HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar

More documents

Recommendations

Info

Afb. 16. Voet van Polyphemus. Sperlonga, Museo archeologico Nazionale. van Catania op Sicilië, dat uit de 2e eeuw n.Chr. dateert en een opmerkelijke overeenkomst met de Sperlongagroep vertoont (afb. 17). 20 Afb. 17. De blindmaking van Polyphemus. Marmerreliëf van sarcofaag, 2e eeuw n.Chr. Catania, Castello Ursino, Museo Civico. De overige marmerfragmenten, die in de grot van Sperlonga zijn gevonden, zijn afkomstig van een Skyllagroep en een zgn. Pasquinogroep. 21 De identificatie van de figuren van deze laatste groep is nog onzeker: Aiax met het lijk van Achilleus, of Menelaos met het lijk van Patroklos. Volgens Andreae gaat het hier echter om een bewerking, die beter past in het geheel van de Sperlongabeelden: het zou Odysseus moeten zijn, die het lijk van Achilleus van het slagveld sleept. Een vierde groep geeft het moment weer, waarop Odysseus het Palladion, het beeldje van de beschermgodin van Troje, aan Diomedes tracht te ontroven.22 Het staat intussen wel vast, dat het landgoed, waarvan de grot deel uitmaakte, keizerlijk eigendom is geweest, en dat we hier te maken hebben met het bij Tacitus (Annales IV, 59) en Suetonius (Tiberius 39) vermelde Spelunca, waar Tiberius zich graag ophield. In het jaar 26 ontsnapte de keizer hier ternauwernood aan de dood, toen tijdens een maaltijd een deel van de grot instortte. Tiberius werd gered door de snelle reactie van Seianus, hoofd van zijn lijfwacht. Uit de vermelding bij Tacitus en Suetonius blijkt ook, dat de grot als een soort triclinium (eetzaal) was ingericht. De beeldengroepen waren zo opgesteld, dat men er vanuit het triclinium zicht op had. Zo konden ze dienst doen als uitgangspunt voor tafelgesprekken over literaire en filosofische onderwerpen (zie de reconstructietekeningen, afb. 18 a en b). Dit past uitstekend bij het karakter en de interesse van keizer Tiberius, die meer belangstelling had voor Griekse literatuur dan voor politiek en dat ook voortdurend liet blijken. 23 Dat Tiberius de opdrachtgever van het sculpturenprogramma van Sperlonga is geweest, lijkt dan ook zeer waarschijnlijk. Toch is de discussie over herkomst en datering van de beelden van Sperlonga nog niet afgesloten. Andreae heeft in zijn recente boek, waarin hij spreekt over een ‘Odyssee in marmer’ als zijn mening gegeven, dat de marmeren beelden gemaakt zijn in de regeringsperiode van Tiberius en wel naar bronzen voorbeelden uit de Hellenistische tijd. Dat de boven vermelde instorting in de grot niet de verwoesting van de beeldengroepen tot gevolg heeft gehad, blijkt wel uit de waarderende opmerkingen over de beelden in het Faustinusepigram, dat in de 2e of wellicht zelfs 3e 31/87
Afb. 18a. Reconstructietekening van de opstelling van de beeldengroepen in de grot van Sperlonga. V.l.n.r.: Odysseus met lijk van Achilleus, Skyllagroep, Polyphemusgroep, Odysseus ontrooft Diomedes het Palladion. Naar: Conticello-Andreae, Skulpturen, tekstfig. 12. Afb. 18b. Plattegrond van de grot van Sperlonga, waarop is aangegeven het uitzicht vanuit het triclinium op de beeldengroepen. A. Odysseus mei lijk van Achillus. B. Skyllagroep. C. Polyphemusgroep. D. Odysseus ontrooft Diomedes het Palladion. Naar: Conticello-Andreae, Skulpturen, tekstfig, 7. 32/88
Page 1 and 2: De Cyclopen in de antieke literatuu
Page 3 and 4: Cyclopen als bouwers Wie Griekenlan
Page 5 and 6: Polyphemus op de planken Odysseus
Page 7 and 8: om Galatea’s schoonheid te prijze
Page 9 and 10: Op zoek naar de cycloop Jan N. Brem
Page 11 and 12: Er was eens een soort mensen in Sic
Page 13 and 14: Het is tegen de hier geschetste ach
Page 15 and 16: eroemde’. Deze kon zich in allerl
Page 17 and 18: De ooggetuige dacht blijkbaar dat h
Page 19 and 20: Polyphemus in de antieke kunst J. J
Page 21 and 22: over het uiterlijk van Polyphemus h
Page 23 and 24: Op een Lakonische schaal uit het mi
Page 25 and 26: naar volmaaktheid. Het zijn niet me
Page 27 and 28: Op een reeks van askisten uit Volte
Page 29: van de Ithaker én de vlammen, die
Page 33 and 34: Polyphemus doet denken aan het reli
Page 35 and 36: Afb. 22. De aanbieding van de wijn.
Page 37 and 38: dram«tisch climax is uitgewerkt. I
Page 39 and 40: e.v., pl. 59 en afb. 13-15. Door ve
Page 41 and 42: Polyphemus, Acis en Galatea Ovidius
Page 43 and 44: Cyclopen in de Franse kunst Odilon
Page 45 and 46: (Een verschrikkelijke haardos overl
Page 47 and 48: Claude Lorrain (1600-1682) voegt Ac
Page 49 and 50: De grootste ooit afgebeelde Polyphe
Page 51 and 52: het andere waaiervormig uitspreiden
Page 53 and 54: De Cyclooppassage in James Joyce’
Page 55 and 56: wandelende jood werd vervlochten me
Page 57 and 58: loody thicklugged sons of whores’
Page 59 and 60: Bloom’s ontsnapping die het hoofd
Page 61 and 62: Antieke Cultuur Lesmateriaal Aan st
Page 63 and 64: Opdracht 3 Probeer eerst zelf een o
Page 65 and 66: Opdracht 6 Maak een tekening van ee
Page 67 and 68: Opdracht 11 Afb. 2. Vloermozaiek in
Page 69 and 70: Afb. 4. Schildering van Pellegrino
Page 71 and 72: ‘Als niemand je dan kwaad doet’
Page 73 and 74: Eind goed al goed Na deze woorden l
Page 75 and 76: De oude traditie Lesmateriaal HOMER
Page 77 and 78: EURIPIDES EN DE CYCLOOP I Wanneer e
Page 79 and 80: Cycloop Ik waarschuw je, jij kuste
Page 81 and 82:
maar pas op: hij zal zich wreken vo
Page 83 and 84:
330 δρασι θηρν σµα πε
Page 85 and 86:
Vergilius, Aeneis III, 568 t/m 681
Page 87 and 88:
Vragen 1. (569 t/m 571) Vergilius m
Page 89 and 90:
3. 613 t/m 629. Het verhaal van Ach
Page 91 and 92:
Vragen. 1. (632 - 633) Met welke tw
Page 93 and 94:
Een nieuw geluid: Galatea Lesmateri
Page 95 and 96:
Zodra een vreemde hier aan land kom
Page 97 and 98:
770 Telemus interea Siculam delatus
Page 99 and 100:
805 et, quod praccipue vellem tibi
Page 101 and 102:
855 hunc tibi do socerum! tantum mi
Page 103 and 104:
890 purgaturque mora, tum moles fra
Page 105 and 106:
21 νιν , grieven, steken δεγ
show all

HERMENEUS jrg 56-1984 nummer 2 - Tresoar

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?