HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
EURIPIDES EN DE CYCLOOP<br />
I Wanneer een schrijver als Euripides een toneelstuk over de Cycloop heeft<br />
geschreven, is het zinvol daaraan in dit <strong>nummer</strong> aandacht te besteden, ook al valt het<br />
stuk buiten zijn tragediewerk.<br />
We hebben van Euripides 18 tragedies over. ‘De Cycloop’ hoort daar niet bij,<br />
omdat het een vrij kort ‘lachstuk’ is, een zgn. satyrdrama en als zodanig zelfs het enige<br />
volledige exemplaar dat wij uit de griekse toneelliteratuur overhebben. Toch moeten<br />
er heel wat satyrdrama’s zijn geschreven, omdat het tijdens de jaarlijkse toneelcompetitie<br />
te Athene gewoonte was iedere dag drie tragedies plus een satyrdrama op<br />
te voeren; en als toegift waren ze ook weer niet zo pretentieloos, want ze werden bij<br />
de prijsbeoordeling betrokken.<br />
Satyrs horen vanouds thuis in de sfeer van Dionysus, de god van de wijn en van<br />
het toneel. Het zijn halfdierlijke wezens, harige mannen met spitse oren, een platte<br />
neus en een staart. In het satyrdrama vormden zij altijd het koor en zorgden daarmee<br />
voor menige dronkemansscene op het toneel.<br />
Zo dus ook in ‘De Cycloop’. Tussen Odvsseus en Polyphemus zijn de satyrs een<br />
komische derde partij, en Euripides blijkt ook in dit genre een knap theaterman, die<br />
aan de boertige sfeer van zo’n stuk ‘body’ en kwaliteit weet te geven. Opdat de lezer<br />
daar enig idee van krijgt, is hier gekozen voor een wat langer dialoog-fragment in<br />
vertaling, gevolgd door een kort fragment in het grieks; dat laatste speciaal uitgezocht<br />
voor hen, die de griekse tekst van Homerus hebben gelezen. 1 )<br />
1 ) Er bestaan twee nederlandse vertalingen van de Cycloop, voorzover ik weet. Een van Willem<br />
Bilderdijk, erg aardig en nogal vrij; en een recente, heel sappige goede vertaling van Stefaan<br />
Couvreur, uitgeverij Acco te Leuven, Syrinxreeks 1982, gerecenseerd in Herm. <strong>jrg</strong>. 55 no. 1, blz. 50.<br />
II De inhoud: Silenus, vader der satyrs, is aan het werk bij de grot van Polyphemus.<br />
Hij vertelt, hoe de satyrs ooit zijn afgedwaald naar het Cyclopen-eiland en sindsdien<br />
in gevangenschap slavenwerk moeten doen. Zijn zoons komen thuis en even later<br />
verschijnen, onverwachts voor hen, Odvsseus en zijn vrienden, zojuist geland op<br />
hetzelfde eiland. Zij treffen alleen Silenus en de satyrs aan, de Cycloop is nog aan het<br />
jagen. Hongerig vraagt Odysseus om voedsel. Silenus haalt in ruil voor Odysseus’<br />
beroemde wijn kaas en vlees naar buiten, maar juist op dat ogenblik verschijnt Polyphemus.<br />
De laffe Silenus roept, dat de Grieken het voedsel geroofd hebben, en dat hij<br />
nog zó zijn best heeft gedaan hen te verjagen. Odysseus verweert zich en doet een<br />
beroep op Polyphemus’ plichtsgevoel als gastheer. Tevergeefs. De Cycloop jaagt de<br />
Grieken de grot in om zich een maal van mensenvlees te bereiden.<br />
Als Odysseus daarna diepgeschokt de grot uitkomt, stelt hij de satyrs voor de<br />
Cycloop dronken te voeren en te verblinden. Juichend stemmen Silenus en zijn<br />
zoons ermee in, maar in de volvoering van het plan spelen zij een uiterst dubieuze<br />
rol, zoals blijkt uit het hiervolgende fragment:<br />
Satyrs: Kom, wie gaat er voorop? Wie staat er voorin<br />
en zal met vaste greep de boomstam<br />
oplichten maar ’t Cyclopenoog en<br />
zijn heldere blik verschroeien?<br />
78/134<br />
Stil, stil! Wees nu stil! Nog zwaar van de wijn<br />
vertoont hij zich daar in zijn zwarte spelonk,<br />
vals zingend met lelijk geluid, en lomp.<br />
Dat zal wel spoedig een treurlied zijn...<br />
Kom mee, we zullen die woesteling<br />
een lesje geven in zingen<br />
tot hij voorgoed verblind is.