LESTIPS - Jeugdboekenweek
LESTIPS - Jeugdboekenweek
LESTIPS - Jeugdboekenweek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
van eigenaardige dieren als het vogelbekdier, de coelacant, de sidderaal, de<br />
vampier en het aardvarken.<br />
Over de Jezus Christushagedis schrijft ze bijvoorbeeld: “Als er een vijand<br />
achter hem aan zit, dan laat hij zich uit de boom vallen en vlucht het water<br />
in. Nou ja, hij vlucht dus het water op. Hij rent er zo snel overheen dat Jezus<br />
hem waarschijnlijk nooit had kunnen bijhouden.”<br />
Zowel doorsnee lezers als kinderen die gefascineerd zijn door de natuur zullen<br />
houden van Bibi’s bijzondere beestenboek.<br />
Aan de slag<br />
Voor het lezen<br />
Verdeel de klas in groepen van telkens vier leerlingen. Geef elk kind een taak<br />
waardoor het luisteren en overleggen zo betrokken mogelijk gebeurt. Een<br />
eerste kind kan noteren, een tweede kind brengt verslag uit, een derde kind<br />
houdt de timing in de gaten en een vierde kind zorgt ervoor dat iedereen<br />
deelneemt aan het overleg. 8<br />
Vraag de kinderen goed te luisteren naar de opsomming die je hen voorleest.<br />
Daartussen bevindt zich telkens één woord dat geen dier is. Noteer de woordenrijen<br />
daarna ook op het bord zodat de verschillende groepen hierop kunnen<br />
steunen tijdens het overleg. Enkele voorbeelden van woordenrijen zijn:<br />
• de prieelvogel – de tafelschuimer – de bombardeerkever – de zwarte zwelger<br />
• de gekko – de hengelvis – de beekjuffer – de fantast<br />
Het aantal woordenrijen bepaal je zelf. Selecteer telkens drie namen uit de<br />
inhoudstafel van Bibi’s bijzondere beestenboek en vul die aan met één verzonnen<br />
naam. Nadat alle rijen zijn voorgelezen, geef je de groepen even tijd om te<br />
overleggen welk woord niet in de dierenrij thuis hoort.<br />
Daarna bezorg je elke groep een kopie van de inhoudstafel. Zeg dat die<br />
inhouds tafel de namen van vreemd klinkende, maar wel bestaande dieren<br />
bevat. Daarmee controleren ze of ze uit elke rij het juiste nepdier hebben<br />
gehaald.<br />
Tot slot brengen de verschillende groepen verslag uit. Ze leggen uit hoe ze<br />
hebben overlegd om de nepdieren te selecteren. Geef hen voor het verslag<br />
volgende richtvragen mee:<br />
- “Was het moeilijk om de nepdieren te herkennen? Waarom wel? Waarom<br />
niet?”<br />
8 We baseren ons op de rolverdeling die in CLIM (Coöperatief Leren In Multiculturele groepen) wordt voorgesteld. Dit is een<br />
Amerikaanse methode die kinderen wil leren omgaan met diversiteit. De methode werd ontwikkeld door Elizabeth Cohen. Onder<br />
impuls van het Steunpunt ICO werd een Vlaamse variant uitgewerkt. Meer informatie over deze werkvorm, die in steeds meer<br />
scholen ingang vindt, vind je op www.steunpuntico.be of www.uitgeverijdeboeck.be waar je een uitgebreide informatiebundel<br />
kunt downloaden.<br />
Lestips <strong>Jeugdboekenweek</strong> 2008 – tweede en derde leerjaar | 65