HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
δ. αα, πνυς µν Τρωικς πεέδυν<br />
θαλασσίυς τε, νν δ ς νδρς νσίυ<br />
γνώµην κατέσν λίµενν τε καρδίαν..<br />
347. πεκδµαι = zich onttrekken aan, ontkomen<br />
348. νσις = goddeloos<br />
κατέω ς = terecht komen bij<br />
λίµενς = zonder haven; ongastvrij.<br />
CALLIMACHUS, HYMNE AAN ARTEMIS<br />
De hellenistische dichter Callimachus (eerste helft 3e eeuw v.Chr.) beschrijft in<br />
zijn derde hymne, gewijd aan de godin Artemis, hoe de kleine Artemis, nog maar<br />
drie jaar oud, de smidse van Hephaestus op het eiland Lipara (ten noorden van<br />
Sicilië) bezoekt, waar de Cyclopen zijn helpers zijn. Ook hier heten zij, net als in de<br />
Theogonie van Hesiodus, Arges, Steropes en Brontes. Ze worden beschreven als<br />
grote, sterke monsters met zware stem. Wanneer de dochters van de goden<br />
ongehoorzaam zijn, worden de Cyclopen als een soort boemannen te hulp geroepen -<br />
wat onmiddellijk het gewenste resultaat heeft. Maar Artemis is niet bang. Hier<br />
volgen de verzen 72 t/m 86 van de hymne.<br />
Κρα, σ δ πρτέρω περ, τι τριέτηρς σα,<br />
ετµλεν Λητώ σε µετ γκαλίδεσσι έρυσα,<br />
Ηαίστυ καλέντς πως πτήρια δίη,<br />
75 Βρντεώ σε στιαρσιν εσσαµένυ γνάτεσσι,<br />
στήθες κ µεγάλυ λασίης δράα αίτης,<br />
λψας δ ίηι τ δ τριν εσέτι κα νν<br />
µεσσάτιν στέρνι µένει µέρς, ς τε κρση<br />
ωτς νιδρυθεσα κµην πενείµατ λώπη.<br />
80 Τ µάλα θαρσαλέη σε τάδε πρσελέα τµς<br />
“Κκλωπες, κµί τι Κυδώνιν ε δ γε τν<br />
δ ς κίλην τε κατακληδα ελέµνων<br />
τεατε κα γρ γώ Λητωις σπερ Απλλων<br />
α δέ κ γ τις µνιν δάκς τι πέλωρν<br />
85 θηρίν γρεσω, τ δέ κεν Κκλωπες διεν.”<br />
Εννεπες, δ τέλεσσαν αρ δπλίσσα δαµν.<br />
Maar u, godin, was jonger (nl. dan de dochters van de goden die wél bang waren), nog maar drie<br />
jaar oud, toen Leto u in haar armen naar Hephaestus bracht, die u had uitgenodigd om u een<br />
welkomstgeschenk te geven. Toen Brontes u op zijn stevige knieën zette, greep u de dikke haren van<br />
zijn geweldige borst en trok eraan uit alle macht. Nog steeds is het midden van zijn borst zonder<br />
haar, zoals wanneer de slapen van een man door haaruitval kaal zijn geworden. Volkomen<br />
onbevreesd dus sprak u daarop tot hen: Komaan, Cyclopen, maak ook voor mij een Cydonische<br />
(d.w.z. Kretenzische) boog en pijlen en een holle pijlenkoker. Want ook ik ben, net als Apollo, een<br />
kind van Leto. En als ik met mijn boog een in afzondering levend, verscheurend dier of een groot<br />
wild beest neerschiet, mogen de Cyclopen het opeten. Zo sprak u en zij maakten het. En onmiddellijk<br />
had u uw uitrusting godin.<br />
85/141