Catalogus Cultuurhistorische Inventarisatie Erfgoedkaart ...
Catalogus Cultuurhistorische Inventarisatie Erfgoedkaart ...
Catalogus Cultuurhistorische Inventarisatie Erfgoedkaart ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
eeuw kende Maarheeze drie brouwerijen, waarvan er slechts één in gebruik was. De inwoners van<br />
Maarheeze zullen hoe dan ook niets aan drank te kort gekomen zijn, want er waren maar liefst twaalf<br />
tappers en herbergiers en drie jeneverschenkers. Er werd in die dagen veel thuis gebrouwen<br />
(huisbrouwerijen) waar men bier brouwde voor eigen consumptie of om te schenken in de eigen<br />
herberg. Er werd daarom niet doorlopend gebrouwen maar naar behoefte. In de regel was er sprake<br />
van combinatie van herberg en brouwerij.<br />
3.29.2.002 Brouwerij voormalige gemeente Maarheeze<br />
Blijkens de beschrijving opgemaakt bij aanvang van het kadaster (ca. 1830) bestonden in deze<br />
gemeente twee brouwerijen. De eerste is gelegen in sectie A, nummer 1006 en bevond zich in 1830<br />
in een klein en goed onderhouden gebouw met een brouwketel, een kuip en een koelkuip, zie<br />
3.29.2.007. De andere brouwerij is gelegen in sectie A, nummer 976, ter plaatse van huidige pand<br />
Moonslaan 1. Deze was in 1830 al sinds enige jaren buiten werking en bevond zich toen in een<br />
slechte staat. Het bestaat uit een klein afzonderlijk gebouw en bevat een brouwketel en een<br />
roerkuip. 201<br />
3.29.2.003 Brouwerij, Dorpsstraat 36, Soerendonk<br />
Een bierbrouwerij is gelegen op sectie B, nummer 300. Deze bevond zich (in 1829) in een beknopt en<br />
niet sterk gebouw, met een ketel, een koelkuip, een mouterij en een eest (=droogvloer voor mout). In<br />
het jaar 1829 zijn in deze brouwerij 256 vaten bier gebrouwen. 202 In 2011 café-restaurant-zaal De<br />
Valk (3.27.21.011), zonder brouwerij.<br />
3.29.2.004 Brouwerij Klein-Schoot 15, Budel-Schoot<br />
In deze prachtige hoeve (zie 3.31.2.016) werd vroeger bier gebrouwen. Hier werd een wit soort bier<br />
gebrouwen, dat in de omtrek zeer gezocht en vermaard was. In de schepenboeken wordt in 1750<br />
reeds een Peter Rutten vermeld die woonde bij de oude linde op Klein-Schoot. In een beschrijving<br />
over Budel uit 1831 staat o.a. vermeld over de brouwerij op Klein-Schoot: "Een bierbrouwerij in een<br />
afzonderlijk klein en niet sterk gebouw, bevattende een ketel groot 15 vaten, een roerkuip groot 12<br />
vaten, 53 kannen en een koelbak, alles beknopt en van geringe uitgebreidheid. Gedurende het jaar<br />
1829 is in deze brouwerij 313 vaten bier gebrouwen. Het zuiver inkomen is begroot op f 20,-.”<br />
Op de O.A.T. (Oorspronkelijk Aanwijzende Tafel) behorende bij de eerste kadastrale kaart uit 1832,<br />
vinden we onder sectie D, Het Schoot, o.a. vermeld de percelen: D474 bouwland, D475 huisch en erf,<br />
D476 brouwerij en D477 tuin. Dit alles behoorde toe aan de bierbrouwer Andries Rutten en zijn erven.<br />
Op het kadastrale kaartje is te zien dat de brouwerij, of althans een gedeelte daarvan lag op perceel<br />
D476. Dit gebouwtje lag dus tussen de huidige schuur en het huis meer naar de kant van de weg toe<br />
en is later afgebroken. Het huis en de schuur liggen nog ongeveer op dezelfde plaats en hebben nog<br />
gedeeltelijk dezelfde vorm, zodat inderdaad aangenomen mag worden dat beide gebouwen of zeker<br />
gedeelten daarvan stammen van vóór 1832. Het is bekend dat er onder huis 3 grote gewelfde kelders<br />
aanwezig waren, die ongetwijfeld bij het brouwersbedrijf dienst hebben gedaan bijvoorbeeld bij het<br />
gistproces. Op één van de foto's is het kelderdeurtje aan de buitenkant nog zichtbaar. Hierdoor<br />
werden de fusten naar bovengehaald, waarbij een lier die aan het dak was bevestigd, als hulpmiddel<br />
werd gebruikt. Later zijn de kelders ook nog gebruikt als aardappelkelders, waarvan er een later is<br />
dichtgemaakt. Overigens heeft de kelder in de Tweede Wereldoorlog nog dienst gedaan als<br />
schuilkelder en onderduikplaats. Vóór het huis en op de binnenplaats stonden twee grote<br />
waterputten, zogenaamde brouwersputten, want voor de brouwerij had men veel en zuiver water<br />
nodig.<br />
In de periode 1862-1880 wordt als beroep van Adrianus Rutten bierbrouwer opgegeven, hetgeen ook<br />
te zien is aan de talloze knechten en meiden, die in deze perioden bij hem in dienst zijn geweest. In<br />
1870 overlijdt Isabella Antonie, de vrouw van de brouwer. Het echtpaar heeft geen kinderen en<br />
Adriaan Rutten besluit enige jaren daarna op te houden met bierbrouwen, waardoor er dus een einde<br />
komt aan het brouwen van het vermaarde witte bier op Schoot. Op 13-4-1875, overlijdt Adrianus<br />
Rutten, 71 jaar oud, de laatste brouwer van Schoot. 203<br />
201 Jansen, 1985, 11.<br />
202 Jansen, 1985, 13.<br />
203 Jaspers, 1990b.<br />
201