten tijde van het sluiten van de huurovereenkomst<br />
heeft de verhuurder wel de mogelijkheid om op basis van door hem<br />
gemaakte exploitatieberekeningen aan de (potentiële) huurder een<br />
<strong>voor</strong>stel te doen <strong>voor</strong> een huurovereenkomst die aan de verhuurder een<br />
redelijk rendement inclusief een redelijke winst (decent profit) biedt.<br />
Daarmee houdt dan echter <strong>voor</strong> de verhuurder de “vrijwilligheid” ook<br />
meteen op. Indien deze potentiële huurder dit <strong>voor</strong>stel aanvaardt, en de<br />
huurovereenkomst tot stand komt, heeft de verhuurder namelijk niet de<br />
zekerheid dat die huurder die overeenkomst ook na zal komen en heeft<br />
de verhuurder geen mogelijkheid die nakoming af te dwingen. Door het<br />
aangaan van de huurovereenkomst onderwerpt de verhuurder zich<br />
namelijk aan een samenstel van dwingendrechtelijke wet- en<br />
regelgeving op het gebied van huurprijsbeheersing, huurbescherming en<br />
huisvestingsbepalingen op basis van de plaatselijke regelgeving. Dat<br />
samenstel van deze wet- en regelgeving in Nederland leidt ertoe dat,<br />
niettegenstaande de door beide partijen bij het aangaan van de<br />
huurovereenkomst vrijwillig gemaakte afspraken, huurovereenkomsten<br />
in verregaand opzicht kunnen worden gewijzigd en ingekleurd ten<br />
nadele van de eigenaar, zonder dat de eigenaar daar dan nog wat aan<br />
kan doen en met name zonder dat de eigenaar de aangegane<br />
overeenkomst dan kan beëindigen.<br />
Niettegenstaande dat ook aan de kant van de huurder sprake is van<br />
vrijwilligheid bij het aangaan van een huurovereenkomst en van<br />
overeenstemming over de huurprijs, en niettegenstaande dat het<br />
adagium “pacta sunt servanda” in principe ook <strong>voor</strong> de huurder behoort<br />
te gelden, heeft de huurder op grond van artikel 7:249 BW de<br />
mogelijkheid om binnen 6 maanden na het aangaan van de<br />
huurovereenkomst de huurprijs te laten toetsen door de <strong>Huur</strong>commissie.<br />
3.1.36 In dat geval wordt de huurprijs door de <strong>Huur</strong>commissie en eventueel de<br />
kantonrechter getoetst en vastgesteld op basis van het puntenstelsel, en<br />
is de eigenaar/verhuurder niet alleen aan die vastgestelde huurprijs<br />
gebonden maar ook aan de op die huurprijs van toepassing zijnde regels<br />
aangaande (maximale) huurprijsverhoging. De mogelijkheden <strong>voor</strong> de<br />
eigenaar om in een dergelijk geval, zelfs in het geval dat sprake is van<br />
exploitatieverlies, de huurovereenkomst te beëindigen, zijn nagenoeg<br />
nihil, met als gevolg dat de effecten van de door de <strong>Huur</strong>commissie<br />
gedane uitspraak en eventueel het door de kantonrechter gewezen<br />
(bevestigende) vonnis zich tot in lengte van jaren kunnen doen<br />
gevoelen.<br />
3.1.37 De huurder heeft namelijk niet alleen het recht om, in afwijking van de<br />
huurovereenkomst, de huurprijs door de <strong>Huur</strong>commissie te laten<br />
vaststellen maar hij heeft ook het recht de overeengekomen bepalingen<br />
omtrent de beëindiging van de huur naast zich neer te leggen door zich<br />
462710 Pagina 75 van 117