De Nederlandsche Bank - Jaarverslag DNB 2011
De Nederlandsche Bank - Jaarverslag DNB 2011
De Nederlandsche Bank - Jaarverslag DNB 2011
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Stijging van de mondiale<br />
inflatie …<br />
Mondiale economische ontwikkelingen<br />
Grafiek 2.3 - Werkgelegenheid en werkloosheid<br />
Index 2000=100 respectievelijk procenten beroepsbevolking; kwartaal respectievelijk maandcijfers<br />
Verenigde<br />
Staten<br />
Eurogebied Verenigd<br />
Koninkrijk<br />
Japan<br />
Werkgelegenheid Werkloosheid<br />
115 12<br />
110 10<br />
105 8<br />
100 6<br />
95 4<br />
90 2<br />
00 02 04 06 08 10 00 02 04 06 08 10<br />
Bron: Thomson Financial.<br />
weer steeg na het dieptepunt in het eerste kwartaal van 2009, bleef de bijdrage<br />
van de particuliere consumptie aan de groei van het bbp in de ontwikkelde<br />
landen relatief beperkt. Dit laatste had een aantal redenen. Ten eerste kwam dit<br />
door de sterke verslechtering van de arbeidsmarkt in de meeste landen (zie<br />
grafiek 2.3). vooral in de vs is de arbeidsmarkt onder invloed van de financiële<br />
crisis fors verslechterd: de werkgelegenheid daalde er met bijna 3% en de<br />
werkloosheidsvoet verdubbelde in anderhalf jaar tijd naar ruim 10% in oktober<br />
2009. sindsdien is de werkloosheid met circa 1 procentpunt afgenomen, tot 8,9%<br />
in februari <strong>2011</strong>. Daarbij is de werkloosheidsduur gestegen tot een naoorlogs<br />
record. Ten tweede zijn de grote negatieve vermogenseffecten van de crash van<br />
de aandelenmarkten aan het begin van de financiële crisis en de dalende<br />
huizenprijzen nog niet uitgewerkt, hoewel aandelenmarkten een zeer fors herstel<br />
hebben vertoond. In de vs bijvoorbeeld heeft één op de vijf huishoudens een<br />
hypotheek die groter is dan de huidige waarde van het huis. Wat betreft de<br />
bijdrage van de investeringen aan het economische herstel waren de verschillen<br />
tussen ontwikkelde en opkomende markten minder groot. In beide regio’s<br />
trokken de investeringen aanzienlijk aan. Wel bleef het aandeel van de investeringen<br />
in het bbp in de ontwikkelde landen duidelijk onder het niveau van vóór<br />
de financiële crisis liggen. Dit kwam vooral door de achterblijvende investeringen<br />
in de onroerendgoedsector in de ontwikkelde landen.<br />
2.2 Uiteenlopende inflatieontwikkelingen bij stijgende grondstoffenprijzen<br />
Na de zeer lage inflatie van het recessiejaar 2009 steeg de inflatie mondiaal naar<br />
gemiddeld 3,3% in 2010 (zie grafiek 2.4). Dit cijfer verhult echter de grote<br />
verschillen tussen de geïndustrialiseerde landen en de opkomende economieën:<br />
in de eerste groep landen lag de gemiddelde inflatie in het verslagjaar nog steeds<br />
op een laag niveau van 1,5%, terwijl in de opkomende economieën de<br />
gemiddelde inflatie bijna vier keer zo hoog was. Ook was er, ten opzichte van<br />
2009 een lichte stijging van de gemiddelde onderliggende inflatie, dat wil zeggen<br />
de inflatie exclusief energie en voedingsmiddelen. <strong>De</strong>ze stijging was volledig toe<br />
54 <strong>DNB</strong> / <strong>Jaarverslag</strong> 2010