08.09.2014 Views

Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV

Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV

Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

aanleiding een soortgelijke maatregel voor alle EU-landen<br />

aan te bevelen. Medio 2005 had echter nog geen<br />

enkel EU-land dit advies daadwerkelijk opgevolgd.<br />

Voor drugs bestaan in Nederland, anders dan in onze<br />

buurlanden Duitsland en België, (nog) geen wettelijke<br />

limieten. De wet zegt dat het een bestuurder verboden<br />

is te rijden onder zodanige invloed van een stof, dat hij<br />

niet meer tot het behoorlijk besturen van een voertuig<br />

in staat is. Tot voor kort was het bewijs daarvan door<br />

politie en Openbaar Ministerie (OM) vaak moeilijk te<br />

leveren. Meestal moest de bestuurder dan een ongeval<br />

hebben veroorzaakt of gevaarlijk rijgedrag hebben vertoond.<br />

Een uitspraak van de Hoge Raad in december<br />

2004 heeft de bewijslast van het OM op dit punt aanzienlijk<br />

verlicht. De Hoge Raad bepaalde dat een<br />

bestuurder ook op grond van toxicologisch onderzoek<br />

en een bijbehorend deskundigenrapport over het effect<br />

op de rijvaardigheid, kan worden veroordeeld.<br />

Tot slot moest en moet het OM de rechter ervan overtuigen,<br />

dat de bestuurder redelijkerwijs had kunnen<br />

weten dat zijn of haar drugs- of medicijngebruik tot verminderde<br />

rijvaardigheid zou leiden. Veroordelingen<br />

wegens drugs- of medicijngebruik kwamen in<br />

Nederland tot nu toe dan ook maar mondjesmaat voor.<br />

Via bestuursrechtelijke maatregelen (zie 10.3.5) kunnen<br />

drugsgebruikers gemakkelijker worden aangepakt door<br />

hun rijbewijs ongeldig te verklaren. Ook deze mogelijkheid,<br />

waarvan het overigens nog maar de vraag is of<br />

die zonder aanvullende maatregelen in de sfeer van<br />

rehabilitatie effectief kan zijn, wordt echter niet op grote<br />

schaal toegepast.<br />

10.3.2. Handhaving<br />

Tegelijk <strong>met</strong> de invoering van de wettelijke alcohollimiet<br />

van 0,5 promille kreeg de Nederlandse politie middelen<br />

om het alcoholgehalte te <strong>met</strong>en. Voor de opsporing<br />

gebeurde dat <strong>met</strong> de roemruchte chemische blaaspijpjes<br />

en voor de bewijsvoering <strong>met</strong> de bloedproef (en in<br />

uitzonderlijke gevallen <strong>met</strong> een urinetest).<br />

<strong>Door</strong> de publiciteit waarmee de wetswijziging gepaard<br />

ging, hadden de Nederlandse bestuurders blijkbaar<br />

even het idee dat de pakkans bij overtreding bijna<br />

100% was. Kort na de invoering van de wet reed in<br />

weekendnachten nog maar 1% van de automobilisten<br />

<strong>met</strong> een BAG boven de 0,5 promille rond. Vóór de<br />

invoering van de wetswijziging was dat maar liefst 15%.<br />

Toen na enige tijd bleek dat het <strong>met</strong> de pakkans wel<br />

meeviel, herstelde het oude gedrag zich grotendeels,<br />

maar bleef er toch nog een significant effect over. In<br />

1977 was het aandeel overtreders 12% en dat bleef zo<br />

tot het midden van de jaren tachtig. In de tussenliggende<br />

periode veranderde er weinig of niets in het toezichtniveau<br />

en de jaarlijks uitgevoerde grootschalige voorlichtingscampagnes<br />

hadden geen merkbaar gunstig<br />

effect op het rij- en drinkgedrag.<br />

Tussen het midden van de jaren tachtig en het begin<br />

van de jaren negentig nam het toezichtniveau gestaag<br />

toe, geholpen door de invoering van, achtereenvolgens:<br />

1. elektronische ademtesters ter vervanging van de<br />

dure en onbetrouwbare blaaspijpjes (sinds 1984);<br />

2. ademanalyses voor bewijsdoeleinden ter vervanging<br />

van de tijdrovende en dure bloedproef (sinds 1987);<br />

de wettelijke limiet bij ademanalyses werd gesteld<br />

op een ademalcoholgehalte (AAG) van 220 mg/l;<br />

3. gemandateerde OM-transacties door de politie<br />

(sinds 1989), waardoor het justitiële apparaat werd<br />

ontlast.<br />

Met het toenemende toezichtniveau begon ook het<br />

aandeel overtreders weer te dalen, globaal <strong>met</strong> een<br />

kwart bij elke verdubbeling van het toezicht. Het voorlopig<br />

laagste niveau van rijden onder invloed werd<br />

bereikt in 1991 en 1992, <strong>met</strong> 4% overtreders in weekendnachten.<br />

Aan deze gunstige trend kwam tijdelijk een<br />

einde door de reorganisatie van de Nederlandse politie,<br />

die in 1993 en 1994 tot een forse vermindering van het<br />

alcoholtoezicht leidde en tot een stijging van het aandeel<br />

overtreders <strong>met</strong> een kwart (5% in weekendnachten).<br />

Vanaf 1995 trad een geleidelijk herstel van<br />

het toezicht op en stabiliseerde het aandeel overtreders<br />

zich rond 4,5%. De oprichting van regionale verkeershandhavingsteams<br />

gaf vanaf 2001 een nieuwe impuls<br />

aan het alcoholtoezicht, dat sindsdien ongeveer verdubbelde.<br />

Naar schatting heeft de politie in 2004 circa<br />

twee miljoen bestuurders op alcoholgebruik getest. Dit<br />

ging wederom gepaard <strong>met</strong> een daling van het aandeel<br />

overtreders tot ongeveer 3,5% in 2004 (AVV, 2005).<br />

Publiciteit rond geïntensiveerd toezicht speelde een<br />

belangrijke rol bij de snelheid waarmee gedragsveranderingen<br />

tot stand kwamen. De invoering van de alcoholwet<br />

van 1974 en de introductie van elektronische<br />

ademtesters halverwege de jaren tachtig genereerden<br />

veel publiciteit en leidden tot snelle (over)reacties van<br />

het publiek. Een forse toename van het politietoezicht<br />

in Amsterdam (sinds 1995) ging nauwelijks <strong>met</strong> publiciteit<br />

gepaard en leidde tot een zeer geleidelijke, maar<br />

op langere termijn eveneens substantiële afname van<br />

het rijden onder invloed. Tussen 1994 en 1998 nam het<br />

aandeel overtreders in weekendnachten in Amsterdam<br />

af van 7,8% tot 4,7%; in de rest van Nederland<br />

veranderde er in die periode weinig (Mathijssen, 2001).<br />

Voor de opsporing van drugsgebruik beschikt de<br />

Nederlandse politie nog nauwelijks over een instrumentarium.<br />

Dat hangt samen <strong>met</strong> het ontbreken van wette-<br />

10. ALCOHOL EN DRUGS<br />

165

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!