393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home
393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home
393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
opgegraven platte dakpan die diagonaal was afgesneden om in dit soort dakconstructies gebruikt te<br />
worden. 1049<br />
De aanwezigheid <strong>van</strong> een binnenhof maakt begrijpelijk waarom zich in deze ruimte, zoals<br />
Reuvens meldt, de toegang bevond tot een stookgat voor <strong>het</strong> noordelijke vertrek. Stookopeningen<br />
moesten in verband met de hitte goede toegang tot buitenlucht hebben. Verder duidt de vondst <strong>van</strong><br />
“twee stukken colom” op de aanwezigheid <strong>van</strong> een zuilengalerij. 1050 Dat is een ander kenmerkend<br />
aspect <strong>van</strong> zo’n open binnenhof. Blijkens de profieltekening <strong>van</strong> de oost-westgoot (afb. 13.6) was dit<br />
inderdaad een open goot. Het is waarschijnlijk een misverstand <strong>van</strong> Reuvens dat deze goot<br />
“gedeeltelijk overdekt” was, mogelijk veroorzaakt door de vondst <strong>van</strong> los puin boven de goot. Van de<br />
andere dwarsgoot “loopend <strong>van</strong> Z naar O” meldt Reuvens in ieder geval dat deze “onbedekt” was. 1051<br />
Dat <strong>het</strong> binnenhof was omgeven met dergelijke open goten is een verschijnsel dat <strong>van</strong> elders ook<br />
bekend is.<br />
Vaak bevatte de binnentuin tenminste aan de kant <strong>van</strong> <strong>het</strong> huis een zuilengalerij, wat in Voorburg<br />
ook <strong>het</strong> geval zal zijn geweest. Daarbij was de Voorburgse ligging met de binnenplaats aan de<br />
oostzijde algemeen geliefd. 1052 Soms waren er zelfs aan meer zijden zuilengalerijen, maar daarvoor<br />
ontbreken in Voorburg de aanwijzingen. Hooguit valt te denken aan de noordelijke druipgoot. Maar die<br />
ligt voor een zuilengalerij te dicht bij de muur. Als tussen deze goot en <strong>het</strong> aangrenzende<br />
hypocaustum een (inmiddels volledig weggebroken) muur stond met de gebruikelijke dikte <strong>van</strong> twee<br />
voet, lag <strong>het</strong> midden <strong>van</strong> de goot ongeveer een kwart meter uit de muur. Dat past bij een druipgoot<br />
direct naast een buitenmuur. 1053 Het betekent dat de zuilengalerij in ieder geval niet geheel rondom<br />
liep, wat overigens ook in andere huizen zelden voorkwam. 1054 Het lijkt er op dat er slechts aan één<br />
kant een porticus was. Dat zou betekenen dat <strong>het</strong> oorspronkelijke concept <strong>van</strong> <strong>het</strong> peristylium, de<br />
mogelijkheid een volledige rondgang (ambulatio) te maken, was losgelaten. Het was een ontwikkeling<br />
die al eerder op gang was gekomen, zoals onder meer in Pompeji zichtbaar is. Daar is slechts een<br />
derde <strong>van</strong> de peristylia compleet. 1055 Met een enkele porticus is formeel zelfs geen sprake <strong>van</strong> een<br />
peristylium. 1056<br />
Het past ook bij een binnenhof met tuin dat <strong>het</strong> maaiveld wat lager lag dan de omringende<br />
vertrekken. Via een trapje <strong>van</strong> enkele treden kwam men dan in de tuin, een trapje dat onder meer in<br />
een stadsvilla in <strong>het</strong> Britse Caerwent nog bewaard is gebleven. 1057 Direct ten westen <strong>van</strong> de<br />
Voorburgse stadsvilla bevond zich een plaveisel met tegels dat 0,9 tot 1,05 meter boven NAP lag.<br />
Deze Romeinse maaiveldhoogte sluit aan bij waarnemingen <strong>van</strong> Holwerda in <strong>het</strong> westen <strong>van</strong> <strong>Forum</strong><br />
<strong>Hadriani</strong> (afb. 15.20). Er zijn aanwijzingen dat de vertrekken rond de binnenplaats <strong>van</strong> de stadsvilla<br />
ruim een halve meter hoger lagen. Zo lag de betonvloer <strong>van</strong> <strong>het</strong> vertrek ‘BB’ met 1,3 meter boven NAP<br />
ongeveer drie decimeter hoger, en oorspronkelijk nog wat meer omdat de ingemeten sporen sterk<br />
vergraven waren.<br />
Ook de verwarmde vloeren staken waarschijnlijk boven <strong>het</strong> maaiveld uit aangezien de zuiltjes<br />
relatief hoog stonden. De ondervloer <strong>van</strong> <strong>het</strong> best bewaard gebleven hypocaustum (grote zaal ‘u’) trof<br />
Reuvens aan op 0,85 meter boven NAP, dus hooguit enkele decimeters onder <strong>het</strong> maaiveld. En de<br />
onderkant <strong>van</strong> <strong>het</strong> aangrenzende hypocaustum (<strong>het</strong>e badruimte ‘v’), dat mogelijk iets minder diep was,<br />
lag zelf op of iets boven maaiveldhoogte. Zoals eerder aangeven was <strong>het</strong> hypocaustum inclusief vloer<br />
waarschijnlijk bijna een meter hoog, zodat de betreffende vleugels in Voorburg meer dan een halve tot<br />
hele meter boven <strong>het</strong> maaiveld gelegen kunnen hebben. Er zijn aanwijzingen dat de binnentuin zelf<br />
wel op maaiveldhoogte lag. Daarop wijst de ligging <strong>van</strong> de twee goten, hoewel niet valt te bewijzen dat<br />
ze gelijktijdig zijn aangelegd. De oostwestgoot lag blijkens de tekening <strong>van</strong> Reuvens met de<br />
bovenkant ongeveer even diep als de aangrenzende hypocaustvloer, en dus lager dan de bovenvloer<br />
<strong>van</strong> dat vertrek.<br />
Terwijl <strong>het</strong> peristylium bij de Grieken een echte binnenplaats was, maakten de Romeinen er een<br />
binnentuin <strong>van</strong>. 1058 Vaak lag als centraal element in <strong>het</strong> midden <strong>van</strong> de tuin een siervijver. Die werd<br />
liefst met klaterend water gevuld via een spuwer die werd gevoed door een loden waterleiding. De<br />
nabije aanwezigheid <strong>van</strong> stromend water maakte een dergelijke constructie bij de stadsvilla mogelijk.<br />
Het is daarom interessant dat Reuvens op 8 juli 1828 circa vijf meter ten zuiden <strong>van</strong> de oost-west<br />
1049<br />
Gazenbeek 2009a,220.<br />
1050<br />
Arentsburg Geschiedenis ad z: bijna 6 meter ten zuiden oost-west goot. Mau 1899,254 over zuilengalerijen.<br />
1051<br />
Reuvens 1829a,2; Reuvens Dagboek I,216-217 en noot a; Arentsburg Geschiedenis ad z.<br />
1052<br />
Perring 2002,155.<br />
1053<br />
Perring 2002,120 noemt 10-30 cm; Shirley 2001,33 noemt 30 cm.<br />
1054<br />
Perring 2002,72 (complete peristylia vooral in coloniae), 155 en 157.<br />
1055<br />
Wallace-Hadrill 1994,84 en 86;Dickmann 1999,135.<br />
1056<br />
Strikt genomen is dan ook geen sprake <strong>van</strong> een stadsvilla <strong>van</strong> <strong>het</strong> peristylium-type.<br />
1057<br />
Huis <strong>II</strong>IS 14; Wacher 1975,385 afb. 83; Glasbergen 1967,26 over dergelijk niveauverschil in Valkenburg.<br />
1058 Jashemski 2007,487.<br />
528