31.07.2013 Views

HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar

HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar

HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Afb. 4. Schildering van Pellegrino Tibaldi (1527-1596) in de Universiteit (voorheen Palazzo Poggi) van<br />

Bologna.<br />

In de avond kwam hij aan met zijn dikwollig vee. Onmiddellijk dreef hij al zijn vette beesten de<br />

brede grot in; géén ervan liet hij buiten, in de ruimte die met een hoge omheining was afgesloten;<br />

misschien had hij een voorgevoel, misschien ook bracht een god hem ertoe. Vervolgens tilde hij de<br />

grote deur-steen hoog op en sloot daarmee de ingang af. Hij ging zitten om zijn schapen en<br />

mekkerende geiten te melken, zeer ter zake kundig, waarna hij onder elk dier een jong zette. Maar<br />

zodra hij deze werkzaamheden vlot had verricht, greep hij weer twee van mijn mannen en bereidde<br />

zijn avondmaal. Toen ging ik voor de Cycloop staan met een tobbe donkerrode wijn in mijn handen,<br />

en ik sprak hem aan: ‘Kijk eens, Cycloop; heb je geen zin in een tobbe wijn na je maaltijd<br />

mensen vlees? Dan kun je nog eens proeven wat voor drank wij aan boord hadden. Ik had voor jou<br />

een zak vol meegebracht, in de hoop dat je ons zou beklagen en naar huis laten gaan. Maar ik zie wel<br />

in dat er niets met je te beginnen valt. Je bent een beetje al te origineel! Wie zal er ooit nog bij je<br />

komen uit de hele, grote wereld, als je zo volkomen anders optreedt dan ieder ander?’<br />

Zo sprak ik. Hij nam de tobbe en dronk haar leeg. Hij vond de volle, zachte wijn verschrikkelijk<br />

lekker en vroeg om meer. ‘Geef mij er nog een, als je blieft’, zei hij, ‘en vertel me eerst je naam. Dan<br />

zal ik je een gastgeschenk geven waar je plezier van zult hebben. Want ook het land van de Cyclopen<br />

brengt, behalve koren, wijndruiven voort en de regen van Zeus maakt hun trossen vol, maar dit is<br />

een proefje van ambrozijn en nectar door elkaar’.<br />

Nadat hij zo gesproken had, gaf ik hem nog eens van de fonkelende wijn. Driemaal bracht ik hem<br />

een tobbe vol en driemaal dronk hij die leeg in zijn dwaasheid. Maar toen de wijn hem naar het<br />

hoofd was gestegen, zei ik met honingzoete vriendelijkheid tot hem: ‘Cycloop, je hebt naar mijn<br />

naam gevraagd. Nu, onbekend is die niet, en ik zal je hem vertellen. Dan moet jij me dat<br />

gastgeschenk geven, zoals je beloofde. Mijn naam is Niemand. Vader en moeder en al mijn mannen<br />

noemen mij zo: ‘Niemand’.’<br />

Zo sprak ik en ik hoorde zijn meedogenloos antwoord: ‘Niemand zal ik het laatst opeten en eerst al<br />

zijn volgelingen; dat geschenk krijg je van mij, waarde gast!’.<br />

70/126

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!