11.07.2015 Views

Ruimtelijke Structuurvisie 2005-2015, Gemeente Venlo

Ruimtelijke Structuurvisie 2005-2015, Gemeente Venlo

Ruimtelijke Structuurvisie 2005-2015, Gemeente Venlo

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De verschillende milieudefinities zijn richtinggevende kaders voor toekomstige veranderingen ingebieden en voor het behoud of uitbreiding van de voorzieningenstructuur.De verschillende milieus kennen verschillende doelgroepen. Dit zijn niet de traditionele “volkshuisvesting”doelgroepen, ingedeeld naar inkomen en gezinssituatie, maar groepen die kiezen vooreen specifieke woon- en leefomgeving, “leefstijlen”. De volgende woonmilieus worden onderscheiden:Stedelijk centrum , Stedelijk wonen werken, Stadsdeel centrum, Stadsstraat, Tuinstedelijk, Suburbaan,Exclusief, Landelijk en Buitenplaats / landgoed. Een verdere uitwerking is opgenomen inDeel B, Hoofdstuk 11 “Verdieping Leefbare Stad”.De woonmilieutypologie is een sturend kader om te komen tot een kwalitatieve afstemming tussenwoningvraag en aanbod. De betekenis van deze typologie op de bouwstroomplanning zal naderworden uitgewerkt. Het gaat daarbij om het concretiseren van de kenmerken van de beschrevenwoonmilieus in relatie tot de karakteristiek van de betreffende buurten en wijken. Ontwikkelingen inde kernen dienen aan te sluiten bij de culturele identiteit en dus de behoefte van bewoners en bezoekersin <strong>Venlo</strong>, en zorgvuldig ingepast te worden. De historische en ruimtelijk functionele verschillendekarakteristieken mogen niet onnodig genivelleerd worden. Het gaat daarbij ook om hetvertalen van deze kenmerken in criteria voor bestaande en potentiële bouwlocaties, en het vastleggenvan deze criteria in overeenkomsten, afspraken en bestemmingsplannen.Gezien de verwachte behoefteontwikkeling bij verschillende doelgroepen, wordt ingezet op:• Het vergroten van het aanbod van woningen, bijzondere voorzieningen en de afstemmingvan de omgevingskwaliteit en identiteit in de Stedelijk centrum, Stedelijk wonen werken enStadsdeel centrum woonmilieus;• Behoud van kwantiteit en kwaliteit van het voorzieningen niveau en karakteristieke verschillen,beperkte uitbreiding en transformatie waar gewenst van de Stadsstraat, Tuinstedelijkeen Suburbane woonmilieus;• Behoud en incidenteel uitbreiden, van de Exclusieve, Landelijke en Buitenplaats woonmilieus,waarbij de groen door rood stimulans 1 onderdeel vormt van de ontwikkelingsstrategie.• De woningbouwopgaveOp basis van de natuurlijk groei is sprake van een afvlakkende groei in de behoefte aan woningenvanaf ca 2010 21 . Kwantitatief kan de behoefte aan woningbouw binnen het stedelijk gebied wordengerealiseerd, in ieder geval tot ca <strong>2015</strong>. Ook de woningbehoefte op basis van de extramuraliseringen vervangende nieuwbouw kan hierin worden opgevangen. Hiermee zijn, gerekend vanaf 2001,ongeveer 3300 woningen gemoeid.Voor het bepalen van de woningbouwopgave is uitgegaan van een ruim migratiescenario. Hetstreven naar een positief saldo sluit aan bij de geconstateerde opvangfunctie die <strong>Venlo</strong> heeft binnende regio en op het gebied van buitenlandse migratie. Verder betekent het streven naar uitbreidingvan de economische structuur met kennisintensieve activiteiten dat de stad ook huisvestingmoet kunnen bieden aan midden en hoger opgeleid kader. De doorrekening van een scenario meteen ruim saldo geeft ook aan dat de daarmee gemoeide ruimtebehoefte binnen de kernen gevondenkan worden. Er is een resterende capaciteit binnen de planning van 2500 woningen. Het benuttenvan deze capaciteit is afhankelijk van een positief migratiesaldo van gemiddeld 300 personenper jaar. Dit betekent dat het schrappen van in het verleden geoormerkte locaties buiten dekernen verantwoord is. Tegelijkertijd toont de vergelijking met het scenario dat gebaseerd is opnatuurlijke groei aan hoe afhankelijk de berekening van de woningbehoefte is van het migratiesaldo.Een minder voorspoedige ontwikkeling hiervan zal betekenen dat er in feite sprake is van eenoverschot aan ontwikkelingslocaties.21 Gegevens afkomstig uit de “Verkenningennota” bij de <strong>Ruimtelijke</strong> <strong>Structuurvisie</strong> <strong>Venlo</strong> <strong>2005</strong>-<strong>2015</strong><strong>Ruimtelijke</strong> <strong>Structuurvisie</strong> <strong>2005</strong>-<strong>2015</strong>,gewijzigd n.a.v. nieuwe Wro 2008 33

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!