HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
laatste moeizaam uit de grot draagt<br />
(Odyssee IX, 447-453).<br />
In de beschrijving van het uiterlijk<br />
van Polyphemus blijft Homerus vaag en<br />
het is dan ook niet eenvoudig de dichterlijke<br />
fantasie met concrete voorstellingen<br />
te verbinden. Dat het daarbij<br />
vooral het \Y^ van de Cyloop is, dat de<br />
lezer het meest intrigeert, behoeft niet<br />
te verbazen. Centraal in het hele verhaal<br />
staat namelijk de slimme vondst van<br />
Odysseus om de reus blind te maken<br />
door een gloeiende paal in zijn oog te<br />
drijven. Op grond van de term ‘Cycloop’<br />
(Κκλωψ = ‘rondoog’, ‘eenoog’) zou<br />
men kunnen concluderen, dat Polyphemus<br />
slechts één oog bezat. Ook<br />
gebruikt Homerus steeds het Griekse<br />
woord voor oog: θαλµς in het<br />
enkelvoud en verder doet het verloop<br />
van het hele gebeuren veronderstellen,<br />
dat Polyphemus slechts het gebruik van<br />
één oog bezat. Hoe wij ons dat echter<br />
precies moeten voorstellen, komen we<br />
uit de beschrijving van Homerus niet te<br />
weten. Was hij reeds blind aan één van<br />
zijn ogen? Had hij slechts één groot oog<br />
midden in zijn gezicht of bezat hij naast<br />
de twee ogen op de normale plaats nog<br />
een derde oog op zijn voorhoofd, waarbij<br />
alleen dat laatste bruikbaar was? Dit<br />
zijn vragen, die een dichter aan de<br />
fantasie van zijn lezers kan overlaten,<br />
maar die een beeldend kunstenaar dient<br />
te beantwoorden, eer hij een ‘portret’<br />
van de Cycloop kan maken. Zo heeft de<br />
beeldhouwer van een ‘Polyphemusportref<br />
in Boston een derde oog aangebracht<br />
tussen de beide andere, die door<br />
zware huidplooien worden afgedekt<br />
(afb. 1). Dat laatste is ook het geval bij<br />
een kleine kop in Turijn, waarbij het<br />
derde oog - het enige dat normaal kan<br />
zien - echter midden op het voorhoofd<br />
is geplaatst (afb. 2). Beide oplossingen<br />
zijn van de hand van beeldhouwers uit<br />
de Hellenistische-Romeinse periode. In<br />
de volgende bladzijden willen we trachten<br />
na te gaan hoe de beeldende kunstenaars<br />
vanaf het eerste verschijnen van<br />
herkenbare afbeeldingen hun ideeën<br />
Afb. 1. Polyphemuskop van Parisch marmer. Uit<br />
de tijd van Trajanus, naar Hellenistisch voorbeeld.<br />
Boston, Museum of Fine Arts.<br />
Afb. 2. Polyphemuskop. Marmer. Romeins (?).<br />
Turijn, Museo Nazionale.<br />
21/77