De Nederlandsche Bank - Jaarverslag DNB 2011
De Nederlandsche Bank - Jaarverslag DNB 2011
De Nederlandsche Bank - Jaarverslag DNB 2011
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Grensoverschrijdende<br />
risico’s<br />
Nieuwe macroprudentiële<br />
instrumenten zijn nodig<br />
CGFS ontwikkelt<br />
macroprudentieel raamwerk<br />
Extra toezichteisen nodig<br />
voor systeembanken<br />
Financiële stabiliteit<br />
grensoverschrijdend karakter. Er zijn grofweg twee mogelijkheden om deze<br />
onbalans te verminderen. In de eerste plaats door Europese of zelfs mondiale<br />
toezichtautoriteiten in het leven te roepen. Hieraan wordt invulling gegeven<br />
door bijvoorbeeld de nieuwe Europese toezichtarchitectuur, waaronder de<br />
EsRB, de FsB en de European supervision authorities (Esa’s). Een verdergaande<br />
stap is om het toezicht op grensoverschrijdende instellingen onder te<br />
brengen bij één Europese toezichtautoriteit. Dit is alleen mogelijk als landen<br />
bereid zijn deels afstand te doen van hun bevoegdheden en zich ook willen<br />
committeren aan afspraken om de kosten van een eventuele crisis gezamenlijk te<br />
dragen. <strong>De</strong> tweede manier om de onbalans te verminderen is door juist meer<br />
rekening te houden met de rol van nationale jurisdicties. Dit kan bijvoorbeeld<br />
door af te dwingen dat financiële instellingen hun buitenlandse activiteiten<br />
onderbrengen in min of meer zelfstandige dochterondernemingen, die in<br />
crisistijd relatief eenvoudig afgesplitst kunnen worden.<br />
<strong>De</strong> autoriteiten die zich (gaan) bezig houden met macroprudentieel beleid<br />
beschikken doorgaans over een beperkt instrumentarium. <strong>De</strong> contracyclische<br />
kapitaalbuffer, die vanaf 2016 geleidelijk wordt ingevoerd als onderdeel van<br />
Bazel III, kan worden gezien als een eerste stap in de ontwikkeling van het<br />
macroprudentiële instrumentarium. Het idee achter dit instrument is dat banken<br />
in goede tijden grotere buffers opbouwen dan het microprudentiële toezicht<br />
vereist, en vervolgens in slechte tijden kunnen interen op deze extra buffers.<br />
Het instrument treedt in werking bij een hoge kredietgroei en heeft als doel<br />
banken weerbaarder te maken. Naast de contracyclische kapitaalbuffer zijn<br />
nieuwe instrumenten nodig die de mogelijkheden vergroten effectief in te<br />
grijpen. Een voorbeeld is de zogenoemde loan-to-value restrictie, die een<br />
maximum stelt aan de omvang van een lening ten opzichte van de waarde van<br />
het onderpand. Enkele aziatische landen, waaronder Hong Kong en<br />
zuid-Korea, maar ook landen als Canada en zweden gebruiken dit instrument<br />
om de financiële weerbaarheid van huishoudens te vergroten en onevenwichtigheden<br />
op de woningmarkt te beperken. soortgelijke maatregelen zijn ook<br />
mogelijk in de derivaten- en effectenhandel, bijvoorbeeld door middel van een<br />
ondergrens voor de afslag (‘haircut’) op gebruikt onderpand. <strong>De</strong>rgelijke<br />
beperkingen grijpen direct aan bij de private sector – huiseigenaren, financiële<br />
marktpartijen – en staan los van het microprudentiële toezichtinstrumentarium.<br />
<strong>De</strong> mogelijkheden voor macroprudentiële instrumenten zijn een actueel<br />
onderwerp van discussie in internationale beleidsfora. zo wordt op mondiaal<br />
niveau in het CGFs, onder voorzitterschap van <strong>DNB</strong>-directeur Hoogduin<br />
gewerkt aan de ontwikkeling van het macroprudentiële raamwerk. Een eerste<br />
rapport is in het verslagjaar gepubliceerd en bevat een overzicht van concrete<br />
ervaringen met macroprudentieel beleid en de belangrijkste aandachtspunten bij<br />
het verder ontwikkelen en implementeren van macroprudentiële instrumenten.<br />
Dit betreft onder meer de effectiviteit van de instrumenten op verschillende<br />
momenten tijdens de financiële cyclus, de mate van activisme die nodig is bij de<br />
inzet van instrumenten en de frequentie van beleidsaanpassingen.<br />
1.5 Internationale beleidsinitiatieven ter versterking van het financiële stelsel<br />
1.5.1 Financial Stability Board ontwikkelt toezichtkader voor systeembanken<br />
<strong>De</strong> crisis heeft duidelijk gemaakt dat sommige banken ‘too big to fail’ zijn: ze<br />
zijn zo belangrijk voor de financiële stabiliteit dat faillissement geen maatschappelijk<br />
aanvaardbare optie is. Bovendien is gebleken dat ingrijpen bij deze<br />
zogenoemde systeemrelevante instellingen wordt bemoeilijkt door hun<br />
complexiteit en dat de impliciete overheidsgarantie kan leiden tot risicovol<br />
gedrag en tot verstoring van het gelijke speelveld. Extra toezichteisen zijn<br />
45 <strong>DNB</strong> / <strong>Jaarverslag</strong> 2010