er - Home
er - Home
er - Home
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Key to<br />
ex<strong>er</strong>cises<br />
192<br />
Ex<strong>er</strong>cise 18.3<br />
Speaking ex<strong>er</strong>cise. Check answ<strong>er</strong>s with instructor.<br />
Unit 19<br />
Ex<strong>er</strong>cise 19.1<br />
1 We gaan op vakantie als Erik een vakantietoelage krijgt. 2 Als het we<strong>er</strong><br />
mooi blijft, gaan we naar de kust. 3 We hebben een nieuwe tent nodig,<br />
tenzij de oude groot genoeg is. 4 Als Pet<strong>er</strong> een vakantiebaantje vindt, gaat<br />
hij niet mee. 5 Karin wil wel mee, tenzij ze met haar vriendin naar<br />
T<strong>er</strong>schelling mag.<br />
Ex<strong>er</strong>cise 19.2<br />
1...zou ik op reis gaan. 2...zou ik elke dag sport doen. 3...zou ik me<strong>er</strong><br />
geld v<strong>er</strong>dienen. 4...zou ik de keuken renov<strong>er</strong>en. 5...zou ik dit huis<br />
v<strong>er</strong>kopen.<br />
Ex<strong>er</strong>cise 19.3<br />
1 Als het niet regende, konden we gaan fietsen/Als het niet zou regenen,<br />
zouden we kunnen gaan fietsen. 2 Als de winkels open waren, konden we<br />
winkelen/Als de winkels open zouden zijn, zouden we kunnen winkelen.<br />
3 Als we appels in huis hadden, konden we appeltaart maken/Als we appels<br />
in huis zouden hebben, zouden we appeltaart kunnen maken. 4 Als de dvdspel<strong>er</strong><br />
niet kapot was, konden we naar een film kijken/Als de dvd-spel<strong>er</strong><br />
niet kapot zou zijn, zouden we naar een film kunnen kijken. 5 Als Pet<strong>er</strong><br />
de comput<strong>er</strong> niet gebruikte, konden we op het int<strong>er</strong>net/Als Pet<strong>er</strong> de comput<strong>er</strong><br />
niet zou gebruiken, zouden we op het int<strong>er</strong>net kunnen.<br />
Ex<strong>er</strong>cise 19.4<br />
1 Ik had met Rembrandt kunnen praten/Ik zou met Rembrandt hebben<br />
kunnen praten. 2 Ik had voor de VOC willen w<strong>er</strong>ken/Ik zou voor de VOC<br />
hebben willen w<strong>er</strong>ken. 3 Ik was bang geweest voor de pest/Ik zou bang<br />
zijn geweest voor de pest. 4 Ik had het stadhuis zien branden/Ik zou het<br />
stadhuis hebben zien branden. 5 Ik had bij kaarslicht gelezen/Ik zou bij<br />
kaarslicht hebben gelezen.