Operationeel programma 2007 - Agentschap Ondernemen
Operationeel programma 2007 - Agentschap Ondernemen
Operationeel programma 2007 - Agentschap Ondernemen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
1.5.) Stedelijke ontwikkeling<br />
Met 3 grote steden (Brussel, Antwerpen, Gent), 11 regionaalstedelijke gebieden (Aalst,<br />
Brugge, Genk, Hasselt, Kortrijk, Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, Sint-Niklaas en<br />
Turnhout) en 41 kleinstedelijke gebieden vormt Vlaanderen een complex geheel waarbij de<br />
stedelijke centra sterk uitwaaieren in suburbane zones.<br />
Bijna één vierde van de Vlamingen woont in één van de 14 grote of regionale steden. Bijna<br />
30% (exclusief Brussel) van de ondernemingen zijn er gevestigd. Geschat wordt dat 50% van<br />
de Vlaamse bevolking in de invloedssfeer van deze 14 steden leeft.<br />
Ruimtelijk<br />
Door de suburbanisatie zijn de steden in Vlaanderen uitgezaaid. De grenzen tussen stad en<br />
platteland zijn vervaagd. Functies op vlak van cultuur, economie, wonen… zijn verschoven<br />
van oude naar nieuwe verstedelijkte en niet-verstedelijkte gebieden.<br />
Tussen de stedelijke gebieden bestaan onderlinge morfologische en functionele relaties. Door<br />
deze relaties functioneren de stedelijke gebieden niet op zich, maar staan ze in relatie tot<br />
andere gebieden en ontstaan er stedelijke netwerken. De toenemende functionele specialisatie<br />
van steden leidt bovendien tot een versterking van deze netwerken.<br />
Om een proactief stedelijk beleid te kunnen voeren, is een genuanceerder beeld dan dat van de<br />
compacte stad wenselijk, is het wenselijk de realiteit van de uitgezaaide stad en de open<br />
netwerken als uitgangspunt te nemen. We hanteren hierbij het begrip ‘rasterstad’. Het beeld<br />
‘rasterstad’ wil de rastervormige samenhang vatten tussen compacte en minder compacte,<br />
centrale en perifere, bebouwde en open, fysieke, sociale en economische stadsfragmenten en<br />
dit op meerdere schaalniveaus: binnen de stadskernen, tussen delen van de stad en rand,<br />
binnen een ruimer stadsgewestelijk bereik en voor een gebied waarin meerdere steden<br />
optreden.<br />
De stedelijke netwerken hebben belangrijke consequenties voor de inrichting van de<br />
infrastructuur. De toenemende internationalisering en de steeds groter wordende Oost-<br />
Europese markt in het bijzonder speelt een steeds grotere rol in het mobiliteits- en<br />
infrastructuurvraagstuk.<br />
De Vlaamse stedelijke gebieden hebben potenties om hun welvarende positie in Europese<br />
context te behouden en verder uit te bouwen. De centrale ligging midden in het Europese<br />
kerngebied, naast een goed uitgebouwde infrastructuur, maar ook een open economie,<br />
menselijk kapitaal, unieke historische steden en de hoge levensstandaard bieden<br />
perspectieven.<br />
Steden kampen echter ook met een aantal problemen op vlak van economie, mobiliteit en<br />
woon- en leefomgeving die economische groei in de weg staan.<br />
Economie<br />
Door suburbanisatie vestigden de economische activiteiten zich in de banlieu van de<br />
stadsgewesten of op goed bereikbare niet-stedelijke plaatsen (kruispunten, op- en<br />
afrittencomplexen,..). De stadsbinding van bedrijven, of althans met de meest centrale delen<br />
van de stad, is voor vele bedrijvigheden verzwakt. Al is er een uitwaaiering van activiteiten,<br />
toch blijven de agglomeraties van de centrale steden de belangrijkste economische polen en<br />
werkgelegenheidscentra.<br />
OP EFRO oktober <strong>2007</strong> 37