31.07.2013 Views

393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home

393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home

393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

maximus) toegankelijk was via een smalle steeg bij de latrine <strong>van</strong> <strong>het</strong> publieke badhuis met<br />

aanvullend een recht <strong>van</strong> overpad over <strong>het</strong> aangrenzende achtererf <strong>van</strong> huis V<strong>II</strong>.5 .<br />

Het lijkt vreemd dat <strong>het</strong> betreffende stookgat op de tekening <strong>van</strong> Reuvens niet zichtbaar is. Dat<br />

kan komen doordat <strong>het</strong> gat later bij een verbouwing is afgesloten. Het kan ook zijn dat de muur tot op<br />

<strong>het</strong> fundament was afgebroken zoals de tekening suggereert. Een andere mogelijkheid is dat bij<br />

uitzondering <strong>het</strong> stookgat zich niet onder de kuip bevond. Dat was ook <strong>het</strong> geval bij de kleine<br />

particuliere badvleugel in Xanten. Het zou dan betekenen dat de badkuip alleen via <strong>het</strong> hypocaustum<br />

werd verwarmd en daardoor slechts lauw water bevatte. 1006 Het stookgat zou zich dan in de niet<br />

opgegraven zuidelijke muur bevinden. Interessant genoeg grenst deze aan <strong>het</strong> badhuisterrein. Het is<br />

dus mogelijk dat de eigenaar <strong>van</strong> de villa met de beheerder <strong>van</strong> <strong>het</strong> badhuis een regeling had<br />

getroffen om zijn particuliere bad te laten stoken door <strong>het</strong> personeel <strong>van</strong> <strong>het</strong> openbare badhuis. Zoals<br />

eerder aangegeven, leverde <strong>het</strong> publieke badhuis via <strong>het</strong> reservoir waarschijnlijk ook <strong>het</strong> water.<br />

In een latere fase bevond zich in ieder geval een stookgat in de zuidelijke muur. Uit die richting<br />

komt namelijk een later aangelegd bakstenen stookkanaal waarvoor een deel <strong>van</strong> de oorspronkelijke<br />

zuiltjes heeft moeten wijken. Het caldarium is kennelijk op zeker moment ingrijpend verbouwd. De<br />

nieuwe constructie doet denken aan een kanaalhypocaustum. Dat was een eenvoudiger variant,<br />

onder meer bekend uit Nijmegen en <strong>het</strong> Limburgse Lemiers. Bij zo’n kanaalhypocaustum rustte de<br />

vloer niet op zuiltjes, maar werd de <strong>het</strong>e lucht eenvoudig via een aantal kanalen onder de vloer geleid.<br />

Het is een techniek die in <strong>het</strong> algemeen wat later gedateerd wordt, wat overeenstemt met <strong>het</strong> feit dat<br />

<strong>het</strong> kanaal is aangelegd bij een latere verbouwing. 1007 Een interessante parallel biedt een klein<br />

badcomplex in Bonn. Daar loopt een minimaal 3,5 meter lang bakstenen kanaal in iets gebogen vorm<br />

door een vertrek om uit te komen op een aangrenzend vertrek met hypocaustum. Het was dus in feite<br />

een verlengd stookkanaal. 1008 Het nog te bespreken vertrek waar <strong>het</strong> gebogen stookkanaal in<br />

Voorburg op uitkomt, bezat eveneens een hypocaustum. Een dergelijke constructie is dus goed<br />

denkbaar. De verwarmingscapaciteit <strong>van</strong> een dergelijk systeem was minder groot. 1009 Het is daarom<br />

waarschijnlijk dat met de verbouwing de functie als badvleugel is opgegeven of verplaatst.<br />

Van <strong>het</strong> oudere Voorburgse hypocaustum met zuiltjes zijn de onderste vierkante tegels op hun<br />

oorspronkelijke plaats aangetroffen. De constructie vertoont de gebruikelijke maten. De zuiltjes zijn<br />

twee decimeter breed en staan hart op hart een kleine twee voet uit elkaar. Daarmee konden ze op<br />

hun hoekpunten de voor dergelijke hypocaustvloeren gebruikelijke ‘tweevoetstegels’ (bipedales)<br />

dragen. Faventinus adviseert voor privébaden, zoals de badvleugel <strong>van</strong> de stadsvilla, een zuilhoogte<br />

<strong>van</strong> 2,5 voet (0,75 meter). Dezelfde maat wordt voor privébaden genoemd door Palladius. 1010 In de<br />

praktijk komen dergelijke hoogtes inderdaad voor, veelal variërend tussen de 2 en 3 voet (0,6 tot 0,9<br />

meter). 1011<br />

De ‘zwevende’ vloer (suspensura) die op de zuiltjes gelegen moet hebben, was vaak zo’n twee<br />

decimeter dik. 1012 Zo waren in <strong>het</strong> uitzonderlijk goed bewaard gebleven Romeinse badhuis in<br />

Maastricht de tweevoetstegels zes centimeter dik en de erbovenliggende betonnen vloer veertien<br />

centimeter, totaal dus twintig centimeter. 1013 Bij <strong>het</strong> Voorburgse vertrek valt te denken aan ongeveer<br />

0,75 meter (2,5 voet) hoge zuiltjes en een circa twee decimeter dikke vloer, totaal een kleine meter<br />

hoog. Dat strookt met de hoogte <strong>van</strong> goed bewaardgebleven vloeren <strong>van</strong> de badhuizen <strong>van</strong><br />

plattelandsvilla’s in <strong>het</strong> Zuid-Limburgse Ravenbosch en Bochholtz-Vlengendaal. 1014 De aanleg <strong>van</strong><br />

dergelijke vloeren was een relatief kostbare aangelegenheid en daarom een teken <strong>van</strong> welstand.<br />

Vloerverwarming was blijkens de Voorburgse opgravingen een luxe die alleen de rijkste inwoners <strong>van</strong><br />

<strong>Forum</strong> <strong>Hadriani</strong> zich konden permitteren. Dat geldt overigens ook voor een stad als Pompeji. 1015<br />

De ingang <strong>van</strong> <strong>het</strong> Voorburgse caldarium bevond zich ongetwijfeld aan de westelijke kant. Dat<br />

was namelijk de enige plaats waar een aangrenzende binnenruimte aanwezig was, en dus de enige<br />

mogelijkheid om de warmte goed vast te houden. De aangrenzende ruimte vervulde bij de kleinere<br />

badinrichtingen meestal de gecombineerde functie <strong>van</strong> kleedruimte (apodyterium) en lauwwaterbad<br />

1006<br />

Dodt 2003,326.<br />

1007<br />

Dodt 2003,136; Van Enckevort, Haalebos en Thijssen 2000a,73 (Nijmegen); Braat 1934,20 vertrek “c” (villa Lemiers); Een<br />

gebogen kanaalhypocaustum komt onder meer voor in gebouw X<strong>II</strong>,2 in <strong>het</strong> Britse Cirencester; Zie Wolff 2002,69-70 en Abb. 8;<br />

Yegül 1992,361; Perring 2002,128 (<strong>van</strong>af midden 2 e eeuw); Op <strong>het</strong> vasteland is de gebogen vorm in tegenstelling tot Groot-<br />

Brittannië vrij zeldzaam (Ditmar-Trauth 1995,88).<br />

1008<br />

Dodt 2003,321,327 en Abb. 130 nr. 32.<br />

1009<br />

Dodt 2003,136.<br />

1010<br />

Faventinus, Liber artis architectonicae 16; Palladius, Opus agricultura I,40,ii; Yegül 1992,357; Blijkens Ditmar-Trauth<br />

1991,89 zijn ze in woningen vaak 50-60 cm hoog.<br />

1011<br />

Dodt 2003,135 en 264.<br />

1012<br />

Nielsen 1990,14; Dodt 2003,29,31,46 en 58 (17-23 cm).<br />

1013<br />

Goossens 1956,32 en afb. 14.<br />

1014<br />

Dodt 2003,231en 237; Remouchamps 1925,56.<br />

1015<br />

Mau 1899,241.<br />

523

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!