WEERBARSTIG HUURBELEID - Vastgoedkennis
WEERBARSTIG HUURBELEID - Vastgoedkennis
WEERBARSTIG HUURBELEID - Vastgoedkennis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
2.2.5 Nieuw huurbeleid per 1 juli 2007<br />
In de praktijk was in de periode 2002-2005 vaak enkel inflatiecorrectie toegestaan. In tabel 2 in<br />
1.1.2 blijkt in het nieuwe huurbeleid alleen al in het gereguleerde segment veel meer ruimte<br />
komt voor huurverhogingen, zij het met inachtneming van de huursom voor sociale<br />
verhuurders. Vanaf 1 januari 2007 komt daar nog een additionele verhoging bij voor het<br />
overgangsgebied. Wanneer het beleid definitief doorgang vindt zal tot 2010 in ieder geval het<br />
nieuwe geliberaliseerde segment zeer beperkt van omvang blijven door de hoge<br />
liberalisatiegrens.<br />
2.3 Referentieland dynamisch: Engeland<br />
2.3.1 Een veranderlijk beleid<br />
Huurprijscontrole van hogerhand werd in Verenigd Koninkrijk voor het eerst toegepast met de<br />
'Increase of Rent and Mortgage Interest (War Restrictions) Act' van 1915. Omdat de<br />
huurprijscontrole na de oorlog een antiprikkel bleek voor onderhoud en investeringen in<br />
nieuwbouw, werd tussen 1923 en 1938 het aantal 'gecontroleerde' woningen teruggebracht van<br />
8,5 miljoen naar 4 miljoen. Particuliere investeerders keerden weer terug op de markt (Balchin<br />
& Rhoden, 2002). Aan de deregulering kwam met de start van de tweewereldoorlog een abrupt<br />
einde. De huurprijsbevriezingen werden dit keer tot 1957 aangehouden. Tot die tijd stegen de<br />
'hypothetische' markthuren met 97%. Particulieren gingen alleen nog maar gemeubileerde<br />
woningen aanbieden, omdat deze gevrijwaard waren van de strenge prijsregulering.<br />
In de 'Rent Act' van 1957 werden contracten boven een bepaalde huurgrens geliberaliseerd.<br />
Particuliere ondernemers zagen dit niet als een prikkel om weer in de sector te gaan<br />
investeren. Bestaande verhuurders verkochten hun bezit liever. Zij werden daarbij geholpen<br />
door het liberale huurbeleid, dat hen de mogelijkheid gaf huurders uit hun woningen te 'prijzen'.<br />
Het aantreden van Labour in 1964 betekende het einde van de liberalisatie. Lage huren werden<br />
opnieuw bevroren, de rest van de markt werd gereguleerd volgens een uniform waarderingsstelsel.<br />
Dit stelsel berekende zogenaamde 'fair rents' die een hypothetische marktwaarde<br />
moesten weergeven. De intentie was om op een bevredigende manier, zowel voor huurders als<br />
verhuurders, de marktverhoudingen weer in evenwicht te brengen. Investeerders bleven zich<br />
echter terugtrekken en meer bezit werd verkocht. Vanaf In 1970 waren de Conservatieven weer<br />
aan de macht. Zij maakten weer een einde aan de strikte controle, en brachten veel meer<br />
woningen onder het flexibelere gereguleerde regime. Vanaf 1974 was Labour weer aan zet. De<br />
huren werden voor een jaar bevroren. Op illegale huisuitzetting kwam gevangenisstraf te staan.<br />
De werkingssfeer van de huurprijsregulering werd flink uitgebreid. Ook huurders van een<br />
gemeubileerde woning konden voortaan aanspraak maken op een 'fair rent' en huurzekerheid.<br />
Thatcher<br />
Met het aantreden van Thatcher in 1979 werden op kleine schaal 'shorthold'-contracten<br />
(contracten met een korte looptijd) toegestaan. De markt bleef verder grotendeels gereguleerd.<br />
Thatcher behaalde in 1983 voor een tweede maal een verkiezingswinst. De huurmarkt bleef<br />
grotendeels gereguleerd. Balchin & Rhoden (2002) verklaren de aanvankelijke steun voor de<br />
regulering tijdens de Thatcher-periode vanuit het economische programma van de regering.<br />
Onderdeel van het programma was het matigen van de lonen. Dit zou zich slecht verhouden<br />
met huurverhogingen. Tot haar derde regeerperiode was Thatcher bovendien vooral bezig<br />
geweest met haar campagne voor het bevorderen van het eigenwoningbezit. Men realiseerde<br />
zich in de loop van de jaren tachtig dat het eigenwoningbezit niet voor iedereen haalbare kaart,<br />
of ideaal was. Er bleek een groot tekort aan beschikbare huurwoningen. In 1987 nam de<br />
regering zich daarom voor om via een versoepeling van het huurbeleid 500.000 ongebruikte<br />
wooneenheden toe te voegen aan het huurwoningenbestand (Balchin & Rhoden, 2002).<br />
33