Rapport_fitheidstesten_2007.006_DEF-1-
Rapport_fitheidstesten_2007.006_DEF-1-
Rapport_fitheidstesten_2007.006_DEF-1-
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
TNO-rapport | KvL/B&G/<strong>2007.006</strong><br />
117<br />
Te meten parameters<br />
De tijd waarbinnen de mijl wordt afgelegd wordt als meetresultaat genomen. De tijd<br />
wordt vergeleken met tijden zoals deze gemiddeld door leeftijdsgenoten wordt gelopen.<br />
Materiaal<br />
− Ruimte voor een parcours (er kan voor gekozen worden een parcours van een mijl<br />
uit te zetten, maar het is ook mogelijk een kleiner parcours een aantal keren te<br />
laten lopen)<br />
− Kegels<br />
− Stopwatch<br />
− Scoreformulieren en potloden.<br />
Testeigenschappen<br />
De test kan worden afgenomen bij kinderen vanaf 5 jaar. De test duurt niet langer dan<br />
15 minuten.<br />
In tabel 1 staan de betrouwbaarheid en validiteit van deze test vermeld. De betrouwbaarheid<br />
van de 1-mijl loop varieert van 0,40 tot 0,98. Op basis van deze correlatiecoefficiënten<br />
is de betrouwbaarheid matig tot goed. De validiteit vertoont minder spreiding<br />
en ligt tussen de 0,71 en de 0,81 waardoor de validiteit als redelijk tot goed kan<br />
worden beschouwd.<br />
Er zijn Amerikaanse referentiewaarden beschikbaar vanaf de leeftijd van 5 jaar (zie<br />
bijlage, tabel 7.40a tot en met 7.40c). Voor kinderen van 6 tot en met 11 jaar wordt<br />
geen onderscheid gemaakt tussen jongens en meisjes. Deze scheiding vindt pas plaats<br />
vanaf 12 jaar (Safrid, 1995).<br />
7.3.2 Kracht<br />
7.3.2.1 Sit ups<br />
Het testen van de buikspierkracht van een kind kan door middel van sit ups worden<br />
gemeten, ook wel ‘curl-ups’ genoemd in de YMCA Youth Fitness Test.<br />
De testpersoon ligt op de rug op een matje. De knieën zijn opgetrokken en de voeten<br />
staan op de grond. De testpersoon heeft de handen en armen gestrekt. De testpersoon<br />
komt nu met het bovenlichaam van de grond waarbij met de handen de knieën worden<br />
aangetikt. De testpersoon moet zo veel mogelijk sit-ups maken tot een maximum<br />
van 40 sit ups. Een tweede testpersoon leunt op de voeten waardoor deze extra steun<br />
krijgen en niet van de grond kunnen komen. Het aantal herhalingen wordt genoteerd<br />
(Safrid, 1995).