Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV
Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV
Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
6.1.2. Menselijke factor als belangrijke<br />
component bij de effecten van ITS<br />
Van heel wat op veiligheid gerichte ITS-toepassingen<br />
(zie 6.2) worden positieve effecten verwacht. Maar voor<br />
deze systemen geldt dat ze alleen veel potentie hebben<br />
mits ze a) ingevoerd worden, b) goed uitgevoerd<br />
worden en c) geen schadelijke bijeffecten hebben<br />
(Brookhuis, 2005; Jagtman, 2005).<br />
Bij vergaande vormen van automatisering, waarbij de<br />
mens slechts nog een controlerende functie heeft, ligt<br />
het gevaar op de loer dat er te veel op de goede werking<br />
van het systeem wordt vertrouwd en dat functies<br />
die voorheen door de mens werden uitgevoerd uit het<br />
vaardighedenpakket verdwijnen. Om bij disfunctioneren<br />
van het systeem te zorgen dat de mens tijdig functies<br />
kan overnemen en weet wat hij nog aan het systeem<br />
heeft, kunnen systemen zo worden ontworpen dat ze<br />
'veilig falen' door wat genoemd wordt 'graceful degradation'.<br />
Hierbij wordt de gebruiker in kennis gesteld van<br />
het falende systeem, in welke modus het verkeert, en<br />
dergelijke. Ook educatie en voorlichting spelen overigens<br />
een rol bij een optimale interactie tussen mens en<br />
systeem (Twisk & Nikolaou, 2005). Nog een ander<br />
gevaar wat op de loer ligt bij het automatiseren van<br />
processen is het optreden van gedragsadaptatie of risicocompensatie<br />
(zie bijvoorbeeld Evans, 2004). Hierdoor<br />
kunnen de potentiële veiligheidseffecten van systemen<br />
minder positief uitvallen dan op voorhand is aangenomen.<br />
Aan de andere kant van het automatiseringsspectrum,<br />
dus <strong>met</strong> name bij informatieverschaffende systemen,<br />
moet men er op bedacht zijn dat bestuurders niet overvoerd<br />
worden <strong>met</strong> informatie net op die momenten dat<br />
de verkeerssituatie onduidelijk of complex is. Vooral<br />
voor verkeersdeelnemers die minder vaardig zijn in de<br />
rijtaak en daardoor minder informatie aankunnen is dit<br />
gevaarlijk. Ook kan de informatie afleiden van relevantere<br />
zaken in het verkeer indien het systeem niet goed<br />
is ontworpen of verschillende systemen niet goed op<br />
elkaar zijn afgestemd. Dit kan juist ongevallen in de<br />
hand werken (zie bijvoorbeeld ADVISORS, 2003). Een<br />
goed systeem- en displayontwerp is een noodzaak om<br />
dergelijke problemen voorkomen. Goed betekent dan:<br />
de juiste informatie, in de juiste hoeveelheid en op het<br />
juiste moment. Hierbij moet ook worden gedacht aan<br />
het verdelen van informatiebelasting over verschillende<br />
perceptuele modaliteiten, dus niet alleen visuele informatie,<br />
maar ook auditieve of haptische. Tevens dienen<br />
ITS-toepassingen het gedrag van voertuigen niet zo<br />
veranderen dat deze onvoorspelbaar en/of oninterpreteerbaar<br />
worden, bijvoorbeeld door plotseling vertragen<br />
en versnellen (Houtenbos et al., 2004).<br />
Wat technisch kan, zal uiteindelijk alleen het gewenste<br />
resultaat geven als mensen de systemen accepteren<br />
en er op een goede manier mee omgaan. De acceptatie<br />
van ITS-toepassingen door de weggebruiker is geen<br />
probleem zolang er een duidelijk persoonlijk belang<br />
wordt gediend en de persoonlijke vrijheid niet op het<br />
spel staat. Zo is er bijvoorbeeld een groot draagvlak<br />
voor navigatiesystemen en vermoeidheidsdetectoren<br />
onder automobilisten en bestaat er een positieve<br />
publieke houding ten opzichte van de ongevalsrecorder<br />
(black box voor het registreren van data vlak voor een<br />
ongeval; Goldenbeld, 2003). Voorts geeft ook een<br />
belangrijk deel van de automobilisten aan belangstelling<br />
te hebben voor vrijwillige rijtaakondersteuning (Van Driel<br />
& Van Arem, 2005). Wellicht dat meer voorlichting over<br />
de risico's in het verkeer en de mogelijkheden om deze<br />
te reduceren – 'het vermijdbare' karakter van veel<br />
ongevallen en slachtoffers – in de toekomst vruchten<br />
afwerpt om op veiligheidsgerichte ITS-toepassingen<br />
(gemakkelijker) geïntroduceerd te krijgen. Hierbij kan<br />
het mogelijk ook helpen om de andere voordelen van<br />
de systemen te benadrukken, zoals betrouwbare reistijden<br />
en een rechtvaardigere detectie van overtredingsgedrag.<br />
6.1.3. Hoe werken intelligente transportsystemen?<br />
Heel algemeen kunnen we stellen dat ITS werkt op<br />
basis van informatie die het door middel van sensoren<br />
uit de omgeving oppikt. Deze informatie wordt vervolgens<br />
door een of meer computers verwerkt en leidt uiteindelijk<br />
tot een bepaalde respons, afhankelijk van het<br />
doel van het systeem (zie bijvoorbeeld Bishop, 2005).<br />
Voor zover het doel van het systeem is om informatie<br />
aan een weggebruiker te verschaffen, is dit flexibeler<br />
(en naar verwachting goedkoper) indien dit in individuele<br />
voertuigen geschiedt dan via intelligente wegkantsystemen<br />
(zoals bijvoorbeeld ook te gebruiken bij rekeningrijden).<br />
Indien de locatie van een of meer voertuigen van<br />
belang is, bepalen ITS-systemen deze vooralsnog op<br />
basis van autonome voertuigsensoren zoals radar en<br />
Global Navigation Satellite Systems (GNSS). Binnen<br />
enkele jaren zal naast GPS het Europese Galileosysteem<br />
worden gelanceerd. De locatie-informatie die<br />
deze systemen verschaffen kan gekoppeld worden aan<br />
een digitale kaart van het wegennet. Deze kaart bevat<br />
vooralsnog voornamelijk statische informatie, maar zal<br />
6. INTELLIGENTE TRANSPORTSYSTEMEN<br />
117