er - Home
er - Home
er - Home
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2 Hij komt op tijd op z’n w<strong>er</strong>k, hoewel de trein v<strong>er</strong>traging had.<br />
3 Hij praat met een collega, t<strong>er</strong>wijl hij in de lift naar de kantine staat.<br />
4 De secretaresse belt zodra hij aan zijn buro zit.<br />
5 Er is voor hem gebeld toen hij koffie haalde.<br />
Ex<strong>er</strong>cise 24.2<br />
Which one of the two sentences is correct?<br />
1a Erik vraagt of <strong>er</strong> zit suik<strong>er</strong> in de koffie.<br />
1b Erik vraagt of <strong>er</strong> suik<strong>er</strong> in de koffie zit.<br />
2a Sanne zegt dat zij heeft nog geen suik<strong>er</strong> in de koffie gedaan.<br />
2b Sanne zegt dat zij nog geen suik<strong>er</strong> in de koffie heeft gedaan.<br />
3a Pet<strong>er</strong> zegt dat hij zijn koffie niet beneden drinkt maar op z’n kam<strong>er</strong>.<br />
3b Pet<strong>er</strong> zegt dat hij beneden zijn koffie niet drinkt maar op z’n kam<strong>er</strong>.<br />
4a Karin v<strong>er</strong>telt dat ze op een test zich voorb<strong>er</strong>eiden moet.<br />
4b Karin v<strong>er</strong>telt dat ze zich op een test voorb<strong>er</strong>eiden moet.<br />
5a Erik vraagt of <strong>er</strong> nog me<strong>er</strong> koffie gezet moet worden.<br />
5b Erik vraagt of <strong>er</strong> nog me<strong>er</strong> koffie moet gezet worden.<br />
Ex<strong>er</strong>cise 24.3<br />
Each sentence has one or more <strong>er</strong>rors in word ord<strong>er</strong>. Correct the <strong>er</strong>rors.<br />
1 Sanne heeft geen zin om vandaag een rok en een bloes te aantrekken.<br />
2 In een spijk<strong>er</strong>broek en een trui ze zit aan het ontbijt.<br />
3 Erik vraagt of Sanne bij de bakk<strong>er</strong> gist<strong>er</strong>en geweest is.<br />
4 Ze zegt dat ze nog niet <strong>er</strong> geweest is.<br />
5 Erik zegt dat dat is v<strong>er</strong>velend want <strong>er</strong> nu geen v<strong>er</strong>s brood is.<br />
Ex<strong>er</strong>cise 24.4<br />
In each sentence, define coordinated clauses (CC) and subordinated<br />
clauses (SC).<br />
1 Pet<strong>er</strong> v<strong>er</strong>telt dat hij, toen hij vanmorgen in de bus stapte, zijn buskaart<br />
niet kon vinden.<br />
2 Omdat de buschauffeur hem wel eens e<strong>er</strong>d<strong>er</strong> had gezien, liet hij hem<br />
zond<strong>er</strong> kaart de bus in, maar dat was alleen voor deze ene ke<strong>er</strong>.<br />
3 Op school ontdekte Pet<strong>er</strong> dat de kaart, die nog tot het eind van de maand<br />
geldig is, in zijn wiskundeboek zat.<br />
Ex<strong>er</strong>cise<br />
24.2<br />
171