16.07.2015 Views

monitor racisme extremisme 5 - Buro Jansen & Janssen

monitor racisme extremisme 5 - Buro Jansen & Janssen

monitor racisme extremisme 5 - Buro Jansen & Janssen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

94 Rassendiscriminatie: klacht en afdoeningwijziging van het Wetboek van Strafrecht aan de Tweede Kamer voorgelegd. 18Het voorstel wijzigt de strafmaat bij de uitingsdelicten van art. 137c, d en e.Indien deze strafbare feiten worden begaan door een persoon die daarvan zijnberoep of gewoonte maakt, of in vereniging, wordt de strafmaat verdubbeld. Inde toelichting wordt erkend dat de strafmaat niet zozeer doorslaggevend is,maar dat de kracht van het strafrecht bij discriminatie vooral schuilt in eenconsequente en duidelijke reactie van Openbaar Ministerie en rechterlijkemacht. 19 Bij structurele vormen van discriminatie wordt vooral gedacht aan deuitlatingen van extreem-rechtse organisaties en de wijze waarop de vrijemeningsuiting op internet de grenzen van het discriminatieverbod tart.De meerwaarde van het voorstel schuilt vooral in de geboden extra dwangmiddelen,zoals het aanhouden buiten heterdaad en de telefoon-tap. Het OpenbaarMinisterie had de wetgever laten weten dat met name bij internetzaken inhet opsporingstraject deze dwangmiddelen node worden gemist. Als voorbeeldwordt de later te bespreken zaak genoemd tegen twee bestuurleden van de extreem-rechtseVolksnationalisten Nederland (VNN) wegens de uitlatingen op dewebsite van deze organisatie. Ter zitting van het gerechtshof is de zaak vooronbepaalde tijd aangehouden om opheldering te verkrijgen over een groot aantalvragen met betrekking tot de VNN en haar website. De meeste vragen haddende verdachten relatief makkelijk zelf kunnen beantwoorden indien zij ineen eerder stadium door de politie zouden zijn verhoord. Dit is echter niet gebeurdomdat zij een uitnodiging van de politie naast zich neer hebben gelegden dwangmaatregelen ontbraken. In een andere zaak maakt de verdachte zichbij herhaling schuldig aan discriminerende uitlatingen op internet. Aanschrijvingenvan de politie worden genegeerd. Slechts door het creëren van een situatievan heterdaad kan de man worden aangehouden. De rechter heeft zichoverigens nog niet over deze opsporingsmethode uitgesproken. 20De wetgever verwacht dat de opsporingsproblemen zullen toenemen door de(nog steeds) groeiende populariteit van internet. Vandaar is het verzoek vanhet Openbaar Ministerie tot uitbreiding van de dwangmiddelen gehonoreerd.Dit verzoek lijkt ons terecht. Het bevreemdt echter dat een problematiek diemet name aan het internet kleeft, nu onder het kopje structurele vormen vandiscriminatie geïntroduceerd wordt. Is het maken van een ‘foute’ website danstructureel? En wordt daar een gewoonte van gemaakt doordat de website onderhoudenwordt? Reeds eerder heeft de regering haar standpunt dat on-lineen off-line dezelfde normen moeten gelden genuanceerd. 21 Erkend wordt dat erop internet zich omstandigheden voordoen die niet in de analoge wereld voorkomen.Soms ook is het juridische kader uit real life voor een digitale omgevingniet toereikend. Voor dergelijke situaties moet niet geschroomd wordenom tot specifieke regelgeving over te gaan. Het zou daarom meer voor de hand18 Kamerstukken II, 2000/01, 27 792, nrs. 1-2.19 Kamerstukken II, 2000/01, 27 792, nr 3.20 Beide voorbeelden zijn ontleend aan Kamerstukken II, 2000/01, 27 792, nr. 3, p.5-6.21 Zie de notitie Internationalisering en rechtsmacht, Kamerstukken II, 1999/00, 25880, nr. 10, p. 11.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!