WEERBARSTIG HUURBELEID - Vastgoedkennis
WEERBARSTIG HUURBELEID - Vastgoedkennis
WEERBARSTIG HUURBELEID - Vastgoedkennis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Engeland<br />
Situatie 1 en 2: Aanslag in Nederland resp. € 600 en € 0. Engeland: n.v.t.<br />
Situatie 3: Particuliere belegging van € 100.000. Geen vreemd vermogen. Aanslag Nederland €<br />
1.820. Engeland: geen kapitaalafschrijving. 1% onderhoud en beheer reduceert de rekenwinst<br />
tot € 4.000. Hierover betaalt een particulier maximaal 40% belasting. De jaarlijkste fiscale<br />
lasten bedragen dan € 1.600.<br />
Situatie 4: Zelfde als 3, maar nu met € 50.000 vreemd vermogen. Aanslag in Nederland: € 780.<br />
Engeland: wederom geen kapitaalafschrijving. Over de rekenwinst uit 3 kan nog € 2.000<br />
rentebetaling in mindering worden gebracht. Het bedrijfsresultaat is dan € 2.000. De totale<br />
jaarlijkse fiscale lasten bedragen dan € 800.<br />
Situatie 5: Als 4. De winst blijft nu echter in het bedrijf. Aanslag Nederland: zonder vreemd<br />
vermogen € 1.102, met gedeeltelijke lening € 473. Engeland: Over de rekenwinsten uit 3 en 4<br />
wordt nu vennootschapsbelasting betaald in plaats van inkomstenbelasting. Zonder vreemd<br />
vermogen bedragen de fiscale lasten jaarlijks € 1200, en met een gedeeltelijke lening € 600.<br />
Duitsland<br />
Situatie 1 en 2: Aanslag in Nederland resp. € 600 en € 0. Engeland: n.v.t. Duitsland: n.v.t.<br />
Situatie 3: belegging van € 100.000 (particulier, maar beschouwd als ondernemer), geen<br />
vreemd vermogen. Aanslag Nederland: € 1.820, Engeland: € 1.600. Duitsland: 2%<br />
kapitaalafschrijving + 1% onderhoud en beheer reduceert de rekenwinst tot € 2000. Hierover<br />
betaalt de particulier maximaal 42% belasting. De jaarlijkse fiscale lasten bedragen dan € 840.<br />
Situatie 4: Zelfde als 3, maar nu weer met € 50.000 vreemd vermogen. Aanslag Nederland: €<br />
780, Engeland: € 800. Duitsland: Op de rekenwinst uit 3 (€ 2000) kan nu nog € 2000<br />
rentebetaling extra in mindering worden gebracht. Het bedrijfsresultaat is € 0. De fiscale lasten<br />
bedragen € 0.<br />
Situatie 5: Als 3 en 4. De winst blijft nu echter in het bedrijf. Aanslag Nederland: zonder vreemd<br />
vermogen € 1.102, met gedeeltelijke lening € 473; Engeland: zonder vreemd vermogen €<br />
1.200, met gedeeltelijke lening € 600. Duitsland: over de (lage) rekenwinst moet 25%<br />
winstbelasting worden betaald. Zonder vreemd vermogen bedragen de fiscale lasten jaarlijks €<br />
500, en met een gedeeltelijke lening € 0.<br />
3.2 Eigenwoningpolitiek<br />
3.2.1 Nederland<br />
De Nederlandse regering streeft al decennialang een vergroting van het eigenwoningbezit na.<br />
Deze politieke doelstelling heeft doorgewerkt tot in de bouwprogramma's van gemeenten en<br />
woningcorporaties. De groei van de eigenwoningsector ten tijde van de paarse kabinetten lijkt<br />
echter grotendeels gevolg geweest van de woningmarktconjunctuur, in combinatie met die al<br />
veel langer aanwezige fiscale arrangement voor eigenaarbewoners: de hypotheekrenteaftrek.<br />
Sinds de belastingherziening van 2001 geldt de hypotheekrenteaftrek alleen nog maar voor de<br />
woning als hoofdverblijf, voor een periode van maximaal 30 jaar. Hiermee is de regeling nog<br />
altijd een uitzonderlijk royaal, en vaak zelfs onmisbaar.<br />
Een praktijkvoorbeeld<br />
De hypotheekrenteaftrek kan voor woonconsumenten de doorslag geven om ófwel te huren,<br />
ófwel te kopen. Als dezelfde fictieve woning uit 3.1.4 te huur wordt aangeboden voor € 5.000<br />
per jaar, dan levert dit de verhuurder een niet meer dan acceptabel direct rendement van 5%<br />
op (zie 3.4). De potentiële huurder echter heeft de mogelijkheid om een naastgelegen identieke<br />
woning te kopen voor diezelfde € 100.000 als de verhuurder heeft betaald. In het geval van<br />
100% financiering met een hypotheek bij een hypotheekrente van 4% bedragen de jaarlijkse<br />
43