Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV
Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV
Door met Duurzaam Veilig; Nationale - SWOV
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
partijen belangrijke spelers zijn in het verkeersveiligheidsbeleid.<br />
Maatschappelijke en belangenorganisaties<br />
zoals de ANWB, RAI, BOVAG, Fietsersbond, rijscholen,<br />
en zakelijke rijders en transporteurs bijvoorbeeld, bepalen<br />
mede wat er in het wegverkeer gebeurt en hebben<br />
daarmee ook invloed op de verkeersveiligheid. De uitvoering<br />
van <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong> is dus niet meer primair in<br />
handen van de rijksoverheid, maar is in toenemende<br />
mate afhankelijk van de eigen verantwoordelijkheid van<br />
lagere overheden en van maatschappelijke partijen.<br />
De organisatie van het verkeersveiligheidsbeleid ziet er<br />
op dit moment als volgt uit. Het Rijk stelt vooral kaders<br />
voor het verkeersveiligheidsbeleid en formuleert doelstellingen.<br />
Daarnaast draagt het de zorg voor de rijkswegen,<br />
voor het uitvaardigen van wetten op verkeersveiligheidsterrein,<br />
voor de landelijke voorlichtingscampagnes<br />
en voor de internationale component van het<br />
beleid.<br />
De provincies, gemeenten en waterschappen dragen<br />
zorg voor het duurzaam veilig inrichten van hun wegen.<br />
Het Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid (ROV) houdt<br />
zich bezig <strong>met</strong> stimulering, afstemming, ondersteuning<br />
en samenwerking op het gebied van de verkeersveiligheid<br />
in een provincie. Dit betreft voornamelijk het terrein<br />
van educatie, voorlichting, handhaving en soms ook<br />
infrastructuur. Het ROV bestaat van oudsher uit vertegenwoordigers<br />
van de provincies en gemeenten, uit<br />
de politie, het Openbaar Ministerie, Rijkswaterstaat, en<br />
uit niet-overheidsorganisaties zoals 3VO, LTO, ANWB,<br />
CBR en de Fietsersbond. De positie van de ROV’s is overigens<br />
aan flinke veranderingen onderhevig. Er ontstaat<br />
een grote diversiteit aan ROV-vormen. De ROV's maken<br />
in verschillende provincies intussen onderdeel uit van<br />
de regionale of provinciale verkeers- en vervoersberaden.<br />
Andere vallen direct onder de provincie, en een<br />
enkele is inmiddels opgeheven.<br />
Wat de financiering betreft zijn de gelden voor het aanleggen<br />
van duurzaam veilige infrastructuur en voorlichting<br />
ondergebracht in de Brede Doeluitkering (BDU) die<br />
aan provincies en kaderwetgebieden wordt uitgekeerd.<br />
Hierin zijn alle verkeers- en vervoerssubsidies opgenomen.<br />
De BDU is een lumpsum-financiering, dat wil zeggen<br />
dat de provincie of het kaderwetgebied zelf mag<br />
beslissen aan welke (verkeers- en vervoers)projecten zij<br />
het geld besteedt. Verkeersveiligheidsprojecten zullen dus<br />
concurreren <strong>met</strong> andere verkeers- en vervoersprojecten.<br />
De uitvoeringscontext van het verkeersveiligheidsbeleid<br />
in het algemeen en <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong> in het bijzonder is<br />
in de laatste jaren steeds complexer geworden. Van<br />
een relatief hiërarchische setting heeft deze omgeving<br />
steeds meer de kenmerken van een netwerk gekregen.<br />
Dit netwerk kenmerkt zich zowel door horizontale fragmentatie<br />
- er zijn veel organisaties en sectoren op<br />
dezelfde bestuurlijke niveaus bij <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong><br />
betrokken - als door verticale fragmentatie - verantwoordelijkheden<br />
en middelen zijn over verschillende<br />
bestuurslagen verspreid. In de volgende paragraaf<br />
beantwoorden we de vraag wat dit betekent voor de<br />
uitvoering van <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong> in de toekomst.<br />
15.3. Perspectieven op uitvoering: de<br />
lessen van twee klassieke<br />
benaderingen<br />
Het perspectief op implementatie dat oorspronkelijk<br />
aan <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong> ten grondslag lag, laat zich als<br />
volgt kenmerken (Koornstra et al., 1992; Wegman, 2001):<br />
- <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong> is een wetenschappelijk onderbouwde,<br />
geïntegreerde aanpak van het verkeerssysteem,<br />
gericht op de reductie van de mogelijkheden van de<br />
weggebruiker om fouten te maken. Gestreefd wordt<br />
naar onder andere een functioneel opgebouwd wegennetwerk,<br />
herkenbare verkeerssituaties en homogeen<br />
verkeersgedrag, waarbij een consequente uitvoering,<br />
die gedurende veel jaren dient te worden volgehouden,<br />
tot een zo groot mogelijk reductie van verkeersslachtoffers<br />
leidt.<br />
- <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong> vraagt om een bestuurlijke taakafstemming,<br />
waarbij inhoudelijke vrijheidsgraden van<br />
betrokken publieke organisaties in zekere mate<br />
beperkt worden en de benodigde financiële middelen<br />
moeten worden gefourneerd op basis van rationele<br />
overwegingen (veelal uitgedrukt in kosten-baten- en<br />
kosten-effectiviteitsoverwegingen).<br />
Gebleken is dat divergerende belangen en percepties<br />
bij weggebruikers en publieke organisaties een potentieel<br />
probleem vormen voor de realisatie van <strong>Duurzaam</strong><br />
<strong>Veilig</strong>. Hetzelfde geldt voor het decentralisatiebeleid,<br />
het bezuinigingsbeleid en het ontbreken van de<br />
bestuurlijke organisatie en wettelijke kaders voor actoren<br />
om zich aan <strong>Duurzaam</strong> <strong>Veilig</strong> te binden en financiële<br />
middelen daarvoor in te zetten.<br />
De vraag is in hoeverre de nieuwe implementatiecontext<br />
een wijziging in het perspectief op implementatie<br />
noodzakelijk maakt. Bij de beantwoording van deze<br />
vraag laten wij ons inspireren door een discussie die<br />
alweer enige tijd geleden binnen de bestuurskundige<br />
wereld gevoerd is over de aard van uitvoeringsproblemen.<br />
In deze discussie kwam naar voren dat uitvoeringsproblemen<br />
vanuit verschillende perspectieven<br />
15. ORGANISATIE BELEIDSUITVOERING<br />
213