MEERVOUDIG RUIMTEGEBRUIK ENKELVOUDIG RECHT - Habiforum
MEERVOUDIG RUIMTEGEBRUIK ENKELVOUDIG RECHT - Habiforum
MEERVOUDIG RUIMTEGEBRUIK ENKELVOUDIG RECHT - Habiforum
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
HOOFDSTUK 12<br />
De praktijk en dilemma’s van onderhandelend wetgeven:<br />
Wat betekent het voor meervoudig ruimtegebruik?<br />
Suzan Stoter en Nick Huls<br />
12.1. INLEIDING<br />
In het vorige hoofdstuk was de vraag aan de orde hoe de wetgever in nieuwe wetgeving<br />
ruimte kan scheppen voor onderhandelend bestuur. Dit hoofdstuk gaat over<br />
onderhandelend wetgeven. Het betreft een moderne vorm van wetten maken die<br />
steeds breder wordt toegepast. Belangrijkste kenmerk ervan is participatie van belanghebbenden<br />
in en tijdens het wetgevingsproces.<br />
In de huidige tijd is het voor de wetgever moeilijk om wetten te concipiëren<br />
waarin alle betrokken belangen op een verantwoorde manier zijn afgewogen terwijl<br />
deze wetten bovendien uitvoerbaar en handhaafbaar zijn. De te regelen materie is<br />
complex, er zijn vaak meerdere departementen betrokken en van de behandelend<br />
ambtenaren kan niet worden gevraagd dat zij het gehele beleidsveld overzien en de<br />
benodigde deskundigheid in huis hebben. Bovendien is de overheid voor de naleving<br />
van wetten voor een belangrijk deel afhankelijk van de instemming van belanghebbenden(organisaties).<br />
Bij onderhandelend wetgeven wordt de kennis en<br />
ervaring van belanghebbenden reeds tijdens het wetgevingsproces ingebracht.<br />
Daarnaast wordt tevens getracht draagvlak te creëren bij de geadresseerden van de<br />
wet.<br />
In 2002 hebben we in opdracht van het Kenniscentrum Wetgeving van het<br />
ministerie van Justitie onderzoek gedaan naar de praktijk van onderhandelend wetgeven<br />
(Stoter&Huls, 2003). Om deze praktijk goed te kunnen onderzoeken, moet<br />
een bruikbare definitie worden gehanteerd. In het vorige hoofdstuk beschrijft Hoekema<br />
“onderhandelend bestuur” als overheidsbeleid dat wordt bepaald in een proces<br />
van overleg en onderhandeling binnen een min of meer duurzaam netwerk van<br />
relaties tussen de overheid en groepen en particuliere organisaties waarvan de activiteiten<br />
het belangencomplex in kwestie raken (Hoekema cs, 1998). Uit deze definitie<br />
blijkt dat onderhandelen meer is dan aanhoren en consulteren, hoewel het<br />
onderscheid tussen dit soort begrippen moeilijk scherp is te maken. Hetzelfde geldt<br />
voor “overleggen” en “onderhandelen”. Een overleg tussen wetgevingsambtenaren<br />
en een branche-organisatie over een bepaalde ontwerpwet kan zich ontwikkelen tot<br />
een subtiel onderhandelingsproces zonder dat betrokkenen zich daar op het moment<br />
zelf bewust van zijn. Daarom moet het begrip “onderhandelend wetgeven”<br />
157